spectrum 4
i ta'ü^éi
Rust in het stuivend zand
Zien, ruiken, horen, voelen...
mmmié
Zaterdag 26 juni 2010
si
z
/«(jij?
ï,£-- J*? >•-
Het gasplateau in het Verdronken Land van Saeftinghe.
^s\jÉ'T
Muurpeper
foto's Chiel Jacobusse
Konijn
Het Latijnse werkwoord sedare betekent: kalme
ren, bedaren of rustig maken. In de medische
wereld vind je dat terug in het woord 'sedati-
va', dat gebruikt wordt om kalmerende midde
len aan te duiden. Van hetzelfde werkwoord is de planten
naam Sedum afgeleid. Daarover zijn taalkundigen het wel
eens. Maar de vraag wat planten van het geslacht sedum
te maken hebben met rustig worden of bedaren, wordt
verschillend beantwoord. Dat wordt vaak in verband ge
bracht met het oude gebruik om planten van de huislook
(vroeger behorend tot het geslacht sedum, maar inmid
dels niet meer) op het dak te planten om daarmee blik
seminslag te voorkomen. Maar de gewoonste plant van
het geslacht sedum brengt op een andere manier rust...
Muurpeper heet sedum acre en dat betekent 'scherpe rust-
brenger'. Dat scherpe heeft, net als het Nederlandse 'pe
per' betrekking op de scherpe smaak. Rust brengen doet
de muurpeper ook; heel concreet op een kale zandbodem
die dreigt te verstuiven door de wind. Heel mooi is dat te
zien op het gasplateau in het Verdronken Land van Saef
tinghe. Dat is een hooggelegen zandbult die bewoond
wordt door een enorme hoeveelheid konijnen. Ziekten
als myxomatose en vhs (viraal haemorragisch syndroom)
komen hier voor, maar leiden nauwelijks tot een afname
van het aantal konijnen. Evenmin zijn de aanwezige vos
sen in staat om het aantal konijnen flink uit te dunnen.
Eigenlijk is dat maar goed ook. De konijnen spelen een
cruciale rol in de levensgemeenschap ter plekke. Door het
begrazen van de schrale begroeiing zorgen de konijnen
dat de vegetatie kort blijft en dat is van belang voor broed-
vogels als veldleeuwerik, kievit en scholekster. De kale
zandhopen die rond de vers gegraven holen liggen, zijn
erg in trek bij de schorzijdebij. Deze bijzondere wilde bij
tjes graven juist bij de ingang van konijnenholen massaal
hun nestgangetjes en het is ongetwijfeld mede aan de vele
konijnen te danken dat de schorzijdebij met vele tiendui
zenden op het gasplateau voorkomt.
Ongetwijfeld zijn er meer insecten die van de gravende
konijnen profiteren. Natuurlijk is de parasiet van de schor
zijdebij, de schorviltbij, indirect van de graafwerkzaamhe
den afhankelijk. Maar ook vogels profiteren van de talrijk
aanwezige konijnenholen. Zoals de bergeend, waarvan
het bontgekleurde vrouwtje het opvallende verenkleed
aan het oog van vijanden onttrekt door ondergronds in
verlaten konijnenholen te broeden. Ook de zeldzame
tapuit broedt in oude konijnenholen en waarschijnlijk is
bij deze steeds schaarser wordende soort het gasplateau in
Saeftinghe nog vrijwel jaarlijks als broedplaats in gebruik.
Maar niet alleen dieren; ook planten profiteren van de
graafactiviteiten van de konijnen. De muurpeper is daar
van de meest opvallende. Veel konijnenholen worden om
ringd door een ring van muurpeper. Dat valt speciaal in
deze tijd van het jaar extra op, ofndat de muurpeperplant
jes nu hun felgekleurde gele sterbloempjes dragen. De
muurpeper brengt rust in het omgewoelde zand en eigen
lijk zorgt dit minuscule plantje er voor dat het omgewoel
de zand niet wegstuift naar de peilloos diepe vaargeul van
de Schelde. Niet alleen natuurbeheerders, maar ook lei
dingeigenaren en havenbaronnen hebben op de keper be
schouwd heel wat te danken aan dit op het eerste gezicht
nogal onbeduidende plantje. Toch eens kijken of dat -in
deze barre tijden van bezuiniging- geen nieuwe perspec
tieven voor mogelijke sponsors biedt.
Zomer! Wie door het Zeeuwse een fietstocht maakt en daar waar dat mogelijk is
de buitenkant van de zeedijk opzoekt, kan niet anders dan de weidsheid van het
landschap ervaren. Hoewel landschap? Turend over het water ontdekken we
slechts in de verte enkele eilanden.
Desalniettemin hoort ook het water tot het Zeeuwse landschap. Sterker nog, het
is er een niet weg te denken onderdeel van. Zee-landschap dan! Het is tijdens
zo'n tocht dat we verzeild raken aan de Oosterschelde ter hoogte van de Katse
Plaat. Voor ons oog trekken stapelwolken met witte koppen en zware schadu
wen, in sterk contrast met de helblauwe hemel, over het oneindig lijkende estua
rium. De contouren van Schouwen en Tholen aan de horizon markeren de grens
tussen zwerk en zee. Op dit moment is het beeld ongekend ruimtelijk.
Blikkend ligt de Schelde daar ogenschijnlijk in rust. De slikken onderbreken de
lichte weerkaatsingen met grijszwarte patronen. Nu en dan donker kleurend
door de, zich langzaam verplaatsende, zware schaduwen van de wolkenpartijen.
Een zagerspitter zoekt zijn geluk in de zwarte modder. Duidelijk tekenen zich,
her er der, de sporen van zijn werk af! Nu het eb is, hangt er een zilte lucht ver
mengd met de geur van het slik. Het is stil, op het eentonige geluid van scheeps
motoren na, ver op de achtergrond. Je moet bij deze ervaring wel van dit land
schap gaan houden. Maar hoe zal het morgen zijn? Daar, tussen de stapelwolken,
tekenen zich flarden van windvanen af die er aan herinneren dat dit beeld van
de ene op de andere dag kan omslaan. Mogelijk beuken binnen afzienbare tijd
golven aangewakkerd door een zware noordwester de zeeweringen en gaan ge
dachten naar de eeuwigdurende strijd die in het verleden met de elementen is,
en in de toekomst steeds zal moeten worden, gevoerd.
èÉÉÉIi