Boterk(r)ul
m wonen@wegener.nl 27 wonen
BF—1 024-3650509
Zaterdag 26 juni 2010
door Jan van Muliem
aan vintage
Ooit hip en veelgebruikt, nu afgedankt en zieltogend
in een hoekje van de kast: keukenlijken.
In deze aflevering: een boterkrulier.
Ik ben meer van de functie dan van de vorm. Dat
werd deze week weer duidelijk toen ik begon te
tikken aan deze aflevering van Keukenlijken, een
botergarneerlepel. Ik las in het begeleidende
mailtje over het maken van centimeterslange
boterkrullen, -torentjes, -rozetjes en -bolletjes... 'Een
sieraad voor elke keuken, meneer'. Oké, dacht ik.
Leuk. En verder? Ik bedoel... Functie??
Verder niets. Geen woord over het praktische belang.
Waarom wil je boterkrullen, laat staan boterrozetjes?
Welk gerecht schrijft dat voor? Een LOI-cursus 'Crea
tief met cake' zou mij al mild hebben gestemd. Maar
nee. Het toverwoord is 'presentatie', lees ik verder.
Het zal mijn afwijking zijn. Hapjes als kleurig gevulde
tongrolletjes op een bedje van prei of brioches met
tonijn en een zoet pepertje met rouille (ik heb het
ook moeten opzoeken) zien er vast weergaloos uit.
Maar je maakt mij net zo blij met een kale minigehakt-
bal. Zeker als ie met fijne kruiden vers is gedraaid en
dus niet in de fabriek in zo'n vettig magnetronzakje is
gestouwd, valt die ongeëvenaarde Chinees-porselei
nen schaal waarop de ballen worden gepresenteerd,
mij niet eens op. Dat is niet onattent (bedoeld): ik heb
er gewoon geen oog voor. Heeft iets te maken met
vrouwen en Venus en mannen en Mars, troost ik me.
Dat de botergarneerlepel is genomineerd en zo char
mant is beschreven door Peter Visser, wijt ik dan maar
even aan een kapot kompas.
Goed, terug naar die boterlepel. Of boterkrulier, zoals
dit stukje representatiegereedschap vaker wordt ge
noemd. Visser beschikt nog over de gebruiksaanwij
zing, waaruit hij, bij nader inzien - gelukkig, citéért:
„Deze lepel, het is een sieraad voor elke keuken (ja ja,
dat wisten we al). Voor het maken van boterkrullen,
laat u met lichte druk de lepel over de oppervlakte
van een stuk boter (uit een halfpondspakje) glij
den. De boter mag niet te hard of te zacht zijn.
U dompelt de lepel voor en tijdens het ge
bruik in heet water. Om rozetjes te maken,
zet u een torentje boter van een centi
meter of 3 rechtop in een schaaltje. U
schraapt met de lepel van onder naar
boven steeds rondom een to
rentje, waardoor de aardige ro
zetjes ontstaan."
De gastvrouw die prijs stelt
op een keurig aangerichte ta
fel, kan met de achterzijde van de lepel boterbollen
creëren, staat er ook nog bij. „Of meloenbolletjes
scheppen. Of Parijse aardappeltjes maken", lepelt een
(vrouwelijke, natuurlijk) collega, bekend met dit keu-
kenlijk, diverse andere mogelijkheden op.
Kijk, dat vind ik toch stoer. Van haar, dat zij die aanvul
ling achteloos uit haar mouw schudt. Maar ook wat de
boterkrulier zelf betreft: hij lijkt daardoor zowaar (in
"mijn ogen) functioneel te worden. En dat maakt het
des te meer de moeite waard uit te zoeken of dit keu-
kenlijk nog nieuw te koop is. Een rondje internet wijst
uit dat de klassieke van Visser gerust Remi genoemd
mag worden. Maar aan modernere nazaten geen ge
brek. Bijvoorbeeld van Brabantia (Brabantia.com),
Wüsthof (Wusthof.com) en Berghoff (Berghoffworld-
wide.com). Je maakt er krullen of bolletjes mee via
een haakje met kartelrand. Als je dat haakje er eens af
zou kunnen draaien en, a la het tuingereedschap van
Gardena, vervangen voor een aardappelstamper-, vis-
ontschubber- of appelbooruiteinde, ben ik écht om.
Foto links: De twee fauteuils en de
bank in de lobby werden op verschil
lende plekken gekocht, maar blijken
bij elkaar te horen. Erbij staat lamp
Arco, een klassieker van Flos.
Foto midden: Hoewel de meubels uit
heel Europa naar het hotel kwamen,
is de inrichting verre van een alle
gaartje: het zijn de sixties a la 2010.
Foto bovenDe kamers kregen een
wand met retrobehang in re-editie.
Links een oud bureau en een stoel
van Eero Saarinen, gemaakt voor de
New York City Bank. foto's PR
beetje creatief, een beetje familiaal
en huiselijk. Met een lobby, wijn
bar en terras waar je lekker gaat zit
ten lezen, een wijntje drinken, pra
ten of op je laptop werken. En
met vintage meubels uit de jaren
vijftig, zestig en zeventig. Ze vroe
gen Michel Penneman samen met
hen de inrichting onder handen te
nemen. Penneman, van huis uit in
terieurontwerper van privéwonin-
gen, maakte de afgelopen jaren
naam met bijzondere Brusselse
hotelinrichtingen voor The White
Hotel, het Tenbosch House en
heel recentelijk het Pantone Hotel.
Hij begreep precies wat de Hen-
rions wilden en had er zin in.
„Het budget was beperkt: 170.000
euro voor alle meubels in het ho
tel en de 29 kamers. Ook in dat ge
val kan kiezen voor vintage design
een slimme zet zijn. Het is moge
lijk 'tweedehands' origineel ont
werp op de kop te tikken voor
minder dan de helft van de prijs
van een nieuw exemplaar. Soms
heb je geluk, vind je stukken voor
een koopje, een paar tientjes."
Maar je moet er wel tijd voor en
zin in hebben, drukt Penneman ie
dereen op het hart. „Het betekent
veilingen en tweedehands winkels
bezoeken en het internet afschui
men. Vervolgens rijd je half Euro
pa door om de vondsten te bekij
ken en op te halen. Of je moet ze
laten versturen, wat ook werk met
zich meebrengt."
Maar het resultaat mag er zijn:
hier is een vintage designstuk niet
opgenomen in de mix van een in
terieur, maar spelen de originele
Eames-, Saarinen- en Pastoe-meu
bels de hoofdrollen.
Het geheel ademt op een noncha
lante manier iets elegants, alsof je
in een aflevering van de in de ja
ren zestig populaire televisieserie
De Wrekers bent beland. Maar dat
komt ook omdat Penneman en de
Henrions tot in de kleinste details
het thema doorvoerden. Ze von
den niet alleen meubels, maar ook
spiegels, kapstokken, servies en
oranje telefoons om het gevoel
compleet te maken. Maar een ker
mis is het niet. „Toen we het pand
stripten, bleek de architectuur van
zichzelf al prachtig. We zijn in de
weer gegaan met veel gebroken-
witte verf en grijszwart voor het
lijstwerk. Zwart tapijt en houten
vloeren maken de rustige basis af.
Vervolgens zijn we gaan samenstel
len."
In de kamers kreeg slechts één
muur een retrobehang, die achter
het bed, om het rustig te houden.
De bedden, niet vintage maar nieu
we boxsprings, gaan vergezeld van
bijvoorbeeld bedkastjes van Pastoe
met daarop kunststof gekleurde
vintage lampen. In elke kamer
staat wel een designstoel. „We heb
ben zo veel mogelijk gebruik ge
maakt van vintage maar nog goed
en stevig designmeubilair, maar
zijn er niet te strikt mee omge
gaan. De sfeer, los en creatief was
belangrijk. Zo zou ik dat thuis ook
doen: zorgen voor een mix die lek
ker voelt. Zo zijn de lampen in de
hal bij de lift nieuw, van de hand
van de Britse ontwerper Tom
Dixon. Maar ze zijn wel erg retro,
dus het plaatje klopt."
www.vintagehotel.be
Reageren?
redactie.wonen@wegener.nl
TIPS VOOR THUIS
NB: In juli en augustus sluiten we deze rubriek af met
zomerse keukenlijken. Wie nog een keukenhulpje
heeft dat niet meer wordt gebruikt en een typische
zomers karakter heeft, kan een mail plus foto van het
'zomerlijk' sturen naar redactie.wonen@wegener.nl
Kies voor een rustige basis, zeker als je veel (en verschillende kleuren) vintage design gaat mixen.
Wees niet te streng in de leer. Een echte fifties koelkast is mooi, maar werkt hij nog goed en ener
giezuinig en is het wel hygiënisch? Met een nieuwe Bosch of Smeg bereik je misschien hetzelfde
resultaat.
Let ook op de details: asbakken, vazen en spiegels uit dezelfde periode maken het af.
Er is inmiddels veel nep op de markt, probeer kritisch te blijven. Een kopie uit de jaren zestig zelf
kan charmant zijn, maar nieuwgemaakte vintage is vaak gewoon kitsch.
Betaal liever niet meer dan de helft van de prijs van hetzelfde meubel dat nieuwgemaakt is, het
blijft tweedehands.