Bizons en indianen in de Ardennen Omdat hij geen zin had elke dag koeien te melken, liet een Belgische boer een kudde Amerikaanse bizons overvliegen naar de Ardennen. Boris Peters waande zich even in het Wilde Westen. SJB La Ferme des Bisons ligt in de buurt van Bastenaken. De vakan tiehuisjes in de oude hoevege bouwen uit de achttiende eeuw zijn te huur. De bizons lopen in de aangrenzende weilanden. Het toeristisch centrum van de bizonboerderij is van 10 juli tot 22 augustus open (maandag en vrijdag gesloten). Een huifkar tocht kost 3,50 euro (kinderen 2,50 euro). De museumentree is 4 euro (kinderen 2,50 euro). Op 10 en 11 juli is het Indian Festi val, toegang 6 euro (kinderen 4 euro). Voor informatie kijk op www.fermedesbisons.be of bel naar 0032-61210640. MM MM MM ha reizen@wegener.nl i7reizen r^=H 024-3650360 Zaterdag 5 juni 2010 Tijdens het jaarlijkse indianenfestival worden de bizons omgeven door een woud van tipi's. Ruim ï.ooo kilo zwaar is Coco en hij komt recht op ons af. De imposante bizon weet wat hij wil: lekker even met z'n enor me kop tegen de mensen aanschur ken. De zachtmoedige, gehoornde gigant is anders dan de bizons ver derop in de wei. Hij is met de fles grootgebracht en voelt zich beter thuis bij ons dan bij soortgenoten. De andere bizons staan rustig te grazen. Kalveren drinken bij hun moeder, vanaf een afstandje gade geslagen door enkele bizonstieren. Het tafereel doet Amerikaans aan, maar toch zijn we gewoon in de Belgische Ardennen. In Recogne, een deelgemeente van Bastenaken, op La Ferme des Bisons om pre cies te zijn. Koningen van de vlakte, zo noemt de 45-jarige Jean-Fran^ois d'Hoff schmidt zijn bizons. De boeren zoon raakte al jong gefascineerd door de beesten. Op zijn 23e vloog hij naar Chicago om liftend op be zoek te gaan bij bizonranches. Op die manier kreeg hij een goed beeld van de dieren. Bizons zijn goed bestand tegen al lerlei ziektes en ze hebben de mens niet nodig om te overleven. Dat is nog eens iets anders dan aan de boerderij 'geketend' te zijn door koeien die je twee keer per dag moet melken, zo bedacht de jonge boerenzoon. TWee jaar later slaagde d'Hoffschmidt er in zijn eerste bizons vanuit Dakota naar België te halen. Hij wilde beschei den beginnen, maar gezien de ho ge kosten per bizon werd besloten dat het efficiënter was om in één keer honderd beesten te halen. Vanuit Chicago werden de beesten overgevlogen naar België. „Niet per vrachtvliegtuig, maar gewoon onderin een DC10 passagiersvlieg tuig. Zestien stuks per vlucht". Het doel was de bizons voor hun vlees te houden, maar vanaf het begin bleken boeren elders in Eu ropa de beesten voor de fok te wil len kopen. Dat leverde d'Hoff schmidt, die later met vier ande ren een coöperatie oprichtte, een welkome inkomstenbron op. Van af het begin werkte hij samen met een lokale slager om het bizon vlees aan de man te brengen. Ook nu nog is bij een aantal slagers en restaurants in Bastenaken bizon vlees verkrijgbaar. Het grootste deel gaat echter naar Duitsland waar het in trek is bij restaurants. Een jaar na de eerste kudde wer den nog eens honderd bizons over gevlogen. Tegenwoordig telt de kudde 240 beesten, die verspreid staan over enkele enorme weiden op twee locaties in de Ardennen. Toerisme maakte aanvankelijk geen deel uit van de plannen. Maar nadat de koeien verdwenen waren van zijn boerderij, stond een aantal gebouwen leeg. Bizons blijven namelijk het hele jaar door buiten. Van de gebouwen werden vijf vakantiewoningen gemaakt met in totaal 67 bedden. In 1997 kwam er een ontvangstcen trum bij en werd begonnen met bizontours. Bezoekers nemen daar voor plaats in een huifkar die ach ter een tractor langzaam tussen de bizons doorrijdt. Te voet het gras land inlopen zou, anders dan bij Coco, levensgevaarlijk zijn. De zwaargewichten beschermen hun jongen tegen indringers. Wie op de bizonhorens wordt genomen, heeft weinig kans te overleven. Terwijl via een audiogids van alles wordt verteld over de dieren, rijdt de tractor steeds dichter naar de kudde. De bizons zijn gewend aan het tractorgeluid en blijven rustig doorgrazen. Met een beetje fanta sie voel je je hier een indiaan of cowboy op de prairie. Bij mooi weer kan na een bezoek aan de bizons op het terras iets ge dronken worden. Het decor is als in een oude western: houten hui zen, stallen en een saloon, die bij nadere bestudering uit niet meer dan losse gevels blijken te bestaan. De bezoekers worden gezelschap gehouden door Coco, die hier zijn eigen kleine, omheinde piste heeft. Bezoekers kunnen hun hon ger stillen met een bizonsteak, een bizonburger of een bord van de sheriff Het magere vlees smaakt naar een wildversie van goed rund vlees. Wie het restaurant en het winkel tje inloopt, ziet enkele imposante bizonkoppen en schedels aan de wand hangen. „De voorvader van vrijwel alle bizons in Europa", zegt d'Hoffschmidt en wijst op een schedel. Boven het restaurant is het indianenmuseum waar on der meer een tipi, handgemaakte indianenkleding en een opgezette bruine beer te bewonderen zijn. Eén weekeinde per jaar, dit jaar op zaterdag 10 en zondag 11 juli, lijkt de bizonboerderij zelf een india nenreservaat. Dan trekken drie honderd 'indianen', 'cowboys' en 'pelsjagers' uit Nederland en Bel gië in vol ornaat naar Recogne voor het Indianen Festival. Ze zet ten hun tipi's op in een weide naast de bizons en twee dagen gonst het van de activiteiten. Be zoekers worden vermaakt met on der meer een parade, indiaanse muziek, oude ambachten en een nagespeelde aanval op een fort. Op het podium spelen country bands en natuurlijk kan iedereen meedoen aan linedancing. Op het festivalterrein is ook een monu ment ter nagedachtenis van de in dianen die op deze plek, vechtend in het Amerikaanse leger tijdens de Tweede Oorlog, naar hun eeu wige jachtvelden werden gestuurd. Reageren? redactie.reizen@wegener.nl NEDERLAND FRANKRIJK ARDENNEN Recogne

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2010 | | pagina 99