i
'Oude'
ip-adressen
raken op
/f
II
r
vandaan
uit elicht
Het internet uitprinten
7
IPv4: 4.294.967.296 adressen
IPv6: 340.282.366.920.938.463.463.374.607.431.768.2.11.456 adressen
woensdag 2 juni 2010
r
ïi
f'
fiKi 'Ml
'7
#1,1'
Het online kunstcollectief ApFab begon vijfjaar geleden aan een onmogelijke
klus: het hele internet uitprinten. Dat zijn een biljoen pagina's. Kijk hoe ze dat
doen op zie: Uitgelicht op onze website
Mobiel in de file
De finale van de Touretappe
naar Alpe d'Huez begint.
Gaat Robert Gesink het red
den deze keer? Je wilt niets
liever dan doorkijken, maar als je nu
die trein niet haalt loopt een belangrij
ke afspraak spaak. Gélukkig, je hebt je
mobiele smartphone op zak. Dus kun
je via internet de wielrenner met opge
heven handen over de streep zien gaan.
Zo zou het kunnen gaan deze zomer.
De vraag is of die internetverbinding
wel werkt op dat moment suprème.
Want er zullen wel meer mensen via
hun telefoon aan het internetten zijn.
En dan wordt de digitale snelweg mis
schien opeens een plattelandsweggetje.
Het mobiele internetten groeit explo
sief en dat bracht 'operator' T-Mobile
de afgelopen dagen in een lastig parket.
Het moest toegeven dat de capaciteit
van het netwerk ontoereijkend is, waar
door klanten al maanden te kampen
hebben met een slechte, of geen, verbin
ding. Binnen enkele weken moet het
probleem rond de grote steden zijn op
gelost, de rest van het land volgt dit
jaar.
Het einde van de groei is nog lang niet
in zicht. Kunnen we dus nog meer pro
blemen verwachten? Wilbert de Vries,
hoofdredacteur van ICT-website Twea-
kers.net, ziet het niet somber in. „Zo'n
groeicurve als we nu hebben gezien op
gebied van mobiel internetten zal zich
niet zo snel nog eens voordoen. Dit is
een keerpunt. T-Mobile is overvallen
door de enorme vlucht die het internet
ten met de alleen door hun verkochte
iPhone nam. Bedrijven zullen zich de
komende jaren niet zo laten verrassen
en hun capaciteit uitbreiden voor er
problemen zijn. Over een paar jaar hoef
jé je echt geen zorgen te maken over je
dataverkeer, zolang je niet dagelijks
films wilt downloaden."
Erik Fledderus, in dienst bij TNO en
deeltijd hoogleraar draadloze communi
catienetwerken aan de Technische Uni
versiteit Eindhoven, denkt dat de uit
breiding van het netwerk niet aan be
drijven moet worden overgelaten. Hij
pleit voor een overheid die de regie
voert. „Technisch is alles op te lossen,
bijvoorbeeld met de introductie van
Long Term Evolution, het supersnelle
4G netwerk. Maar of operators dat snel
genoeg zullen doen als de overheid hen
niet een beetje achter de broek zit, is de
vraag."
De Vries ziet het dan positief in, vol
gens hem is het wel afwachten hoe het
gebruik van mobiel internet zich ont
wikkelt. „Als tieners opeens massaal
een abonnement nemen op een dienst
als Spotify, die muziek aanbiedt die je
afspeelt op je mobiel, dan kan er zo
maar opeens een enorm extra dataver
keer komen. Of als het klantenbestand
van bijvoorbeeld T-Mobile plots verdrie
voudigd. Aannemelijk is het niet, maar
het kan zo wel problemen geven."
We doen steeds meer via de mobiel.
'Bedrijven zullen zich
de komende jaren
niet zo laten verrassen'
E-mail checken, filmpjes kijken, maar
ook bellen via internet. In Duitsland
verbood Deutsche.Telecom het gebruik
van Skype, een internettelefoondienst.
De aangevoerde reden: te veel dataver
keer. De Vries gelooft daar niet in. „Het
bedrijf biedt een belabonnement aan
en dan gaan klanten gratis via internet
bellen. Dat is natuurlijk niet de bedoe
ling." In Nederland kunnen klanten tot
nu toe wel gewoon 'skypen'.
Fledderus voorziet dat er een eind gaat
komen aan de 'flat fee', het onbeperkt
mobiel internetten voor een vaste prijs.
De consument wil wel graag van tevo
ren weten wat hij per maand kwijt is
maar door verschillende abonnemen
ten te bieden met verschillende datali-
mieten kan de hoeveelheid internetver
keer worden ingedamd. Tweak-
ers-hoofdredacteur De Vries denkt dat
operators abonnementen zullen aanbie
den die variëren in geleverde snelheid.
Al die investeringen die de operators
doen zouden zich ook zomaar kunnen
gaan vertalen in een stijging van het
maandtarief voor klanten, voorspellen
andere deskundigen.
Volgens hoogleraar Erik Fledderus
draait alles om de snelheid waarmee
het voor mobiel dataverkeer noodzake
lijke breedband internet wordt 'uitge
rold', zowel door de lucht als via de
grond (glasvezelkabel).
In zijn ogen bestaat het risico dat met
name Aziatische bedrijven uit landen
waar nog wél geld beschikbaar is, een
voorsprong krijgen op Europa en te
vens hiernaartoe komen om te investe
ren. Dat is wat ICT-eurocommissaris
Neelie Kroes wil voorkomen met haar
pleidooi om breedbandinternet in Euro
pa snel uit te rollen.
Een deel van het probleem is ook dat
bedrijven als Google en Apple naar de
mening van veel telecomoperators te
weinig voer hebben voor hun mobiele
capaciteit. „Terwijl ze heel veel diensten
aanbieden, waardoor gebruikers maxi
maal gebruikmaken van de capaciteit
van het netwerk. Operators hier zijn
daardoor wellicht wat terughoudend
om te investeren, zeker omdat de finan
cieringsbronnen momenteel opdro
gen."
„De kans bestaat dat andere, buiten
landse partijen in dat gat springen -
Google heeft al aangetoond de smart-
phone-markt open te kunnen breken
met de lancering van Android-gebaseer-
de toestellen. Dat zouden ze ook kun
nen doen met de netwerken."
De Europese overheden zouden de mo
menten dat ze frequenties veilen, vol
gens Fledderus kunnen gebruiken om
ook investeringen in breedband af te
dwingen.
De individuele burger kan operators
achter zijn laptopje of mobiele telefoon
niet dwingen in breedband te investe
ren. „Maar grote bedrijven wel", stelt
hij. „Niet alleen wij burgers, maar ook
het bedrijfsleven is steeds afhankelijker
van het 'draadloze draadje'. Dat besef is
er toch nog te weinig. Ik weet niet of al
les vanzelf goedkomt. Aan de ene kant
zal het netwerk steeds beter worden,
maar tegelijk stellen we steeds hogere ei
sen. Dus er zal altijd wel wat te klagen
zijn."
door Joost Sijtsma
Niet alleen de draadloze verbindingen raken lang
zaamaan verstopt door de nieuwe communicatie
middelen. Ook internet zelf raakt een beetje vol
en dat betreft dan vooral de ip-adressen.
Elke computer of ander apparaat dat met internet is verbon
den heeft een uniek nummer, het internet protocol
(ip)-adres. In 1981 werd dit systeem vastgelegd en toen leek
het erop dat 4.294.967.296 ip-adressen genoeg waren om ie
dereen toegang te geven tot internet. Naar verwachting zijn
in september 2011 de ip-adressen op en dat betekent dat nieu
we apparatuur geen verbinding kan krijgen met internet.
De groei van het aantal benodigde ip-adressen is zo enorm
omdat niet alleen computers toegang hebben tot internet. Er
zijn in de loop der jaren allerlei apparaten ontwikkeld die
ook een internetverbinding nodig hebben. Denk maar aan
mobiele telefoons, muziekspelers, televisies en gameconsoles.
„De ip-adressen zijn per land in blokken uitgedeeld", zegt in-
ternetdeskundige Tonie van Ringelestijn. „Vooral Afrika en
Azië hebben te weinig nummers gekregen omdat werd ge
dacht dat de ontwikkeling van internet niet zo snel zou gaan.
Vooral in Azië wordt nu gewerkt met subnummers, maar dat
is niet zo stabiel en betrouwbaar als een uniek nummer per
apparaat."
In 1998 werd al een nieuwe versie van het internetprotocol
ontwikkeld, de IPv6. Dit systeem gebruikt langere adressen
dan de huidige standaard, waardoor veel meer combinaties
mogelijk zijn. Met IPv6 zijn voor iedere aardbewoner vele
miljoenen ip-adressen beschikbaar, zo stellen deskundigen.
Van Ringelestijn: „Er is dus een nieuw systeem, maar de pro
viders wachten met de invoering. Die invoering kun je verge
lijken met het omnummeren van de telefoonnummers zoals
die jaren geleden in Nederland plaatshad. Het kost veel geld,
door het aanpassen van de software dus zolang er geen pro
bleem is wachten providers er liever even mee."
De consument hoeft volgens Van Ringelestijn niet te vrezen
voor zijn internetverbinding als er wordt overgestapt op het
nieuwe ip-protocol. „Tenzij je een oud kabelmodem hebt,
dan zou je wel een probleem kunnen krijgen."