II
H»B1
1
'Sommige mensen zijn werkelijk bang voor computers. Die komen
echt met klamme handjes binnen'
In vier steden is deze week een project be
gonnen om 'digibeten' aan het compute
ren te krijgen. „Ze denken vaak dat ze
dom zijn en schamen zich."
Mfmlmmë.
vzwÊm.
I IS II
Lydia Woudenberg, initiatiefnemer van De Digibeet
888 I IMMWHMUPI t'lilW' iWqiHHMHHt
donderdag 1 april 2010
@@p, noot, muis
N
a 37 jaar met zijn
handen te hebben
gewerkt, werd
Paul ontslagen.
De 58-jarige was
operator bij Phi
lips, en moet nu weer solliciteren.
Maar hoe zoek je vacatures op het
internet en hoe typ je een briefin
Word? „Ik ben echt een digibeet,
ik weet niets van computers. In de
guldentijd heb ik een computer ge
kocht omdat mijn zoon hem no
dig had voor school. Ik heb er één
spelletje op gedaan en toen wist
ik: dit is niks voor mij."
Digibeten, mensen die niet met
computers en internet kunnen om
gaan, krijgen het steeds moeilijker.
Niet alleen bij het zoeken naar een
baan, maar ook als je bankzaken
wilt regelen, toegangskaartjes voor
een concert wilt bestellen of je be
lastingaangifte wilt doen. De over
heid werkt met DigiD's, en op tv
wordt regelmatig verwezen naar
het internet voor meer informatie.
Het kan allemaal nog wel zonder
computer, maar het is omslachti
ger, duurt langer en het is soms
ook duurder.
In Rotterdam, Oss, Amersfoort en
Den Haag is deze week een proef
project begonnen om digibe
ten wegwijs te maken in de digita
le wereld. Gemeenten en UWV
door Joost Bosman en Dewi Gigengack
verwijzen kandidaten door, die in
de bibliotheek met het
doe-het-zelfprogramma 'Klik en
Tik' aan de slag gaan, bijgestaan
door scholieren. Die vervullen
met de begeleiding van de cursis
ten hun maatschappelijke stage.
Internetsocioloog Albert Ben
schop vindt dit soort initiatieven
wel goed, maar vraagt zich af of
het verstandig is om scholieren de
begeleiding te laten doen. Omdat
veel van de digibeten veelal wat
ouder is, is het beter hun ook door
ouderen te laten onderrichten.
Hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld
allochtonen. „Het gaat immers
niet alleen om kennis die ont
breekt, maar ook om sociale weer
stand. Als je die overwint, gaat het
leren bijna vanzelf"
Een plek waar digibeten al ruim
anderhalfjaar zelfstandig met com
puters leren omgaan, is De Digi
beet in Nijmegen. Initiatiefnemer
Lydia Woudenberg is naar eigen
zeggen de enige in Nederland die
al werkt op de manier die het net
gestarte proefproject voor ogen
Internetgebruik
heeft. Digibeten, doorverwezen
door het UWV of op eigen initia
tief, kunnen op elk gewenst mo
ment beginnen met een
doe-het-zelfcursus die het basison
derwijs ook gebruikt. Scholieren,
mbo-studenten en vrijwilligers
zijn aanwezig om te helpen.
Voor Paul is het de ideale metho
de. Hij komt elke dag even bijle
ren. „Eerst dacht ik dat het te moei
lijk zou zijn en dat ik het niet zou
redden. Ik heb ook nooit interesse
gehad voor computers. Nu Wordt
het leuker en kan ik, nog wel met
een beetje hulp, een sollicitatie
brief schrijven in Word."
De methode waarmee Wouden
berg werkt, begint bij het aller
eerste begin. Dus ook: hoe houd ik
een muis vast en hoe beweeg ik
hem? Woudenberg geeft een voor
beeld van hoe basaal de eerste stap
pen zijn: „We vergelijken de com
putermuis met een.echte muis;
pak hem dus voorzichtig bij zijn
middel, anders knijp je hem fijn.
Leg je vingers op zijn oortjes, an
ders tilt hij zijn koppie op."
Het internetgebruik bij met name ouderen is de afgelopen jaren sterk gestegen.
Was in 2000 slechts 17 procent van de 65 tot 75 jarigen aangesloten op internet, in 2009 was dat 65 procent.
I Toegang tot internet Geen toegang tot internet
1%
112-25 jaar
99%
25-45
98%
45-65
92%
65-75 65%
2%
Waarom ouderen geen gebruik maken van internet
Wil niet, geen interesse 30%
Onvoldoende kennis/fysieke beperking 7%
Financiële redenen 4%
Privacy en veiligheid 1%
Andere reden
3%
infographic CRW/bron: CBS
Vervolgens gaat het in kleine stap
jes verder en leert de cursist onder
meer wat de shift-knop doet en
wat een map is en een venster.
Het nieuwe programma Klik en
Tik vereist al een zekere voorken
nis bij de cursist. „In de eerste les
wordt gesproken over browser, ti
telbalk, adresbalk en knoppen",
zegt Woudenberg. „Maar ze leg
gen niet uit hoe internet wordt op
gestart of wat die begrippen inhou
den. Een échte digibeet haakt daar
al af" lammer vindt ze, want digi
beten zijn al zo onzeker. „Ze den
ken vaak dat ze dom zijn en scha
men zich, omdat ze niet kunnen
meepraten over computers en het
internet. Sommige mensen zijn
werkelijk bang voor computers.
Die komen echt met klamme
handjes binnen."
Hoe lastig het leven zonder com
puter ook is, digibetisme kan ook
voordelen hebben. Je hebt niet de
drang om de hele tijd je e-mail te
controleren en om op een nieuws
site te kijken of er nog wat is ge
beurd. Oftewel: je zult nooit aan
'infobesitas' lijden, een (schadelij
ke) overvoering van informatie
door computergebruik. Héérlijk,
die rust.
Of misschien toch niet? Internetso
cioloog Albert Benschop stelt dat
digibeten overwegend een geïso
Acht soorten digibeten
leerd leven leiden. „Ze volgen
geen scholing, want daar leer je
met computers omgaan, ze heb
ben geen werk, want ook daar
moet je met internet overweg kun
nen." Mensen die zeggen dat ze lie
ver vrienden persoonlijk in het ca
fé ontmoeten, wantrouwt de inter
netsocioloog dan ook enigszins.
„Ik vind dat een beetje een smoes
je om maar niet aan het internet
te hoeven."
Voor broer en zus Max (62) en
Riet (70) is het leren omgaan met
computers geen levensnoodzaak,
maar wel wil Riet graag met haar
kleindochter kunnen chatten en
foto's in haar computer kunnen
opslaan. „En ook gewoon voor het
gemak: iets bestellen via internet,
een reis boeken en informatie op
zoeken", verklaart Riet haar gang
naar de cursus.
Haar broer is nog niet zo lang we
duwnaar. „Toen mijn vrouw over
leed, stond haar computer daar
maar. Ik heb weinig hobby's en be
sloot te leren met dat ding om te
gaan, als tijdverdrijf." Wil hij even
tueel ook een nieuwe partner vin
den via het internet, als hij daar
aan toe is? „Dat weet ik nog niet",
zegt Max ietwat weifelend. „Maar
wel zou ik graag vrijwilligerswerk
zoeken via internet, al ben ik nog
niet zover dat ik dat nu al kan."
Volgens een onderzoek van de projectgroep Digivaardig en digibewust, bestaan er
acht typen digibeten. Uitgangspunt van het onderzoek is het internetgebruik.
Het onbeschreven blad. Mensen die geen idee hebben wat internet is, en
wat je ermee kunt. Dit zijn veelal ouderen.
foto Marcos Welsh/BrunoStock
2 De ongewild gelimiteerde wil wel gebruik maken van internet, maar kan
niet door fysieke beperkingen, analfabetisme of omdat hij er geen geld voor
heeft. Niet alle mensen die ongewild geen gebruik maken van internet, zijn digi
beet.
3 De afkerige criticus. Deze digibeten zien helemaal niets in het internet. Ze
vinden het een bedreiging van het persoonlijk contact, of gevaarlijk vanwege
fraude en virussen. De criticus zal niet snel over te halen zijn om 'online' te gaan.
4 De tevreden traditionalist. Deze mensen vinden internet niet noodzakelijk
om te functioneren. Ze staan er niet per se negatief tegenover, maar schrij
ven liever met pen en papier, doen de boekhouding met kasboeken en lezen de
krant graag op papier.
5 De welwillende afwachter. Mensen die wel op internet willen, maar geen ini
tiatief nemen. Er is geen hulp van buitenaf, waardoor ze blijven wachten.
6 De ploeterende volhouder gebruikt het internet wel, maar maakt constant
fouten. Deze mensen begrijpen vaak niet wat ze aan het doen zijn. Het inter
net is voor hen een wirwar, en door de hele tijd tegen problemen aan te lopen is
deze digibeet erg onzeker.
7 De selectieve kleinverbruiker gebruikt de computer en het internet alleen
voor het hoogst noodzakelijke, bijvoorbeeld voor het werk. Ze hebben wei
nig met internet en vinden het ook niet leuk.
8 De ontmoedigde afhaker. Deze mensen hebben het internet wel gebruikt,
maar zijn gestopt. Het was te moeilijk, ze vonden het te duur of niet leuk of
ze' hebben geen internetverbinding meer. Ook fouten en blunders kunnen aanlei
ding zijn om te stoppen.