IO AAestzMcm Ran}néten Als koetsier van de paardentram rijdt Jenny Boone (53) elke dag door het centrum van Middelburg. Onderweg trotseert ze smalle straatjes, toeterende auto's en onverwachte tegenliggers. Haar stad kent ze door en door, evenals haar paarden. dinsdag 25 mei 2010 Nero (14) en Jippe (15) N staan geduldig te wachten op de Nieuwe Burg tot de paardentram gereed is voor vertrek. Terwijl een kinderhand gauw nog even een paardenrug aait, rekent koetsier Jenny Boone af met de laatste passagiers. „D rei funfzig hitte, danke schön." Als Boone zich op de bok heeft gezet voor de rondrit door Middelburg, zetten ook Nero en Jippe zich langzaam in beweging; hun hoefgekletter overstemt de tonen van de Lange Jan. „Friese paarden, bij uitstek geschikt voor dit werk", zegt de koetsier. „Ze zijn vriendelijk en tweehonderd procent betrouwbaar. Dat is een vereiste, want ze worden voortdurend aangeraakt door kinderen." De paarden van Stalhouderij Labrujère- Boone rijden dagelijks door de stad. Ze zijn vertrouwd met de route, maar hun koetsier is altijd alert. „Een paard is een vluchtdier. Als hij schrikt, wil hij ervandoor. Het is mijn taak om die situaties van tevoren in te schatten en te voorkomen." Boone kan terugvallen op een schat aan ervaring. Ze is bezig aan haar 38e seizoen als koetsier. Toen ze zestien was, vestigde zich een stalhouderij aan de Seisweg waar ze woonde. Ze nam een kijkje en verloor haar hart aan de paarden. Sindsdien heeft ze de stad en haar verkeer zien veranderen. „De mensen zijn tegenwoordig zo gehaast", vindt ze. „Als ze naar hun mening te lang achter me moeten blijven met de auto, gaan ze vaak toeteren of extra gas geven. Soms maak ik me boos en laat ik de paarden expres langzamer stappen. Als mensen gas willen geven, moeten ze op de A58 zijn, niet in het centrum van Middelburg." Nero en Jippe naderen ondertussen een Vertrouwd met paard en De Middelburgse Stalhouderij Labrujère-Boone beschikt voor hun rondritten over vijf Friese paarden. In het hoogseizoen worden ze elke vier tot zes weken van nieuwe hoefijzers voorzien, omdat die snel slijten op de straatstenen. Vroeger werden zowel ruinen als merries ingezet in de stad, tegenwoordig alleen ruinen. Dat heeft alles te maken met de zakken die achter de paarden hangen om hun mest op te vangen. De merries plasten ook in de zak, waardoor die te snel vol raakten. kruispunt. „Momentje, even richting aange ven", zegt Boone. Aan de rechterzijde van de bok zet ze een knipperlicht in werking, zodat het overige verkeer weet dat de paardentram van richting gaat veranderen. Boone stuurt het voertuig behendig door de smalle Schuitvlot- straat, langs de Oostkerk en de moskee, en staat dan ineens oog in oog met een tegemoet komende auto. De paarden schrikken en stoppen. „Ho maar, ho maar, het kan", roept Boone. Stapvoets passeren Nero en Jippe de tegenligger. De pas sagiers hebben weinig gemerkt van het korte Een rondrit met de paardentram door historisch Middelburg duurt twintig minuten en kost 3,50 euro voor volwassenen en 2,50 euro voor kinderen. Vertrekpunt is het ANWB-kantoor op de Nieuwe Burg. Van mei tot en met oktober maakt de paardentram ook rondritten van een uur onder leiding van een stadsgids, waarbij af en toe wordt uitgestapt. De kosten hiervoor bedragen 8 euro voor volwassenen en 6 euro voor kinderen. Deze ritten vertrekken bij de Tourist Shop. Groepen kunnen de paardentram het gehele jaar door reserveren. Jenny Boone

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2010 | | pagina 36