21 boekenweek Op Walcheren, in Veere, zag Overzicht van alle Zeeuwse activiteiten woensdag 3 maart 2010 Bijna honderd jaar nadat Nescio debuteerde worden zijn Titaantjes het boegbeeld van de Boekenweek. De ope ningszin 'Jongens waren we - maar aardige jongens' lijkt onsterfelijk. Onlangs doken er twee brieven van Nescio op, die hij schreef in de zomer van 1908. In Veere, waar hij vergetelheid zocht en inspiratie vond. Lieneke Fre- richs bundelde de teksten in het boek Nescio - Brieven uit Veere, dat zaterdag in Middelburg wordt gepresenteerd. door Jan van Damme Hoe bekend Nescio volgens velen ook mag zijn - eerst even dit. Nescio - 'ik weet het niet' - is de schrijversnaam van Jan Hendrik Frederik Grönloh (1882-1961). Hij wordt geboren en groeit op in Amsterdam in een Remonstrants gezin. Tijdens zijn jeugd wordt hij geraakt door de idealen en idealisten van zijn tijd. In 1900 meldt hij zich aan bij Walden, een door de psychia ter en schrijver Frederik van Eeden (1860-1932) in Bussum opgezette commu ne. Ook is hij mede-initiatiefnemer van de Vereniging voor Gemeenschappelijk Grondbezit. Nescio's eerste novelle De uit vreter, in 1911 gepubliceerd in het literaire tijdschrift De Gids, kan gelezen worden als een afscheid van die idealen. Op dat mo ment werkt hij als kantoorbediende bij de Holland Bombay Trading Company, waar van hij later directeur wordt. Erkenning voor zijn literaire werk volgt pas na zijn dood. Lieneke Frerichs bezorgde in 1996 het ver zameld proza en nagelaten werk van Nes cio. Dat hij een plaats heeft verworven bij de groten van de Nederlandse literatuur, heeft volgens haar vooral te maken met zijn directe, 'natuurlijke' manier van schrij ven. Succesvolle tijdgenoten als Frans Coe- nen, Israël Querido en Carry van Bruggen schreven veel meer opgepoetst Nederlands en zijn daardoor in de vergetelheid ge raakt. Nescio daarentegen baarde opzien - net als Multatuli en Willem Elsschot - met geschreven spreektaal. Altijd waren ze bang ergens te laat te komen of van iemand een standje te krijgen, of zij kwamen niet uit met hun tractement, of hun plee was verstopt, of ze hadden een zweertje, of hun Zondagsche pak begon te slijten, of de huur moest betaald worden. (De uitvreter) Lieneke Frerichs: „Ouwelullen, klootjes volk, dat soort woorden. Anderzijds is er ook de vervoering. Die combinatie, nuch terheid en vervoering, maakt hem tot op de dag van vandaag bijzonder. Er zit een bedrieglijke lichtheid in zijn werk, die je ook ziet bij iemand als Charlie Chaplin. Overigens schreef Nescio geen lichte verha len. Zelfmoord, hoofdpersonen die gek worden. Maar het wordt wel licht verteld. Daardoor kon zijn werk overleven." De nagelaten correspondentie van Nescio wordt bewaard in het Letterkundig Mu seum in Den Haag, maar de familiebrieven berusten nog in het familiearchiefarchief dat door de kleinkinderen wordt beheerd. De nu opgedoken en door Lieneke Fre richs bezorgde Veerse brieven komen uit dat besloten archief Nescio - die toen natuurlijk nog geen Nes cio heette - reisde in 1908 twee keer naar het toen nog niet achter deltadammen ver stopte Veere. De eerste keer met Pinkste ren, afgaande op de kaarten die hij aan zijn vrouw Aagje Tiket verstuurde. Enkele we ken later, in juli, zag hij de vissers weer uit varen. Zijn Aagje was op dat moment hoogzwanger van hun tweede kind. Uit de brieven kan worden opgemaakt dat de schrijver in spe zich neerslachtig voelde. Kort na zijn aankomst, als hij nog aan zijn nieuwe omgeving moet wennen, schrijft hij: 'Noord Beveland nix gedaan als je spleen hebt'. Met andere woorden: als je neerslachtig, droevig bent. Dat is - denkt ook Lieneke Frerichs - de reden dat hij naar Zeeland komt: „Nescio's idealistische jaren zijn voorbij, zijn eigen kolonie is over de kop gegaan, in 1907 zegt hij het penning meesterschap van de vereniging op. Hij heeft het punt bereikt dat hij het prutseri- ge van die anarchistische clubjes inziet. Hij is getrouwd, heeft verantwoordelijkheden, heeft werk. Zijn jongensjaren liggen achter hem. Hij zit in een idealistisch vacuüm. En heeft wel het gevoel iets te zeggen te heb ben. Maar hoe?" Waarom Walcheren, waarom Veere, wordt niet duidelijk. Vermoedelijk heeft iemand in zijn directe omgeving hem ge tipt. Die tip lijkt - zoals gezegd - helemaal verkeerd uit te pakken. In zijn eerste brief van 7 juli 1908 deugt er weinig van zijn va kantiegewest. 'Over drieën was ik in Vlis- singen, nix an. Een dom casino, dan die domme scheepsbouw met die malle balan sen, nix an. Klootjesvolk bij den weg. Ik den trein naar Middelburg gepakt. Daar in de Abdij een bieffi gegeten om half zes, criant vervelend. De domme menschen hielden hun domme smoelen In het laatste deel van de eerste, maar zeker in de tweede brief van 11 juli wordt de toon lich ter. En krijgt hij lol in het beschrijven. Alle weer is hier goed. In de groote zaal van den toren kun je goed zitten. Ik luister maar naar 't water en de wind en volg de zeilsche pen met de oogen. I^rook maar, ik loop maar door Veere, maak hier een praatje, maak daar een praatje, op den steiger, op 't hoofd, aan de kaai, in 't dorp, ken alle gepensioneerden, den gewezen loods die zich dooddrinkt Als je dat volk hier hoort praten dan merk je wat taal is. Ze zeggen niet veel en 'ris altijd 't zelf de maar 't is altijd 't zelfde zooals 't Veersche gat en de plaat en 't tij en de zee altijd 't zelf de zijn, dat wil zeggen heelemaal niet altijd 't zelfde als je 't maar weet. Die toon, die observaties, komen in ruime mate terug in zijn eerste novelle De uitvre ter. De twee hoofdpersonen Bavink en 'uit vreter' Japi komen in Veere terecht: En 't tij kwam in en 't tij ging uit; 't water rees en viel. En iederen avond kwam de man- John Irving foto Merlijn Doomernik WOENSDAG 10 MAART Nelleke Zandwijk, schrijver en beeldend kunste naar, is te gast. Zij publiceerde twee romans: De dag van de jas (2001en Avonturen van een uitslover (2005). Ze schrijft, met een licht absurdistische inslag, over kinderen/jongeren vanuit het perspectief van het kind. Hulst, bibliotheek, 19.30 uur. Lezing Arthur Japin. In 2006 schreef hij het Boe kenweekgeschenk (De grote wereldZijn bekendste boeken zijn Een schitterend gebrek (2003, Libris Litera tuurprijs) en De overgave (2007, NS Publieksprijs). Tholen, bibliotheek, 20.00 uur. Literaire avond met Christine Otten, georgani seerd door Stichting Prometheus. Van Otten ver scheen onlangs de roman In wonderland. Terneuzen, Porgy en Bess, 20.15 uur. DONDERDAG 11 MAART Ingrid Hoogervorst is te gast. Voordat ze in 2003 debuteerde met de roman Woede schreef ze jarenlang literatuurrecensies, eerst voor De Limburger, later voor De Telegraaf. Sinds 2008 verzorgt ze ook de boe kenrubriek van Tros Nieuwsshow op radio 1. Terneuzen, bibliotheek, 19.30 uur. Mady Lengkeek, dichter en kunstenares uit Hein- kenszand, verzorgt lezing over de geschiedenis van de poëzie, vanaf het eerste gedicht tot de poëzie van nu. Heinkenszand, bibliotheek, 20.00 uur. VRIJDAG 12 MAART Lezing van de Amerikaanse auteur Francisco X. Stork. Hij schreef de young adultroman Marcelo en de echte wereld. Middelburg, De Drukkerij, 13.00-14.00 uur. Thomas Rosenboom wordt geïnterviewd door Manda Heddema. Ook kan het publiek vragen stellen. Onlangs kwam Rosenbooms nieuwe roman uit: Zoete mond. Hij is tot nu toe de enige auteur die twee keer de Libris Literatuurprijs heeft gewonnen, voor zowel Gewassen vlees als Publieke werken. Goes, De Koperen Tuin, 19.30 uur. ZATERDAG 13 MAART Doorlopende demonstratie van e-readers en het lezen en downloaden van e-books. Middelburg, Zeeuwse Bibliotheek, 10.00-16.00 uur. De Middelburgse auteur Floortje Zwigtman sig neert Spiegeljongen, het derde deel van haar trilogie 'Een groene bloem'. Middelburg, De Drukkerij, 14.00-15.00 uur. Simon Blaas en Kees Wijker dragen voor uit Ti taantjes van Nescio, muzikaal omlijst door gitarist Igor Presnyakov. Middelburg, De Drukkerij, 15.00 uur. DINSDAG 16 MAART Literaire avond met journaliste en schrijfster Conny Braam. Eind vorig jaar verscheen haar boek De handels reiziger van de Nederlandsche Cocaïne Fabriek, een span nende roman over cocaïne en oorlog, liefde en wraak. Gespreksleider tijdens de avond is publicist Frans Meu- lenberg. Zierikzee, FiZi, 20.00 uur. JP B De Campveersche Toren in Veere, begin twintigste eeuw.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2010 | | pagina 42