Zon, wind en zand zijn 2 dinsdag 13 juli 2010 Vanuit een strandstoel lijkt beachvolleybal niet zo moeilijk. Wie eenmaal in het veld staat, merkt echter meteen dat er meer bij komt kijken dan alleen een balletje slaan. Het zware zand zorgt voor een conditionele uitputtingsslag en zon en wind kunnen hinderlijk tegenwerken. Maar voor actieve strandgangers wordt het al snel een verslavende sport. door Sven Remijnsen Het is een vermakelijk tafereel op een vroege zomeravond: twintig tieners kruipen, op handen en voeten en met rood aanlopende hoofden, door het zachte strandzand. Gegiechel en gegil over stemmen het gekrijs van meeuwen. De jongeren zijn aangesloten bij de Beach- volleybalschool Vlissingen en trainen één keer per week op het plaatselijke Bad- strand. „We leren ze onder meer om zich in het zand voort te bewegen", zegt initia tiefnemer Henriëtte Swartjes. „Dat is veel zwaarder dan iedereen denkt." Beachvolleybal is een populaire strand- sport onder de jeugd; Swartjes' school was niet voor niets binnen de kortste keren vol geboekt. In de zomervakantie zijn er geen lessen, maar kunnen de spelers en speel sters hun geleerde technieken in de prak tijk brengen tijdens zomeravondtoer- nooien of spontane wedstrijdjes tegen vrienden of andere strandgangers. Veel is daar niet voor nodig: twee palen, een net en een bal. En als het even kan een zonnebril. Die beschermt de ogen niet alleen tegen de felle zon, maar zeker ook tegen het zand. Een beetje beachvolleybal- ler duikt immers geregeld naar de grond en hapt dan zand. De zon en de wind zijn bepalende facto ren bij beachvolleybal. „Zeker overdag, als de zon hoog staat, kijk je bij hoge ballen voortdurend in de zon", vertelt Swartjes. „Dan raak je al snel het zicht op de bal kwijt. En als je tegen de wind in slaat, moet je er rekening mee houden dat de wind de snelheid remt. Sven de Vries, een van onze trainers, speelde onlangs een toernooi in Scheveningen bij windkracht acht. Hij serveerde een bal die normaal ge sproken meters uit zou zijn gegaan, maar door de remmende werking van de wind ternauwernood over het net raakte." Als het hard waait, schakelen ervaren beachvolleyballers vaak over op sneller spel. Ze houden de bal dan lager, om te voorkomen dat de wind er grip op krijgt. Officieel wordt beachvolleybal gespeeld op een veld van acht bij zestien meter. Wie - het eerst 21 punten scoort, wint de set. Om de zeven punten wordt van veldhelft ge wisseld, om elk team te laten profiteren van de voordelen die zon en wind bieden. Een team bestaat niet uit zes spelers, zoals in de zaal, maar slechts uit twee. Dat bete kent dat een volleyballer zeer allround moet zijn. Vaste posities bestaan niet, men mag naar voorkeur links in het veld staan of rechts. Swartjes: „Ik ben zelf linkshan dig en sta dus altijd rechts. De set-up komt dan op mijn goede arm terecht." Beide spelers zijn zeer afhankelijk van el kaar. „Je kunt je niet verstoppen. Als je een baaidag hebt, is dat voor allebei een pro bleem. Je moet heel erg op elkaar zijn inge speeld en blindelings weten wat de ander in bepaalde situaties doet. Dat vereist veel training." Beachvolleybal kan in vele vormen wor den gespeeld. Drie tegen drie is minder zwaar en moeilijk dan twee tegen twee. Eén speler staat dan standaard aan het net om te blokken en de anderen wachten ach terin de bal op. Henriëtte Swartjes verloor haar hart aan de sport vanwege het veelzijdige karakter ervan. „Het is allround, je mag alles doen. De zon en de wind maken het je moeilijk en het zware zand vormt een conditionele uitdaging. Maar bovenal is het heerlijk om buiten te kunnen zijn en iets te doen wat je zo ontzettend leuk vindt. Ik ben een Zeeuwse en houd van de zee en de strand- cultuur. Beachvolleybal maakt daar deel Twee palen, een net en een bal, en als het even kan een zonnebril: meer is er

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2010 | | pagina 72