werken in het onderwijs9 Lof 'Normale' taken woensdag 17 maart 2010 Leeftijd: 47 jaar Burgerlijke staat: gehuwd Kinderen: 4 Beste eigenschap: Blijft niet lang boos Hobby's: Tuinbeeldjes maken Bloemlezing van de nominatiesite Conciërge van het jaar: Ad is nooit chagrijnig, leeft mee, recht door zee, houdt van een lolletje, verkoopt lekkere soep, het visitekaartje van de school, hele goede conciërge ook voor ouders, technisch heel handig, kan goed met stress omgaan, helpt iedereen behalve als hij aan het eten is. Hij ziet het ais een wonder. Vier jaar geleden afgekeurd in de bouw en nu op handen ge dragen door de vijfhonderd leerlingen van het Calvijn Colle ge aan de Appelstraat in Krab- bendijke. Ad van den Berge is zo populair dat hij genomi neerd werd voor de titel Con ciërge van het jaar 2008. door Ina Kuik De complimenten die leerlingen op de site zetten, logen er niet om. Vol gens hen is Ad een chille gast, een ga ve gozer en een goeie knakker. Nu, twee jaar later, nog steeds. Een ge sprek midden in de hal, in de 'vissen kom' van de conciërges. Leuk, maar met iedere vijf minuten een onderbre- king. „Ad, heb je een aspirientje voor mij?" Manusje van alles, duizendpoot, spin in het web, alleskunner, vertrouwens man, het zijn allemaal typeringen voor een goede conciërge. Ad wist vier jaar geleden absoluut niet waar hij aan be gon toen hij solliciteerde naar deze multifunctionele baan. De heksenke tel die honderden leerlingen kunnen veroorzaken, boezemde hem behoor lijk angst in. ,,'s Nachts zag ik nog pu bers", herinnert hij zich. Maar onder de deskundige begeleiding van een er varen collega, kroop hij langzaam maar zeker uit zijn schulp en verover de zijn eigen plek op de school. Altijd bescheiden, nooit op de voorgrond, maar volgens locatiedirecteur Henk Guiljam inmiddels alom gerespec teerd en onmisbaar voor het dagelijk se reilen en zeilen. „Ad, mag ik deze poster bij jou ophangen?" „Ad, ik zoek een nietmachine!" Hij zegt het twee keer, dus het zit hem hoog. „Conciërge zijn is meer dan een beetje kopiëren." Een conciër ge is er 's morgens als eerste en doet 's middags als laatste het licht uit. Zijn werkdag omvat legio taken. Een offi ciële taak is bijvoorbeeld de verzuim registratie. Een officieuze taak is het tijdig ingrijpen voordat een stoeipartij tje een vechtpartij wordt. Een officiële taak is de balieverkoop in de pauze. Een officieuze taak is een handje hel pen bij het plakken van een lekke fietsband. En zo is het maar net wat je ervan maakt. Ad kan het goed vinden met de jeugd maar is blij dat hij te ma- Zo maar wat taken op een normale dag: briefjes uitdelen aan laatkomers, koffie zetten, balieverkoop, verzuimregistratie, melkronde, materialen uitlenen, automaten bijvullen, klassenboeken nakijken, leerlingen begeleiden bij interne stage, klein onderhoud, controle op de schoonmaak, gevonden voorwerpen beheren, kopiëren, sluitronde. ken heeft met de leef tijd 12 tot 15 jarigen. „Nu kun je het nog af met natuurlijk over wicht." Boos wordt hij zelden. „Maar als ik ontplof, dan is het ook echt klaar."„Ad, mag ik even naar huis bellen?" „Ad, mag ik dertig kopietjes?" Soms ontmoet hij col lega's van andere scho len tijdens een bijscho ling. Ook collega's uit de Randstad. Hij prijst zich gelukkig te wer ken op een school in het rustige Zeeland. Lachend, alsof het een rare suggestie is, zegt hij: „Nee, detectie poortjes zullen we hier nooit nodig hebben." Aankomen de adolescenten van alle niveaus men gen zich probleemloos op de locatie Appelstraat, één van de vijf locaties van het Calvijn College. Tussen jon gens en meisjes is dat anders. De meisjes lopen voor in ontwikkeling op deze leeftijd en zijn al heel erg bezig met bijvoorbeeld hun uiterlijk. De meeste jongens zijn de kindertijd nog maar net ontgroeid. Iedere kans om te stoeien of met je tas te gooien wordt aangegrepen. Eén keer per jaar verlangt Ad maar terug naar de bouw: „Dat is op de eerste lentedag. Dan zou ik het liefst buiten zijn. De andere 364 dagen van het jaar voel ik mij als een vis in het water tussen 'mijn' kin deren." „Ad, mag ik een pingpongbal letje?"

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2010 | | pagina 69