door de Club van 23
Waterpolotoernooi
op bescheiden schaal
Nijpjes favoriet, maar
alles is nog mogelijk
39
Wjm
maandag 28 juni 2010
'Zelf heb ik altijd positief gestaan tegenover
wereldwijde verbreiding van de sport. Zonder
internationalisering kwam je niet verder.'
Ton Marteijn
door Roeland van Vliet
YERSEKE - Dat de regels in de korf
balsport nog altijd aan verande
ring onderhevig zijn, vindt Ton
Marteijn (82) een prima zaak.
„Die evolutie is goed", stelde hij
zaterdag tijdens het eeuwfeest
van de Yersekse vereniging Volhar
ding. „Ik was altijd vooruitstre
vend. Je moet er altijd maar op ho
pen dat je opvolgers jouw lijn
doortrekken. Dat gebeurt geluk-
kig."
Marteijn is een belangrijk figuur
(geweest) in de sport. De Yerseke-
naar - tegenwoordig woonachtig
in Goes - zat jarenlang in het be
stuur van het Koninklijk Neder
lands Korfbal Verbond en was
daarnaast secretaris-generaal van
de Internationale Korfbal Federa
tie. „Die functies heb ik zelfs eni
ge tijd gecombineerd", zei hij
trots. Daarvoor was hij ook nog
bestuurder in Zeeland, hoofdklas-
sescheidsrechter en internationaal
arbiter. „Iedereen in de sport ken
de me. Men kwam mij overal te
gen."
Inmiddels is Nederland hem ver
geten. België echter niet. Daar heb
ben ze de zogenoemde Club van
23, een groep van oud-bestuur
ders binnen de korfbalsport. Mar
teijn is al geruime tijd het enige
Nederlandse lid. Ze hebben hem
gevraagd, omdat hij zo veel met
hen te maken had gehad. Het is
pure waardering.
Met z'n allen proberen ze zo'n
acht keer per jaar bij elkaar te ko
men. „Je moet je contacten een
beetje warm houden", zei de Be
velander. „We maken culturele
uitstapjes en sluiten de dag dan af
met een goed etentje."
Zaterdag was Marteijn de gast
heer. De vereniging waar hij al
zo'n zeventig jaar lid van is, vier
de namelijk het honderdjarig be
staan. De groep bezocht eerst de
Yersekse oesterputten en nestelde
zich daarna op het overdekte ter
ras van Volharding. Op het kunst
grasveld werden weliswaar twee
duels gespeeld - het Zeeuws team
werkte zich in het zweet tegen
Oranje Wit, Oud-België trof gele
genheidsteam Zeeland 4 - maar
daar had de Club van 23 weinig
oog voor. Er was veel te bespre
ken.
Een onvermijdelijk onderwerp
was korfbal. „We bespreken de
sport - als dat woord bestaat - re-
tro-beschouwend", verklapte Mar
teijn, die bij Volharding liefst
zestien jaar lang penningmeester,
secretaris en voorzitter tegelijk
was. „Maar we moeten oppassen
dat we niet alleen maar tegen el
kaar zeggen: dat deden we vroe
ger beter. Elke eeuw heeft z'n ei
gen evoluties en daar zitten goede
en slechte bij."
Dat het spel nog altijd aan veran
deringen onderhevig is, vindt
Marteijn overigens juist. Stilstand
is maar achteruitgang. „Zelf heb
Ton Marteijn
ik bijvoorbeeld altijd zeer positief
gestaan tegenover wereldwijde
verbreiding van de sport. Zonder
internationalisering kwam je niet
verder. Dan bleef korfbal iets na
tionaals. Maar het was nog heel
moeilijk om iedereen in Neder
land die gedachte eigen te maken.
De noodzaak werd niet gevoeld.
Men dacht: doe maar gewoon,
dan doe je al gek genoeg. Maar ik
zei: we hebben een goed product
met een co-educatief element.
Het is namelijk de enige gemeng
de teamsport!"
Marteijn was chef de equipe op
tal van internationale reizen en
kreeg met korfbal voet aan de
grond in vele landen. „Voordat ik
begon, werd er in zes landen ge
korfbald, nu zijn het er over de
vijftig."
Alleen in de Verenigde Staten wil
de het niet zo lukken. „Dat is een
teleurstelling. Maar die moet je
voor lief nemen. Het gaat om het
grote doel: van korfbal een mondi
ale sport maken."
De Yersekenaar was daardoor ook
een groot voorstander van twee-
vakkenkorfbal. Het spel met drie
vakken, gespeeld door twaalftal
len, zou internationaal niet 'ge
noeg aanslaan. „Ik vond mijzelf al
tijd een typische middenvakspe
ler. Daar kon ik het best uit de
voeten. Toch vond ik dat het mid
denvak afgeschaft moest worden,
om promotionele redenen. Als je
een traditie over wilt brengen
naar een ander land, zul je die
iets moeten aanpassen aan de
plaatselijke cultuur. In ons land
was veel weerstand. Uiteindelijk
ging Nederland overstag, maar
wel pas een jaar na België."
Dat was een mooi compliment
voor de andere leden van de Club
van 23, met wie Ton Marteijn het
bij Volharding goed naar z'n zin
had. Ze lieten zich de "mossels
goed smaken.
Lennart Swennen van De Stormvogel schiet op het doel van Bruinvis-doel
man Paul van Dongen.
foto Peter Nicolai
door Aector Dooms
SAS VAN CENT - Het waterpolotoer-
nooi in Sas van Gent dreigde de
laatste jaren door de desinteresse
bij andere waterpoloverenigingen
teloor te gaan. Dit jaar lukte het de
organiserende club De Bruinvis,
hetzij moeizaam, weer deelnemers
voor het toernooi te vinden.
DIO uit Etten-Leur en De Storm
vogel uit Vlissingen zijn de enige
clubs die op de uitnodiging zijn in
gegaan. Gelukkig doen de gasten
mee met twee teams, zodat er een
halve competitie met vijf ploegen
wordt afgewerkt. „We zijn een ge
zelligheidsvereniging. Die sfeer zie
je ook terug op ons toernooi", ver
telt organisator Jan-Willem Ra-
mondt, die bij De Bruinvis speelt.
„We hebben een hechte vrienden-
ploeg. De vijfde 'time' (een water-
polowedstrijd gaat over vier perio
des) vinden we belangrijk, maar
we willen ook graag winnen. Dat
is dit seizoen minder gelukt, want
we zijn gedegradeerd."
Is de magere opkomst een afspiege
ling van de teruggang in het
Zeeuwse waterpolo? Ramondt er
kent dat het met het waterpolo in
Zeeland armoedig gesteld is. „In
Brabant leeft het meer. Natuurlijk
hebben ze daar ook meer clubs."
Pim Bekkers van De Stormvogel
deelt de mening van Ramondt,
maar gaat nog een stapje verder.
„In heel Nederland wordt het ni
veau in het mannenwaterpolo
minder, omdat het waterpolo in
de breedte achteruitholt. Kijk je
naar Zeeland, dan hebben we al
leen De Schelde, De Stormvogel
en De Bruinvis nog. Ik heb andere
tijden gekend."
Bekkers (43) speelt al 35 jaar water
polo en was jarenlang een vaste,
waarde in het eerste team. De
Zeeuwse derby tegen De Schelde
had voor hem iets speciaals. Die
komt volgend seizoen weer in
beeld, omdat de Vlissingers zijn ge
promoveerd naar de vierde klasse.
„Vier jaar zaten we in een dip. Nu
zijn we met een jonger team terug
op de goede weg."
Sjaak Leijnse, een andere routinier
van De Stormvogel 1, wordt vol
gend seizoen de coach. De Schelde
en De Stormvogel zijn een uniek
samenwerkingsverband aange
gaan. Ze trainen gezamenlijk op
de dinsdagavond in het zwembad
van De Vliegende Vaart in Terneu-
zen.
Het mixteam van De Stormvogel 2
won zaterdag het toernooi voor
De Stormvogel 1, DIO 1, De Bruin
vis en DIO 2. Ook de vijfmeterses-
sies (strafworpen) werden gewon
nen door De Stormvogel 2.
door Lucien Roelandt
De vroege kopgroep raast door de straten van Nieuwerkerk.
foto Dirk-Jan Gjeltema
OUDE TONCE - Chantal Nijpjes stel
de zaterdag nog maar eens uitdruk
kelijk haar kandidatuur voor de
eindzege in de Rabobank Talenten
Dressuurcompetitie Regio Zeeland
klasse Z. De amazone uit Middel
burg stuurde in het Hippisch Cen
trum Oude-Tonge voor de vierde
keer op een rij de ruin William
naar de overwinning in Z2.
Chantal Nijpjes en William scoor
den 65.29 procent. Nijpjes en de
Rubiquil-zoon zijn hiermee hui
zenhoog favoriet voor de eindzege
in Z2. Maar de kaarten zijn nog
niet geschud. Dat werd onder
streept door Jeanine Nieuwenhuis,
die de Rubiquil-dochter TDN's Va
lencia met 65 procent naar de
tweede plaats stuurde en zich daar
mee verzekerde van een startbe
wijs voor de eindstrijd. Daarin
gaan eind augustus, bij 'Horses by
the Sea' in Domburg, alle finalis
ten met een blanco lijst van start.
Dus alles is nog mogelijk.
In de klasse Zi ging de overwin
ning naar Wilma Salm met de
merrie Zazou. De amazone uit Yer-
seke reed de San Remo-dochter
naar 63.82 procent. Salm is hier
mee nog niet verzekerd van een
plaatsje bij de beste acht, want zij
heeft nog maar twee van de drie
verplichte wedstrijden gereden.
Een goed resultaat in de laatste se
lectiewedstrijd, op het Palm Con
cours in Vlissingen, is dan ook nog
nodig voor een finaleplaats. Jessica*"
Nijpjes, al verzekerd van de eind
strijd, stuurde Vigo met 62.94 pro
cent naar de tweede plek, die de
Middelburgse moest delen met
Tessa Baaijens en de merrie Rianaf