Als het water maar diep genoeg is
7
r
r
Op de schop
dinsdag 2 februari 2010
Tijdens een strenge winter
gaan er veel vissen dood. Win-
tersterfte is in principe een na
tuurlijk verschijnsel.
Ten gevolge van achterstallig
baggeronderhoud leggen rela
tief veel vissen het loodje.
Dit kan worden voorkomen
door regelmatig baggeren, het
aanleggen van diepere overwin-
teringsplekken en het tegen
gaan van lozingen.
Ivan Dellaert bekijkt de dode vissen uit de Veste van Schoondijke.
foto's Peter Nicolai
door Wilma Valk
Hengelsportverenigingen
in Aardenburg en Groe-
de hebben meestal geen
last van vissterfte: Wij
vissen in de Stierskreek bij Heille
en het Groote Gat bij Sint Kruis",
aldus Peter Crooymans, secretaris
van de hengelsportvereniging Aar
denburg. Verder hebben we hier
minder last van sneeuw dan in an
der delen van Nederland. Pas als
er te veel sneeuw op het ijs ligt en
er geen licht in het water door
dringt, ontstaat er zuurstoftekort.
Dat is funest voor de vissen. Een
wak maken is geen uitkomst. Vis
sen trekken dan naar het gat en
kunnen in stress raken, het is be
ter alles dicht te laten of eventueel
onder een duiker een gat maken."
Leen van de Beukei van hen
gelsportvereniging Ons Genoegen
heeft nog nooit te maken gehad
met wintervissterfte: „Wij vissen
in de Nieuwkerksekreek. Vrij diep
en groot water. Wij moeten geen
maatregelen treffen. In de kreek
zijn ook altijd zogenaamde een
denwakken, opengehouden door
de eenden."
„In een ondiepe, kleine vijver kan
het gebeuren, dat het ijs zo dik is,
dat de vis als het ware in het ijs in
gebakken wordt. Dit kan men
voorkomen door de vis voor de
winter eruit te halen. Verder moet
het water schoon zijn, alle veront
reinigingen kunnen voor verrot
ting zorgen en dit leidt weer tot
zuurstofgebrek."
Minder goed liep het af met de vis
sen in de Veste bij IJzendijke.
Jeugdlid Ivan Dellaert (15) van
hengelsportvereniging 'Lukt Het
Vandaag Niet, Dan Lukt Het Mor
gen' was op pad met zijn hengel,
en keek maar sip naar de dode vis
sen in het water: „De Veste is op
een aantal delen nieuw uitgebag
gerd, langs de Boulevard en het Ra
velijn is nieuwe beschoeiing aange-
Tips om vissen de winter door te helpen
Sneeuw verwijderen op grote opper
vlaktes kan helpen -
Geen kleine wakken maken; die trek
ken te veel vis, die concentratie
zorgt voor stress en zuurstoftekort
In een vijver met een diepte minder
dan een meter een ijsvrijhouder aan
brengen
Maak een extra diepe overwintering-
plek voor vissen
Regelmatig baggeren en slib verwijde
ren
Beter geen afvalwater in ondiep wa
ter lozen
Rotting van dode bladeren in het wa
ter voorkomen
bracht", wist Donald Temmerman
van de vereniging. „Jammer ge
noeg is nog niet alles gerenoveerd.
De laatste twee putten, en tevens
de meest ondiepe, zijn nog niet ge
daan. Door de extreem warme zo
mer hadden we een lage water
stand, toen volgde veel te veel re
gen. Een klein buitje zorgt voor
nieuwe zuurstof in het water. Te
harde regen juist niet. Een verve
lende samenloop van omstandig
heden. Zodra het weer het toe
laat, zullen leden van de vereni
ging de dode vissen opruimen."
In de grote verdiepte 'paerdeput'
van landbouwer Izaak Haartsen in
Schoondijke zwemmen de vissen
ondanks de koude vrolijk rond:
„De put is heel diep, hier hebben
ze alleen maar last van reigers."
In zijn kleiner siervijver is een zo
genaamde 'ijsvrijhouder' veran
kerd: „Door een speciale construc
tie zorgt deze ervoor dat een stuk
je ijsvrij blijft en er tevens voldoen
de zuurstof in het water is.
Dode vissen onder het ijs van de
Veste.
Een dompelaar houdt de vijver ijs
vrij en zorgt voor voldoende zuur
stof.
De wilgen zijn geknot. Het
was nog best een hele klus.
Ondanks het feit dat wij de
wilgen eigenlijk een jaar te vroeg
knotten waren de takken al mini
maal tien centimeter dik.
Meestal worden wilgen eens in de
drie jaar geknot. Dat is - volgens
deskundigen - de beste tijd tussen
twee knotbeurten. Bij ons was het
nog maar twee jaar geleden dat de
wilgentakken voor het laatst wa
ren afgezaagd.
Wilgen hebben namelijk de on
hebbelijke gewoonte om heel
hard te groeien. Daardoor worden
de bomen in korte tijd erg hoog
en zijn het echte zonvangers ge
worden. Dat geeft in de zomer op
sommige momenten van de dag
schaduw en dat vindt niet ieder
een leuk. Dus zetten wij er op ver
zoek van de buren altijd wat snel
ler de zaag er in. De beste tijd is
hartje winter, als de boom hele
maal in rust is.
Omdat de dikke en hoge takken
redelijk onhandelbaar zijn in je
eentje, is dit een klus die we sa
men hebben geklaard. De taakver
deling was zeer traditioneel. Mijn
echtgenoot op een wiebelende
keukentrap aan het zagen en ik er
naast om de afgezaagde takken op
een hoop te gooien.
Manmoedig ben ik vervolgens be
gonnen om met een takkenschaar
de grote (onhandelbare) takken in
kleine stukken te knippen.
Dat is nog niet helemaal klaar.
Het gevolg is dat er nu een enor
me berg takken op het gras ligt
waar we nog mee verder moeten.
De vraag is wat we met de takken
gaan doen. Opstoken in de hout
kachel of naar de gemeentelijke
stort om verwerkt te worden tot
houtsnippers.
Ik ben een voorstander van opsto
ken, maar dat betekent wel dat we
het hout nog minstens een jaar
moeten laten liggen drogen en
waar doe je dat? Bovendien is het
niet helemaal duidelijk of wilgen
hout wel zo geweldig is om op te
stoken. Het schijnt nogal moeilijk
aan de gang te krijgen zijn.
Het is een vraag waar wij nog niet
uit zijn en zo lang blijven in ieder
geval de takken op het gras liggen.
Voor de vele vogels was het knot
ten een rare gewaarwording. Ze
hipten van tak tot tak, tot de laat
ste tak ook verdwenen was. Nu
zoeken ze hun toevlucht op de
schutting. Echt lang hoeven ze
niet te wachten op nieuwe tak
ken. Zodra het een beetje warmer
wordt lopen de knotten §nel uit.
Alle takken zijn afgezaagd.