ii spectrum
Zaterdag 26 juni 2010
foto Juan Vrijdag/ANP
Zeker zo belangrijk, vindt Duivesteijn, is
dat Vinex-wijken nog geen normale sa
menlevingen zijn. „Er is een heel strikte
scheiding tussen wonen en werken. Men
sen kunnen er nog niet terugvallen op so
ciale verbanden en zijn heel erg op zich
zelf gericht, op het eigen gezin, de eigen fa
milie. Voor jongeren heeft zo'n wijk wei
nig tot niets te bieden."
Gideon Bolt, stadsgeograaf aan de Universi
teit Utrecht: „De verwachtingen over Vi
nex-wijken zijn veel te hooggespannen.
Als je er gaat wonen met de gedachte dat
je de overlast en de criminaliteit van de
stad ontvlucht, kom je bedrogen uit. De
problemen vallen dan extra tegen. Het
idee van de idylle van de veilige, blanke
buitenwijk moet beslist doorgeprikt, maar
het omgekeerde is ook niet waar: het is
geen hel."
Socioloog Spangenberg stelt dat er in een
wijk balans nodig is tussen wonen, wer
ken en spelen. „Die wordt gevormd door
bewoners, maar beleidsmakers dachten
dat ze die konden scheppen op de tekenta
fel. Met als gevolg dat architecten in op
dracht van domme bestuurders wijken
hebben ontworpen waar ze zelf nooit zou
den willen wonen. Het is de ideologie van
technocraten. Langs de liniaal zijn huizen
en straten getekend die zó dicht op elkaar
staan, dat je het er benauwd van krijgt.
Met als gevolg dat mensen er weer zo snel
mogelijk weg willen, op zoek naar ruimte,
naar een open plek. Maar niet iedereen
heeft de financiële mogelijkheden om ook
daadwerkelijk te vertrekken."
Dat komt doordat mensen in de hoogcon
junctuur een woning hebben gekocht met
een tophypotheek, oordeelt Duivesteijn.
„Ze hebben gewoon te veel betaald en als
ze nu verkopen, blijven ze met een flinke
schuld zitten. In Vinex-wijken zie je een
concentratie van mensen, meestal tweever
dieners, die bezig zijn om te overleven. En
de economische crisis maakt die druk al
leen nog maar groter."
Uit een recent onderzoek van het Planbu
reau voor de Leefomgeving blijkt dat in de
meeste Vinex-wijken een afspiegeling van
de bevolking van de rest van de stad'
woont. Stadsgeograaf Bolt: „En net als in
sommige stadswijken zorgen ook in Vi
nex-wijken jongeren van een bepaalde leef
tijd voor overlast. Als je wijken wilt waar
niets gebeurt, moet je streven naar een
soort Wassenaar: wijken met alleen rijke,
witte mensen. Dan veroordeel je alle ande
ren dus om in de stad te blijven wonen."
Stadsgeograaf Bolt ziet wel dat een deel
van de overlast en criminaliteit zich ver
plaatst van de stad naar de Vinex-wijk. Hij
noemt dat het waterbedeffect. „Oude
vriendjes uit de stad ontmoeten elkaar in
de Vinex-wijk."
Een goed voorbeeld daarvan is IJburg, het
fraaie Vinex-eiland bij Amsterdam. Aange
prezen als een wijk waar het exclusief wo
nen is. Bewoners verwachtten een rustige
buurt, waar ze hun fiets niet op slot hoef
den te zetten zoals in de stad. Maar er
kwam overlast, er kwamen overvallen op
de supermarkt. Er is geen wezenlijk ver
schil meer met de stad en menig bewoner
is weer vertrokken of wil weg. Van hun
droom is niets meer over.
Toch denkt Bolt dat het in Vinex-wijken
over het algemeen voor veel mensen heel
aardig toeven is. „Zolang je maar niet ver
wacht dat je van alle vervelende dingen ge
vrijwaard blijft. Dat is onrealistisch. Niet
denken dat je de achterdeur open kunt la
ten. Realiseer je dat waar jongeren zijn, je
bijna automatisch overlast hebt. Het is
geen pais en vree in de Vinex-wijk, maar
het zijn beslist niet de getto's geworden
die sommigen hadden voorspeld."
De moeder van de tweeling denkt daar
toch anders over. Al vindt ze het wel jam
mer. „Van mensen die hier zijn komen wo
nen toen de wijk net was gebouwd, heb ik
gehoord dat het destijds heel prettig was",
zegt ze. „Veel van die bewoners zijn ver
trokken. Mijn man en ik denken er ook
wel eens over te verhuizen, maar dat kun
nen we ons nu nog niet veroorloven. Mis
schien over een jaar of vier, want we wil
len onze kinderen hier toch liever niet la
ten opgroeien."
reageren?
spectrum@wegener.nl