degelijke ploeg sport 123 'Nog één keer alles geven' naar Johannesburg: soms prettig, soms verraderlijk donderdag 8 juli 2010 De halve finale tegen Uruguay was voor Dirk Kuijt de 34e opeenvolgen de wedstrijd van Oranje waarbij hij in actie kwam. foto Koen van Weel/ANP elkaar op het WK wint, doet ook iets goed. Dan kan niet alles even slecht zijn. Een zwak elftal wint namelijk niet van een grootmacht als Brazilië. Dit Oranje heeft alleen iets toegevoegd aan z'n eigen waar den waar we met zijn allen aan moeten wennen. Het spelen om te winnen heeft zich vermengd met een ijzeren wil om niet te verlie zen. Duitse karaktertrekken heb ben bijna geruisloos hun intrede gedaan. Probeer dit team maar eens te verslaan. Bijna geen enkele tegenstander is er in geslaagd om z'n eigen spel te spelen tegen Ne derland. Oranje weet telkens weer het tem po uit de wedstrijd te halen en daarmee wordt meteen het ritme bij de opponent gebroken. Dat is misschien niet altijd even fraai om te zien, het is wel een kwaliteit. „Coaches van tegenstanders wor den moedeloos van ons." Van Mar wijk zei het na de groepsfase al en hij kan die woorden tot aan de fi nale blijven herhalen. Wat verder opvalt is dat alle spe lers op het eind van het toernooi nog altijd fit zijn en ook het fysie ke vermogen hebben om de wed strijden tot het eind vol te hou den. Vooraf waren er grote twijfels of het Nederlands elftal wel voor de juiste preparatie had gekozen door Johannesburg als basiskamp te ne men. Volgens inspanningsfysio loog Raymond Verheijen, die tij dens het WK in dienst was van Zuid-Korea, was het een grote in schattingsfout om op 1700 meter te gaan zitten, omdat je op die hoogte aan explosiviteit verliest.' „Ik wil geen lange neus maken, maar er is veel onzin verteld", zegt Van Marwijk. „Wij hebben ons uit stekend voorbereid en niets aan het toeval overgelaten. Wij hebben in onze aanloop helemaal niets fout gedaan, dat blijkt nu wel." Tel al die dingen bij elkaar op en de uitkomst luidt dat dat rare, won derlijke, degelijke elftal zondag in de finale staat van het WK. Het moet voor de spelers ondertussen een prettige gedachte zijn, dat die ene topdag, die elke ploeg op een toernooi wel heeft, nog altijd moet komen. Arjen Robben: „Voor het toernooi hadden we één doel. Je voelde ge woon dat het weer ging lukken. Dit is zo'n geweldige groep. Nog eentje en dan zijn we er." Robin van Persie: „Wat een char mante vrouw is die Maxima. Ik vond het echt heel leuk dat ze ons samen met de prins kwam feliciteren. We zijn zo blij. We staan in de finale." Rafael van der Vaart: „ledereen ver wachtte even dat we de finale gin gen halen, maar dan moet je het wel nog even doen. Dit is geweldig om mee te maken." Henk Kesler, directeur betaald voet bal: „Ik ben in staat om een groot plakkaat bij de grens op te hangen met daarop de tekst: 'Jetzt fahren Sie in das Land der Weltmeister'." Bert van Marwijk: „Ik ben heel blij en erg trots dat wij als zo'n klein voetballandje in de finale staan. Dat is bijna niet te bevatten en een groot compliment voor iedereen." Wesley Sneijder: „Ik kan alleen maar tegen de groep zeggen: Ge niet ervan, want zoiets maak je niet vaak mee in je leven. We moeten nog één keer alles geven." Maarten Stekelenburg: „Bij het schot deed ik een stap naar rechts, daardoor stond ik niet in de positie om op de juiste manier te reage ren." Dirk Kuijt: „Hier houdt het natuur lijk niet op. Ik heb één keer eerder een grote finale gespeeld en die heb ik verloren. Dat wil ik nooit meer meemaken." Giovanni van Bronckhorst: „Als we zondag die beker winnen uitgere kend in mijn afscheidsduel ben ik wel even van de wereld. Dat zou een jongensdroom zijn." we aanvalsleider prikkelt meteen de fantasie. Van Persie is in de eer ste helft tegen Mexico (2-1) scherp en ongrijpbaar. Prachtige goals worden er geserveerd. Nieuwe hoop is geboren. 1 juni, Rotterdam: Achteloos wordt Ghana opzij gezet. Het wordt in De Kuip 4-1. 5 juni, Amsterdam: Als er ooit een documentaire wordt gemaakt over de avonturen van Oranje, dan zou het fantastisch zijn als er ook beelden zijn van de vliegreis van Amsterdam naar Johannesburg. Al die bedroefde gezichten, omdat Robben tijdens de puntgave show tegen Hongarije (6-1) geblesseerd is geraakt bij het onnodigste hakje van het jaar. Het begin van de reis, lijkt meteen het einde te zijn. Het besefis er: Oranje kan niet zonder Robben, maar het zal waarschijn lijk wel moeten. 12 juni, Johannesburg: De man van glas heeft blijkbaar toch nog een beetje plastic tussen zijn ve zels, want Robben is aangekomen in Johannesburg. En dat niet al leen, hij is zelfs bijna fit. 14 juni, Johannesburg: De kop is er af, maar in de kalebas van Johan nesburg wordt het kookpunt nooit bereikt. Oranje wint met 2-0 van de Denen, maar ergens zit een blokkade. 19 juni, Durban: Het WK is nog maar net begonnen, of Oranje weet al dat het door mag naar de volgende ronde. De 1-0 winst op Japan krijgt 's avonds een positief vervolg als Denemarken Kame roen verslaat. 24 juni, Kaapstad: Het duel met Kameroen is een stuk minder inte ressant (2-1), dan de wedstrijd tus sen Slowakije en Italië. Waar ieder een rekent op de wereldkampioen als tegenstander in de achtste fina le, rolt opeens het verrassende Slo wakije uit de bus. 28 juni, Durban: De dag die de ge schiedenis ingaat als de liplezer van Oranje. Allemaal leuk en aar dig die zege op Slowakije (2-1), maar het gaat die avond alleen nog maar over de verbale uitbars ting van Van Persie richting de bondscoach op het moment dat hij gewisseld wordt. 'Je moet Sneij der wisselen', schijnt Van Persie te roepen. De echo van die woorden bereikt het thuisfront in no-time. 29 juni, Johannesburg: De bonds coach is niet eens zozeer boos, eer der teleurgesteld. Wat moet hij nou met al die kritiek op het slo me spel van Oranje. „Wees eens een keer trots", bijt hij de journalis ten toe. „We zitten nota bene bij de beste acht landen van de we reld. Het is bij ons nooit goed." 2 juli, Port Elizabeth: Het won der, het mirakel. Dis alle superlatie ven maar op. Winnen van het on genaakbare Brazilië: dat kan niet. Het kan dus wel. Na een waardelo ze eerste helft, volgt de ommekeer in het toernooi. Sneijder scoort twee keer, waarvan eenmaal met het hoofd. Het wordt 2-1. 4 juli, Johannesburg: Wie je ook spreekt bij Oranje: ze hebben het allemaal over De Missie, het geloof in de wereldtitel. En beetje voor beetje begint de rest van Neder land dat bijzondere gezelschap se rieus te nemen. 6 juli, Kaapstad: De bondscoach heeft een traan in de ogen en een snik in zijn stem. „Vlak voor het einde van de wedstrijd besefte ik dat we na 32 jaar weer in een WK-finale staan." Oranje viert feest, de spelers dansen in de kleedkamer op de tafel. Oh, wat ging het weer moeizaam tegen Uruguay (3-2), maar wat maakt dat uit. Nu nog een gouden pakje ophalen in Johannesburg.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2010 | | pagina 25