181 gezondheid Vermoeidheidsspook bedreigt MS'er maandag 22 maart 2010 Multiple Sclerose Multiple Sclerose (MS) is een ziekte van het centrale zenuwstelsel: een chronische ontste king vreet de vette beschermlaag myeline om de zenuwen weg, waardoor de communicatie in deze verbindingen gaat haperen en er uitvalsverschijnselen optreden. Dat gebeurt veelal in kenmerkende, plotselin ge verslechteringen, relaps of schub ge noemd. Na een tijdje volgt gewoonlijk een ge deeltelijk of volledig herstel, tot zich na een poos de volgende schub aandient. In Nederland lijden zo'n 16.000 mensen aan de ziekte. MS manifesteert zich vooral bij vrouwen (circa driekwart van de patiënten is vrouw) en treft mensen meestal in de bloei van hun leven, tussen hun 20ste en 40ste le vensjaar. door Will Gerritsen Het is een permanente bron van boosheid voor MS- patiënte Toos Rosier (68) uit Valkenburg: „Ik doe een boodschap en kom een bekende tegen. 'Het gaat goed met je, hè!', krijg ik dan te horen. Wat een rotopmerking. Men sen snappen niet dat ik al om acht uur 's avonds uitgeput in bed lig. Of hele maal niet de deur uitkom, omdat het slecht met me gaat. Een verjaardagsvisi te of een schouwburgbezoek is voor mij niet te doen. Dan ben ik te moe om de voorstelling te volgen." Toos Rosier behoort tot de grote groep MS-patiënten met ernstige vermoeid heidsklachten. Volgens gezondheids zorgpsycholoog Yvonne Bol is bij 75 tot 92 procent van de MS-patiënten sprake van vermoeidheidsklachten. „Meer dan bij andere chronische ziekten. Daar komt bij dat vermoeidheid zeer beper kend is. Iemand met verlamde benen kan nog altijd in zijn rolstoel naar het werk. Maar als je erg moe bent, ben je snel klaar. Patiënten herstellen minder snel van inspanningen en slapen werkt niet verkwikkend. Ze staan moe op." Van de patiënten met MS ervaart twee derde vermoeidheid als vervelendste klacht. Bol, werkzaam in het Orbis Me disch Centrum in Sittard en verbonden aan het daar gevestigde Academisch MS-centrum Limburg, promoveerde op onderzoek naar vermoeidheid bij MS-patiënten. Haar belangrijkste con clusie is dat MS-patiënten niet moeten berusten in de moeheid. Bol ontdekte dat afwijkingen in de her senen weinig zeggen over de mate waar in een patiënt zich moe voelt. „We za gen mensen met heel veel typische MS-afwijkingen op hun hersenscan, die geheel niet moe waren. En omgekeerd." Een andere verrassende uitkomst van het onderzoek was dat bij vermoeide MS-patiënten concentratie en geheugen niet slechter functioneerden. Terwijl ze wel het gevoel hebben dat vermoeid heid deze functies negatief beïnvloedt. Maar ook angst en depressieve klachten tellen mee bij het ervaren van concen tratieverlies en vergeetachtigheid. Depressie speelt veel MS-patiënten par ten. Bol: „We weten dat de helft van de patiënten gedurende de ziekte wel eens een depressieve periode meemaakt. Dat is echt veel. Méér dan bij alle andere chronische ziekten." Uit haar studie blijkt dat een depressie bij MS-patiën- ten behoorlijk bijdraagt aan vermoeid heid. „Gelukkig kan de behandelaar daar iets mee. Een depressie is goed te behandelen. Daarentegen onderkennen artsen depressiviteit bij MS vaak niet." De onderzoekster vermoedt dat een goede depressietherapie de vermoeid heid bij MS doet slinken, al heeft ze er geen hard bewijs voor. Volgens haar ver klaren fysieke factoren, zoals de ernst van de MS, slechts een klein deel van de moeheid. „Psychische factoren tellen ook mee. Hoe ga je met vermoeidheid om, hoe denk je erover? Mensen die snel uit het lood zijn geslagen, lopen meer risico op vermoeidheid." Er is volgens haar nog een zeer belang rijke 'moemakende' factor. Dat zijn zo geheten catastroferende gedachten over de vermoeidheid. Catastroferende ge dachten zijn sterk negatieve spookbeel den zoals de angst dat de aandoening verergert als de patiënt zich niet in acht neemt. „De patiënt kreeg van de dokter te horen dat hij het rustig aan moest doen. Hij mocht niet sporten of gezond bewegen. Op deze manier raakt zo ie mand echter in een neerwaartse spiraal. Door weinig actief te zijn, verslechtert de conditie juist." Patiënte Toos Rosier herinnert zich nog levendig wat de neuroloog haar toenma lige echtgenoot vertelde bij de MS-diag- nose, nu 36 jaar geleden. „Hij zei: 'Me neer, uw vrouw is een kasplantje en u moet haar ook zo behandelen'. Het ge volg was: ik mocht dit niet, ik mocht dat niet. Ik moest veel rusten, maar werd nog vermoeider." Juist daarom moeten patiënten positie ver gaan denken over vermoeidheid, meent Yvonne Bol. „Moe zijn is verve lend, maar niet schadelijk. Ie krijgt geen schub (plotse verslechtering, red.) door op de hometrainer te zitten." Ook op dit punt gloort voor de uitgetel de, catastroferende MS-patiënt hoop. Er zijn psychotherapieën beschikbaar die catastroferende gedachten helpen te 'resetten', zeg maar opnieuw instellen. Daardoor leren patiënten met deze 'spookbeelden' op een geheel nieuwe wijze tegen hun ziekte aan te kijken. De therapie zou volgens Bol ook bij de MS-patiënt kunnen aanslaan. Een op de patiënt toegespitst revalidatie- programma, met onder meer fysiothera pie, kan het vermoeidheidspook verder helpen verjagen. Bol: „De kern is dat de MS-patiënt niet te voorzichtig hoeft te zijn. Moeheid is geen reden om niet te stofzuigen." a reageren? gezondheid@wegener.nl Moe, gaar, kapot. Zo voelen veel mensen met multiple sclerose (MS) zich. Artsen staan machteloos. De psycholoog kan wellicht helpen, zo wijst nieuw onderzoek uit. Patiënten moeten hun denkbeelden over vermoeidheid 'resetten'.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2010 | | pagina 20