eken
Van het Reve in Rusland
I
20
Strijd tegen drank en de dood Slauerhoff, een getekende dichter
'Z
BOEKEN KORT
LX Siauerhófl
maandag 14 december 2009
- - - smm m
Karei van het Reve in 1978. ANP
Hij had, om het in zijn ei
gen woorden te zeggen 'een
groot talent om het met an
deren niet eens te zijn'. Ka-
rel van het Reve kon zijn on
genoegen ook nog eens glas
helder verwoorden.
door Jos Bloemkolk
Stel je toch voor dat je
nooit iets van Karei van
het Reve gelezen had, dan
lagen zijn verzamelde wer
ken voor je open als een land
schap met allerlei verrassende ver
gezichten. Dan maakte je door de
verschijning van Verzameld werk 3
(1969-1972) voor het eerst kennis
met de bundels Het geloof der ka
meraden, Marius wil niet in Joegosla
vië wonen, Met twee potten pinda
kaas naar Moskou en Lenin heeft
echt bestaan, tezamen bijna 6.650
bladzijden. Dan was je een geluks
vogel.
Daarbij krijg je nog 350 bladzijden
Van het Reve in handen die nooit
in boekvorm zijn verschenen.
Daaronder ook 150 bladzijden
Henk Broekhuis, een pseudoniem
van Van het Reve. Het is niet de
Broekhuis van Uren met Henk
Broekhuis. Die bundel over idéés
regues ofwel voetstootse ideeën ver
scheen in 1978. De ongebundelde
Broekhuis schrijft over televisie of
liever: naar aanleiding van wat hij
op de televisie zag, want recensies
zijn het niet. In sommige stukken
komen al weerleggingen van idéés
regues voor, die later in Uren met
Broekhuis worden uitgewerkt, zo
als zijn bezwaar tegen de gedachte
dat lezen bij weinig licht je ogen
zou bederven. Als dat waar zou
zijn, zegt Van het Reve, zou luiste
ren naar zachte geluiden slecht
zijn voor je oren.
Broekhuis schrijft ook een heerlijk
stuk tegen goeroe's als Krishna-
murti. Hij had zich als kind al afge
vraagd wie die man eigenlijk was.
'Een Indiër, leek het (Pakistani's
bestonden toen nog niet, red.) die
in zijn onderhoud voorzag door
op het kasteel Eerde toespraken te
houden tot een bepaald soort men
sen die in het Gooi woonden en
die wat rijker en dommer waren
dan andere mensen die ook in het
Gooi woonden en Jan Romein of
althans Emil Ludwig lazen'.
Dankzij de televisie kon hij zien
hoe deze 'Kris' zich gedroeg in een
gesprek. 'Het is helemaal de debat-
teertechniek van een bepaald
soort niet erg ontwikkelde en hele
maal niet interessante huiskamer
demagogen, die niet alleen door
hun spreken, maar ook door hun
zwijgen de ander overbluffen, om
dat je slechts door grote onbeleefd
heid aan zo'n tiran ontkomen
kunt'. Natuurlijk zijn zulke passa
ges zelf ook demagogisch, maar ze
hebben het voordeel dat ze leuk
en interessant zijn.
Ook in de ongebundelde stukken
komen die typische Van het Re-
ve-slotzinnetjes voor, simpele zin
netjes die los vrijwel leeg van bete
kenis zijn, maar die vollopen met
wat de auteur daarvoor allemaal
heeft beweerd, zoals: 'En daarmee
zou al veel gewonnen zijn.' En: 'Ik
vind dat allemaal erg jammer.'
Wat bij Van het Reve vooral treft,
is zijn volstrekte onafhankelijk
heid. Hij is waarschijnlijk de eerste
schrijver die hier zo uitgesproken
het communistische regime in de
Sovjet-Unie aan de kaak heeft ge
steld. En niemand durfde rond
1970 te schrijven wat Van het Reve
over de Nederlandse revolutionai
re studenten schreef Hij deed dat
beheerst, maar soms ook welover
wogen grof met uitdrukkingen als
'een strijdbare voorhoede van pro
letarische halsafsnijders'.
Maar die onafhankelijkheid zit
hem ook in veel kleinere dingen.
Hij hoort eigenlijk nergens bij. Hij
moet niets van religie hebben,
maar heeft grote sympathie voor
de zwaar gereformeerde politicus
Piet Jongeling, omdat Jongeling
een zuivere gelovige is, die boven
dien een hoog moreel gehalte
heeft.
Die onafhankelijke houding be
schrijft hij zeifin een groot stuk
over Tolstoj. Het is deels een zelf
portret. 'Tolstoj had een groot ta
lent om het met anderen niet eens
te zijn. Dat is een talent dat heel
weinig voorkomt. Er zijn wel veel
mensen het oneens met andere
mensen, maar dat gebeurt meestal
in groepsverband; de lezers van de
Volkskrant zijn het niet eens met
de lezers van De Telegraaf, en om
gekeerd. Maar wat ik bedoel is iets
anders, dat is het van mening ver
schillen met alle mensen van je ei
gen groep'.
Dit derde deel is een zeer Russisch
deel. Van het Reve was correspon
dent in Moskou voor Het Parool
in 1968 en 1969. Daar kwam Met
twee potten pindakaas naar Moskou
uit voort. Het geloof der kameraden
is de glashelder analyserende afre
kening met ideologie en taalge
bruik van het marxisme-leninis-
me.
Maar het maakt niet zo veel uit
waar Karei van het Reve over
schrijft. Elk onderwerp is goed.
Karei van het Reve - Verzameld
werk 3. Van Oorschot, 45 euro
ALLEDAAGS EN ABSURD
D. Hooijer kenden we tot nog
toe alleen van de korte baan. Ze
schreef (nauwelijks opgemerk
te) gedichten en won in 2008
de Libris Literatuur Prijs met
de verhalenbundel 'Sleur is een
roofdier'. In haar eerste roman
'Catwalk' doet zij verslag van
de belevenissen van een aantal
kleine krabbelaars. Margriet
werkt in de erotiek, maar wil
eruit. Zij en haar moeder laten
in Parijs hun neus verbouwen.
Weduwnaar Fons hunkert naar
seks, maar kan zijn overleden
geliefde niet vergeten. Hooijer
laat in deze hilarische en tragi
sche roman zien hoe het alle
daagse grenst aan het absurde.
D. Hooijer - Catwalk. Van Oor
schot, 168 pag., 16 euro.
De postbode groeit
op zonder zijn jonggestorven
vader gekend te hebben. Na de
dood van zijn moeder ruimt de
postbode haar huis op. Hij vult
vuilniszakken met kleren tot
hij achter in haar linnenkast
een roze babyjurkje en een
paar witte sokjes met roze lin
ten vindt. De vondst slaat hem
uit het lood. Had hij een zusje?
Hij vindt troost in de gedichten
van Rainer Maria Rilke. 'De ver
dronken postbode' is een mee
slepende roman over woede,
dood, religie, seksualiteit, ver
lies en eenzaamheid.
Carla Boogaards - De verdronken
postbode. Compaan, 176 pag.,
16,90 euro.
Niet ieder
een kan alle wetenschappelijke
informatie die Dan Brown ver
werkt in 'Het verloren sym
bool' volgen. Nu is er een boek
dat alle geheimen toelicht. Met
hulp van enkele specialisten zet
Simon Cox de feiten op een rij
over onder meer vrijmetse
laars, rozenkruisers en de plaat
sen waar het verhaal speelt,
van Washington tot Jeruzalem.
Eerder schreef Cox gidsen bij
'De Da Vinei Code' en 'Het Ber
nini Mysterie'.
QSimon Cox - De geheimen van
Het Verloren Symbool. Vert. Hugo
Kuipers. Forum, 14,95 euro.
door Mieske van Eek
I Ken Bruen - Kruis.
Vert. Valérie Janssen.
Verbum, 234 pag.,
16,95 euro.
erse zwartgalligheid in
zijn ergste soort beschrijft
Ken Bruen in zijn mis
daadroman Kruis. Jack Taylor,
een privédetective met een
drankprobleem, buigt zich
over de kruisiging van een
jongen. De moordenaars zijn
bijna satanisch te werk ge
gaan. Taylor heeft nog meer
demonen te bevechten, zoals
zijn drankzucht, de rouw om
een in zijn plaats doodgescho
ten vriend en zijn schuldge
voel daarover. Door alle verlie
zen in zijn leven heeft hij
moeite zich aan mensen te
binden. Dan is daar nog zijn
ouder wordende lichaam, dat
niet meer altijd doet wat hij
wil. Toch valt er genoeg te
(grim)lachen in Kruis, al is
het maar om alle onuitgespro
ken commentaren die Taylor
heeft op de mensen die hij
ontmoet.
De kort maar indringend be
schreven kruisiging van de
jongen is een wraakactie van
een gezin dat treurt om de
moeder die bij een verkeers
ongeluk om het leven kwam.
Taylor verdiept zich op zijn ei
gen botte wijze in de moord
op verzoek van een bevrien
de politievrouw. Hij ontdekt
al snel dat het wraakmotief
bij de moordenaars is omge
slagen in pure wellust. De
moordenaars zijn niet min
der dan psychopaten. Ook
heel wat andere inwoners
van het Ierse Galway, waar
het verhaal speelt, zijn gevaar
lijke gekken of op zijn minst
zielige tobbers.
Ken Bruen (1951) speelt een
vernuftig spel met de identi
teit, de zelfhaat, het geloof en
het minderwaardigheidsge
voel van de Ieren. Dat maakt
dat zijn boek ver uitstijgt bo
ven de gemiddelde mis
daadroman.
Q J.J. Slauerhoff -
Verbeelde gedichten.
Met illustraties van
tien striptekenaars.
Atlas, 72 blz.,
18,70 euro.
door Asing Walthaus
f j
even zonen had
moeder: allen heet
ten Peter, behalve
Wanjka die Iwan heette'.
Het zijn de eerste drie regels
van De schalmei, een gedicht
van Jan Jacob Slauerhoff dat
in 1930 verscheen.
Het gedicht is verstript door
animatiefilmer Udo Prinsen,
die het in drie sierlijke teke
ningen vatte tegen een achter
grond van grammofoonplaat
jes. De moeder zien we niet,
wel de zes broers Peter met
grimmige koppen rond Iwan,
die op zijn schalmei speelt.
Want daar komt het gedicht
op uit: terwijl de broers hard
werken, heeft Wanjka genoeg
aan zijn muziek.
De rage om bestaande tek
sten tot strip te bewerken,
strekt zich dus ook uit tot de
poëzie van Slauerhoff Tien
Nederlandse en Vlaamse teke
naars mochten met evenzo
veel gedichten aan de gang.
Dat levert een wisselend resul
taat op. Magazine-achtige te
keningen van Flos Vinger-
hoets, ouderwets zwart-wit
van Judith Vanistendael
(dochter van Belgiëkenner
Geert van Istendael), pamflet
achtige plaatjes uit het heden
daagse China (van Gerolf van
de Perre, die eerder een grap
hic novel aan zijn tijd in Chi
na wijdde) en een klare-lijn-
strip van Bert Dekker.
De bekendste die erbij zit is
vermoedelijk Mare Legendre,
wiens Verder een paar jaar ge
leden als eerste striproman ge
nomineerd was voor de Lib-
risprijs. Het boekje geeft he
laas geen enkele informatie
over de deelnemende teke
naars. Over de totstandko
ming ook niks: dus of ieder
een zelf een favoriet gedicht
mocht kiezen of gewoon is in
gehuurd, blijft onduidelijk.