reizen
Du
D'
*r
The Big One
T
Een redeloze paniek maakt
zich van mij meester.
Een aardbeving!
GALICIË
León
PORTUGAL
SPANJE
Wie van lekker eten
en mooie steden
houdt, moet naar het
'einde van de wereld'.
Joost Brantjes reisde
naar het Noord-
Spaanse Galicië.
Zaterdag 13 maart 2010
Boven de San Andreasbreuk, in het westen van de Ver
enigde Staten, wacht men nog steeds op de grote
klap. En omdat de aardkorst de laatste tijd zo heftig
rommelt, zit me dat niet lekker. Het begint al bij het vlieg
veld van San Francisco. In de huurauto rijden we onder en
over tal van bruggen. Wat wanneer de big one nu toeslaat?
Wat als de weg voor je gaat slingeren, het asfalt plots weg
zakt en de auto met razend geweld naar beneden stort?
Moet je snel rijden of juist niet? Uitstappen bij een aardbe
ving of in de auto blijven? Staat er een file tot onder de
brug, moet je dan wachten met aansluiten en pas weer
gaan rijden als je er helemaal onderdoor kunt? Dat soort ge
dachten.
Na een uurtje zijn we in San José, onze bestemming. Het re
gent, we stoppen voor een kop koffie. De latte's zijn nog
niet gebrouwen of er gaat ineens een vreemde trilling door
het gebouw. Het tafeltje met kranten zwaait heen en weer,
ingelijste prijskaarten rammelen tegen de muren. Het duurt
twee seconden, iedereen.haalt zijn schouders op. Vreemd.
We vinden kamers in een hotel van vier verdiepingen.
Voor ons wordt het de derde. Te hoog om uit het raam te
springen, dat zie ik meteen.
Die avond kijk ik even nieuwsgierig op internet. De
Andreasbreuk. Een lijntje over de kaart van Californië
maakt duidelijk waar dat scheurtje in de aardkorst precies
loopt. Inderdaad, precies onder San José. Maar dan ook pre
cies. Als ik de kaart wat vergroot blijkt het ding zelfs recht
onder ons hotel te liggen. Als er iets gebeurt, worden we
waarschijnlijk in één keer verzwolgen.
Eenmaal in bed komt het festival van panische gedachten
pas goed op gang. Haïti, Chili, de vreselijke beelden staan
nog steeds op mijn netvlies. Hoe zou ik het er zelf van af
brengen in die situatie? Geheel volgens protocol zet ik een
tas bij de deur waarin kleding, geld en andere papieren. Als
er iets gebeurt, pak ik de tas en ga er vandoor. Mijn
oog valt op onze zware camera. Ja, die moet er ook
bij. Je zult maar midden in het wereldnieuws zitten
en niet kunnen filmen. Rampzalig!
Bezorgd val ik in slaap en droom van iets wat ik me
niet meer kan herinneren. Om half zeven de vol
gende ochtend doe ik de ogen weer open en mag
ik constateren dat het hotel nog overeind staat.
Slaapdronken probeer ik de badkamer te vinden. In
eens barst een oorverdovend gefluit los. Het gaat
door merg en been. In een alerte eerste reactie pro
beer ik de wekker te vinden, maar die blijkt de her
rie niet te veroorzaken. Ik pak de telefoon om een
klacht naar de receptie door te bellen. Er wordt niet opgeno
men. Pas dan besef ik dat een alarm afgaat. Wat nu? Wat
nu? Terwijl er eigenlijk helemaal niets aan de hand is,
maakt zich plots een redeloze paniek van mij meester. Een
aardbeving!
In hemd en boxershort vlieg ik de deur uit. Tas met spullen
in de ene hand, camera in de andere. Ren door de gang.
Storm de trap af Bereik in ondergoed de lounge. Ik ben
nog de enige. Gelukkig maar. Snel haal ik een broek uit
mijn tas en een paar schoenen.
Langzamerhand komen meer hotelgasten binnengedrup
peld. Begeleid door de gierende sirene sjokken ze de trap
pen af. De meesten hebben zich, ondanks het urgente
alarm, eerst keurig aangekleed. Niemand in beschamend on
dergoed, slechts twee personen in badjas. Een verliefd stelle
tje natuurlijk. De meeste mannen, strak in het pak, hebben
hun belangrijkste bezit in de armen geklemd. De laptop.
Na een paar minuten is iedereen beneden. Even later arri
veert de brandweer. Drie bluswagens sterk. Ondertussen be
grijp ik dat ons gepiep niets te maken heeft met een aardbe
ving. Het is een brandalarm en ik weet nu al dat het loos is,
want rook en vuur ontbreken. De brandweerlieden binden
een bijl om en hijsen flessen zuurstof op de rug. Ze gaan
het hele hotel uitkammen.
Na een kwartiertje ziet iedereen het potsierlijke van de si
tuatie in en wordt het rampgebied weer vrijgegeven. Inder
daad, loos alarm, we mogen weer naar onze kamers. Zie je
wel, ik moet me niet zo ongerust maken. Niks aan de hand.
Haïti en Chili, dat was het voorlopig wel.
Op de hotelkamer zet ik de tv aan en zie de beelden van
een aardbeving in Turkije. Tja, vanavond toch maar weer
een tasje bij de deur.
Een rondje
la Coruna
Vigo
Santiago de Compostella
Het centrum van Vigo heeft nog een authentieke
uitstraling.
In La Coruna is inktvis de plaatselijke specialiteit.
Natuurlijk ga je in Spanje een avondje tapear: borrelen en
genieten van de specialiteiten van verschillende kroegen.
Eén van Spanjes minst be
zochte provincies is Galicië
in het noordwesten. Maar
dankzij de prijsvechters in
de lucht wordt het steeds
makkelijker en goedkoper om de re
gio te bezoeken. Voordeel is dat je
vanuit Galicië ook makkelijk naar
de aangrenzende provincie Castilla
y León kunt.
Galicië is voor visliefhebbers een
walhalla. Gelegen aan de oevers van
de Ria de Vigo is Vigo de grootste
vissershaven van Europa. Van hier
uit wordt 's nachts de vis naar alle
uithoeken van het land vervoerd, zo
dat de vangst in alle vroegte op de
markten ligt.
De ligging van Galicië aan de Atlan
tische Oceaan en de Golf van Biska
je blijkt ideaal voor onder andere na-
vajas (scheermessen) en percebes
(eendenmosselen). Die laatste gel
den als dé delicatesse in Spanje en
worden vooral tijdens de kerstdagen
gegeten, wanneer de prijs per kilo
boven de too euro uitkomt. Ga in
Vigo dan ook zeker een keer 's och
tends naar de vismarkt in de haven
en koop een portie van die zalige
oesters.
Het centrum van Vigo is de Puerta
del Sol. In het Galicisch heet dat de
Porto do Sol. Galiciërs nemen hun
taal, een soort mengeling van
Spaans en Portugees, uiterst serieus.
Alles wordt vertaald. Zelfs wanneer
een woord in beide talen hetzelfde
is, wordt het twee keer vermeld.
Op het plein vind je het moderne
standbeeld O Sireno van beeldhou
wer Francesco Leiro. Op twee pij
lers verrijst op grote hoogte een
beeld van roestvrijstaal van een fi
guur, half man, half sirene, die uit
kijkt over zee. Een voor de hand lig
gende metafoor in een stad waar
van de geschiedenis zo gemarkeerd
is door haar ligging. Tijdens de ar
me jaren vertrokken veel bewoners
om hun heil elders te zoeken. Voor
al Zuid-Amerika bleek aantrekke
lijk, mede omdat er dezelfde taal
werd gesproken. Ook nu nog kent
Buenos Aires in Argentinië een gro
te Galicische gemeenschap.
Op het immens grote Plaza de Obra-
doiro in Santiago de Compostella
zit Sergio Vazquez (28) op de grond.
De motregen deert hem niet. Vol be
wondering bekijkt hij de facade van
van de kathedraal. De Catalaan
heeft er 800 kilometer opzitten die
hij in 29 dagen heeft afgelegd. Hij is
aan de Franse kant van de Pyrenee-