spectrum 4
m
Het gediskwalificeerde landschap
De inlaag vertelt dat we steeds alert moeten blijven
ra
N
Zaterdag 29 mei 2010
ca
ca;
r© i
0=9
11
oc=n
ra
ra
c
3
3
3
-M
ra
2
"m 111i -
Nieuwe natuur bij de Zwaakse Weel
Schorren en slikken van de Krabbenkreek
Ik hou van mijn Zeeuwse landschap. Ik hou van de
dijken met hun eindeloze populierenrijen. Ik hou
van de akkers met hun verschillende gewassen. Ik
hou van de slikken en de schorren waar de einder
soms nog zo eindeloos ver weg lijkt. Van de weilan
den rond de spulletjes van de keuterboertjeswaar nog
een paar vergeten hoogstambomen staan. Van de tiental
len welen die als sporen uit de historie herinneren aan
evenzovele dijkdoorbraken. Van de inlagen die zulke spre
kende getuigen zijn van de strijd tegen het water. Van de
nieuwe natuur in het Prunjegebied, waar een moerasge
bied met grootse, ja internationale allure is ontstaan. Maar
misschien houdt u daar wel helemaal niet van...
Het Zeeuwse landschap scoort zwaar onvoldoende, zo
bracht de Vereniging Nederlands Cultuurlandschap deze
week met veel aplomb naar buiten. Niet meer dan een 2,2,
zo gaven de zelfbenoemde experts als rapportcijfer. Zelfbe
noemd? inderdaad, want er bestaat geen opleiding
die iemand extra gekwalificeerd maakt om de belevings
waarde van een landschap te beoordelen. Of een land
schap rijk is aan natuurwaarden; of er veel cultuurhisto
rische elementen aanwezig zijn; of er veel of weinig be
planting aanwezig is; dat kun je allemaal beoordelen op
basis van objectieve criteria. Maar of een landschap mooi
of lelijk is, dat blijft toch altijd een subjectieve zaak en wie
dat uit het oog verliest komt tot een eenzijdig oordeel.
Het landschap van Noord-Beveland met zijn grote akkers
en uitgestrekte polders stelt qua natuurwaarde weinig
voor. Maar ik vind het een buitengewoon mooi, ruimte
lijk landschap om er te verblijven of zelfs alleen maar
doorheen te rijden en het gemis aan natuurwaarden
wordt royaal gecompenseerd door de prachtige inlagen
langs de noordkust. Sterker nog, het is die tegenstelling
tussen het weidse agrarische gebied en het kleinschalige
en brokkelige kustgebied die de grootste charme van het
totaal uitmaken, zoals ook de skyline van de Antwerpse
linkeroever de beleving van de oernatuur in Saeftinghe
des te intenser maakt.
Heeft het dan geen zin dat buitenstaanders kijken naar de
kwaliteit van het landschap? Natuurlijk heeft dat wel zin.
Het vreemde oog ziet niet zelden scherper dan het eigen.
Door de - in letterlijke zin - alledaagsheid van het land
schap waar je dagelijks in verblijft ontstaat gemakkelijk
een blindheid voor de kwaliteiten ervan. En ik zal de laat
ste zijn om te beweren dat wij Zeeuwen niet iets respect
voller met ons eigen landschap moeten omgaan. Sterker
nog er valt in dat opzicht nog een wereld te winnen. Pro
jecten als d'Aegen op Walcheren en Hoeve van der Meu-
len op Zuid-Beveland laten zien hoe kleine natuurlijke ele
menten de waardering van het publiek sterk bevorderen.
Maar het is ook hier de toon die de muziek maakt. Om
een provincie in zijn totaliteit maar even met een 2,2 op
te zadelen getuigt niet van erg veel diepgang in de beoor
deling. Hebben de beoordelaars de subtiele onderdelen
van het landschap als heulen, coupures en Muraltmuur-
tjes gezien en gewaardeerd? Op de kaart is er in ieder ge
val niets van terug te vinden. Extra boomdijken aanplan
ten zoals het rapport bepleit? Voor veel ecologen is dat de
snelste manier om de streekeigen natuur van Zeeland
naar de knoppen te helpen.
Ik heb op basis van eigen criteria ook maar eens een rap
portcijfer voor het totale Zeeuwse landschap opgemaakt.
Het is een 7,8 geworden.
CU
Ondanks haar geringe grootte van slechts 3' ha behoort de inlaag bij
Stavenisse tot het omvangrijke Plan Tureluur en is mede daardoor
onderdeel van de Ecologische Hoofd Structuur. De vegetatie in dit
stukje natuurgebied bestaat voor een groot deel uit overjarig riet. Hier en
daar lijkt wat opslag van wilg en els een aarzelende poging te doen zich te
vestigen. Een miauwende buizerd cirkelt recht boven ons op de thermiek.
Achter het inlaagdijkje ligt, zonovergoten, het dorp Stavenisse. We ervaren
dit zo gewone beeld, landschappelijk, als typisch Zeeuws.
Want op hoeveel plaatsen in onze provincie vinden we niet een dorp bijna
direct achter de zeewering? Als we bedenken dat in het Zeeuwse land van
wolken, wind en water, eertijds de vaarwegen de meest voor de hand lig
gende verbindingen vormden, is het niet zo verwonderlijk dat een groot
deel van de Zeeuwse nederzettingen aanvankelijk dicht bij de dijk lagen en
een haven hadden. Zelfs in kernen die nu ingesloten liggen tussen latere in
polderingen vinden we namen als Oude Haven, Havenweg, Veerdijk.
Vanaf de kruin van de dijk bij de inlaag overzien we een panorama van bin-
nengedijkt land. Naar het zuiden ontdekken we Zuid-Beveland. Westelijk
Noord-Beveland met Kats en Colijnsplaat. De Zeelandbrug volgend komen
we bij de uit de Middeleeuwen daterende havenstad Zierikzee. Ouwerkerk
en Nieuwerkerk zijn te zien en ook Oosterland op het voormalige eiland
Duiveland. Heel dit eilandenrijk lijkt op dit moment in een ongekend vredi
ge ruimte te liggen. Alleen de inlaag vertelt ons dat men steeds alert moest
zijn om mens, vee en land te behoeden voor verdrinking. Stavenisse heeft
het in de geschiedenis meermalen moeten ondervinden.
Akkerlandschap in de Zak van Zuid-Beveland. foto's Chiel Jacobusse