'De techniek krijgt grote invloed op het kijkgedrag. De conversie van tv en internet zit er echt aan te komen' Het is weer eens zover: de publieke omroep staat ter discussie. Dit keer is het de minister die de knuppel in het hoenderhok heeft gegooid. Hij vindt het tijd worden voor een totaal andere koers. Heeft de publieke omroep zijn langste tijd gehad? II l3Jdeo ^>vr. jij naz> w pcw 732 miljoen Ronald Plasterk, minister Onderwijs, Cultuur en Wetenschap woensdag 6 januari 2010 ontwikkelingen en nieuwe uitvin dingen in die 500 jaar blijkt iedere keer opnieuw dat het oude me dium niet aan de kant wordt ge schoven, maar er gewoon naast blijft bestaan. Na de boeken kwa men de kranten, later de radio en televisie. Het is er allemaal nog. Na tuurlijk is het makkelijk om een programma te bekijken op het mo ment dat jij daar zin in hebt en als de technische mogelijkheid er is, zul je daar gebruik van maken. Maar ik ben er van overtuigd dat we in Nederland behoefte blijven houden aan gezamenlijke televisie momenten. Of het nu gaat om een sportevenement, een nieuwsuit zending of zo'n populair Idols-ach- tig programma. Dat wil je gelijk zien en meemaken. Een week later hoeft dat niet meer. En dat geldt ook voor dramaseries en talk shows. Daar wil je de volgende dag met je klasgenoten of je colle ga's over mee kunnen praten." Hij vindt het onbegrijpelijk dat Plasterk met zo'n stelligheid zegt dat het anders moet bij de publie ke omroep. „Het gaat juist hartstik ke goed. De publieke omroepen hebben een marktaandeel van 35 procent. De kijkcijfers zijn onge kend hoog met toppers als het Journaal, Boer zoekt Vrouw, Paul de Leeuw en noem maar op. Je moet er juist voor waken dat je zo iets waardevols om zeep helpt. Want dat krijg je nooit meer te rug." Kritiek of niet, ondertus sen is de minister al wel begonnen met oriënte rende gesprekken met de publieke omroepen. Ook de commerciële par tijen worden erbij betrok ken. Plasterk verwacht een pit tige discussie, zowel binnen de politiek, als binnen de omroep. „Maar het kan niet anders", ver klaart hij. „In 2011 zijn er verkiezin gen. En in de aanloop daar naar toe moeten de politieke partijen Ledenbestand Publieke Omroepen PowNed en WNL (Wakker Nederland) zijn toegelaten tot de Publieke Omroep. Omroep Llink verdwijnt door de bestuurlijke chaos en het feit dat de omroep zich niet aan de eigen doelstellingen heeft gehouden. 606 1 2009 (totaal aantal leden: 3.659.986) _jf 2004 (vorige officiële vo 01 ledentelling, m(» totaal: 3.257.015) $°o SS 3- ro kO O -tf door Tanja Kits illustratie Ronald Visser is geen overheid voor nodig. Die hoeft alleen maar te toetsen of de publieke omroep doet wat die moet doen. Bovendien is er geen enkele aanleiding voor om de boel om te gooien." Het is weer eens zover: de publie ke omroep staat ter discussie. Dit keer is het de minister die de knup pel in het hoenderhok heeft ge gooid. Hij vindt het in 2016 tijd worden voor een totaal andere koers. „De techniek krijgt grote in vloed op het kijkgedrag. De conver sie van tv en internet zit er echt aan te komen." Hij ziet het er van komen dat we straks allemaal met behulp van de computer onze ei gen televisieavond gaan samenstel len. „De vraag is dan: wat is de waarde nog van programmeren en van een net-identiteit? Er zit nu een zorgvuldige opbouw in de tv-avond. Dat verandert dan", al dus Plasterk. Zo'n vaart zal het beslist niet lo pen, voorspelt Wijfjes, die als his toricus onderzoek deed naar 500 jaar media-geschiedenis. „Bij alle hun mediaplannen uitwerken, en ik moet ze alle relevante informa tie geven." Politicus en voormalig programma maker bij de VARA Jan Nagel vindt de actie van Plasterk rijkelijk laat. „Als hij iets had willen veran deren aan het omroepbestel had hij dat in zijn eigen regeerperiode moeten doen. En het nu niet over laten aan een volgend kabinet. Dan had hij daadkracht getoond. Sterker nog, door het toelaten van de twee nieuwe zenders Wakker Nederland (WNL) en PowNed heeft hij het nog moeilijker ge maakt om iets te veranderen aan de publieke omroepen. Want over vijfjaar is WNL net een beetje in geburgerd geraakt. Die gaat dan heus niet meer wijken, mocht Den Haag dan ineens besluiten de kleinere omroepen eruit te gooien. Dan zal WNL alle middelen aan grijpen om dat te voorkomen. En reken maar dat De Telegraaf dan voorop loopt." Nagel is een groot voorstander van het opheffen van de kleine splin- teromroepen. „Pluriformiteit is mooi, maar je kunt het publiek ook in grotere eenheden verdelen. Bijvoorbeeld door drie zenders met verschillende stromingen: con fessioneel, liberaal en progressief" Inmiddels hebben omroepvereni gingen niet veel meer in de melk te brokkelen. Het zijn de nethnana- gers die de programma's per zen der samenstellen. En de zenders per doelgroep hebben ingedeeld, niet per zuil. Nederland 1 is be doeld als familiezender. Nederland 2 legt zich toe op achtergrond en informatie. En Nederland 3 is be doeld voor jongeren en sportlief hebbers. „De omroepen zijn niet meer dan productiehuizen gewor den die mogen leveren wat er in het aanbod past", zegt Wijfjes. „Het zouden er misschien een paar minder kunnen zijn. Maar ze weerspiegelen wel de samenle ving. Laten we nu juist blij zijn met die pluriformiteit in omroe pland. Waarom zou je de EO op heffen, of de VARA, zolang die nog een behoorlijke achterban heb ben? De omroepen dreigen als fos sielen te worden bijgezet, als ach terhaald verschijnsel. Terwijl ze als- een vorm van directe burgerpartici patie toch uitstekend passen in on ze moderne cultuur." Bijna een miljoen Ne derlanders keken de ze week naar de eer ste aflevering van de dramaserie Annie M.G. Schmidt. Om dinsdag met nog eens een miljoen landgenoten de regisseuse van de serie bij Pauw en Witteman te ho ren vertellen. De geromantiseerde serie over prins Bernhard was die zelfde avond maar liefst goed voor 1,8 miljoen kijkers. Waarmee maar weer geïllustreerd wordt dat de publieke omroep niet op sterven na dood is, maar springlevend. Inderdaad, beaamt mediahistoricus Huub Wijfjes in reactie op minister Plasterk, die in 2016 de publieke omroep volledig op de schop wil nemen. „Waar be moeit hij zich mee? Laat het toch aan de publieke omroepen zelf over hoe ze zich organiseren. Ze hebben in het verleden aange toond dat prima te kunnen. Daar De landelijke publieke omroep bestaat uit 23 omroepen en een overkoepelend bestuursorgaan. De publieke omroep telde eind 2008 in totaal 3.864 personeels leden. Daarvan verdienden er 43 meer dan de Balkenendenorm van 180.000 euro. In 2008 verstrekte de overheid 732 miljoen euro subsidie aan de publieke omroep. Daarvan komt 226 miljoen uit de verkoop van STER-spotjes.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2010 | | pagina 11