Pia 8 lust ze rauw Kunstig behang Een hele generatie is opge groeid met gladgestuukte wanden. 'De verloren ge neratie', noemen ze dat bij Graham&Brown, het behangbedrijf dat sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog is ge vestigd op een industrieterrein dicht bij de Noord-Engelse stad Blackburn. „Tot in de jaren zeventig was het gebruikelijk wanden te behangen, daarna raakte het uit de mode. De wanden moest gladgestreken wor den of egaal geverfd. We zijn een complete generatie kwijtgeraakt", stelt Mark Radford van Graham& Brown. Toen de jongste telgen Graham&Brown net na de eeuw wisseling het stokje overnamen, hadden ze een prachtig bedrijf in handen, maar moest hard gewerkt worden aan het imago van hun product. Andrew Graham en lan Brown be sloten er samen volledig voor te gaan, daarbij aangespoord door de bekende Engelse interieurontwer per en tv-presentator Laurence Llewelyn Bowen. „Tijdens een con gres over woninginrichting zo'n tien jaar geleden, riep ik tijdens een presentatie dat er ook geen fat soenlijk alternatief was voor muur verf. Niemand durfde van behang weer wallporn te maken', vertelt de flamboyante, jongensachtige Llewelyn Bowen tijdens de presen tatie van de wintercollectie 2009/2010 in de ontwerpstudio in Blackburn. „Toen hoorde ik twee naughty boys achter in de zaal pro testeren. Dat bleken lan en Andrew te zijn." Inmiddels is Llewelyn Bowen een van de vaste ontwerpers van Graham&Brown. Zijn masculine behang, zoals hij het zelf noemt, slaat aan in Engeland. Net als Frames, het witte behang met zwarte fotolijstjes erop dat uitno digt om in te kleuren of vol te plak ken. Als een paar jaar later ook nog Barbara Hulanicki, van het in de jaren zestig wereldberoemde Biba-modelabel, gaat ontwerpen voor Graham&Brown, is in elk ge- Andrew Graham en lan Brown stapten een paar jaar geleden in het Engelse behangbedrijf van hun (groot)vaders. Ze hadden een missie: behang moest weer sexy worden in plaats van saai. Met dank aan vernieuwende ontwerpers lijkt het te lukken 'de verloren generatie' terug te winnen. door Renske Schriemer val in Groot-Brittannië het hek van de dam: behang kan weer. Graham&Brown durft zich met recht wall-art design company te noemen, hoewel het ambacht hand in hand gaat met moderne designtechnieken. In de studio van het bedrijf in Blackburn zitten computerontwerpers gebroederlijk naast een traditionele behangschil- der die elke ochtend met kwast en verf aan nieuwe patronen werkt. „We moeten wel en we willen heel graag", legt Andrew Graham, kleinzoon van de oprichter, de vi sie van het bedrijf uit. „We zijn een familiebedrijf met een prachti ge historie die zestig jaar terug gaat. We voelen ons verplicht dit bedrijf op een goede manier de toekomst in te loodsen. En we ge loven echt in wall-art'benadrukt hij. Graham is er voor de zakelijke leiding, terwijl Brown zich, net als zijn grootvader destijds, richt op de fabriek. Het was Grahams idee een ander succesvol project te starten. Hij zocht contact met de kunstoplei ding St. Martins in Londen en daagde studenten uit een 100 pro cent ecologisch behang te ontwik kelen. Dat ecobehang, dat je bij wij ze van spreken tot en met de ver pakking van maïsmeel en het label zou kunnen opeten, viel erg in de smaak - ook in de media. „Daar moeten we het erg van hebben, van goede aandacht. Zeker als we de jongste generatie weer willen la ten zien dat behang leuk is. Het is niet moeilijk, je plakt het tegen woordig gemakkelijk op de muur en haalt het er ook veel eenvoudi ger af', stelt Graham. „Maar we willen vooral laten zien dat je een fashion statement kunt maken met behang. Dat lukt heel goed dankzij de ontwerpers die ervoor kiezen met ons in zee te gaan", vindt Gra ham, die Blackburn gekscherend 'the new Paris' noemt. In Nederland timmert Graham& Brown ook flink aan de weg. Jan des Bouvrie ontwerpt al een paar jaar voor het Engelse bedrijf collec ties die bij de Gamma in de schap pen lagen. Marcel Wanders zette het merk in 2008 definitief op de kaart met zijn Couturecollectie voor Graham&Brown: een serie rijk gedecoreerd behangpapier. Er is meer in aantocht. Graham&Brown eigent zich de he le wand toe en komt met panelen, spiegels en fotobehang. Het bedrijf belooft bovendien nieuwe ontwer pers en partners. Wie? Kirsten Wehman van Graham&Brown in Nederland hield aanvankelijk haar kaken stijf op elkaar, maar beloof de dat de nieuwe collectie met een bekend Nederlands bedrijf zou in slaan als een bom. Inmiddels we ten we dat Graham&Brown gaat samenwerken met Lief!, een tren dy kinder(kleding)merk. m www.grahambrown.nl FWI Reageren? redactie.wonen@wegener.nl Ooit hip en veelgebruikt, nu afgedankt en zieltogend in een hoekje van de kast: keukenlijken. In deze aflevering: de amandelmolen. Andrew Graham. foto's GPD 6: All City Pa pers, Paul Val- derrama (Tres Tintas BCN). Ook hip Graham Brown is niet de enige fabrikant of ontwerper die weet dat de muur een hot item is. Neem het Spaan se Tres Tintas BCN. Als tweede generatie van de eer ste behangwinkel van Barcelona, Papeles Pintados Ari- bau, zorgen de broers Alberto, Daniel en Jaime Bermejo voor opschudding tussen de behangrollen. Ze doken in de archieven en zochten de aangewezen ontwerpers om Revival, een collectie retroprints, aan te pakken. Een echte aardverschuiving ontstond toen ze voor hun inmiddels derde collectie Al City Papers kunstenaars vroegen stadse kunst te maken voor op de muur. Het is jong, hedendaags, fris en met een stedelijk gevoel. Van eigen bodem komt Studio Ditte, dat iets wil toe voegen aan de belevingswereld van de gebruiker door het alledaagse iets extra's te geven. „Een verborgen ver haal, een stukje uit een andere cultuur of een twist die je aan het denken zet. Wij geloven niet in gewichtige fi losofie of designstromingen, wel in mensen en hun ver langens, emoties en dromen', zegt Natasja Heesbeen van Studio Ditte, dat zichzelf op de kaart zette met 'sloophoutprintbehang'. Nu zijn er nieuwe versies: een behang dat de suggestie wekt dat de muur is behangen met lintjes en een behang met porseleinen bordjes. www.trestintas.com www.studioditte.nl door Jan van Mullem Een werkende molen zien? Op open dagen mag een molenaar de wieken aantrappen, maar veel actiever dan de slaapstatus 'cultu reel erfgoed' wordt het niet. Eigenlijk is dat nog een zegen vergeleken bij zijn culinaire broertje (a| was het maar taalkundig): de 'keukenmo len'. Als trotse, nog volledig getande koffiebonenmo len - die ik onder de noemer keukenmolens schaar - zal je je pensioen moeten slijten aan een haakje aan de keukenmuur, 'ter decoratie'... Dan heeft de aman delmolen het beter. Hij hoeft niet vanuit een kast lijd zaam toe te zien hoe espressomachines en keukenma chines zijn handmolenfamilie omverblazen. De amandelmolen heeft geen superieure tiptoetsva- riant. Dat kun je afleiden uit recepten voor gerechten waarbij amandelen nodig zijn. Regelmatig heeft een kok achter 'bereidingswijze' iets geschreven als: 'Neem een amandelmolen. Met een keukenmachine bereikt u een minder goed resultaat'. Die krijgt een fijn plekje naast Buckler toebedeeld, denk je dan. Michel Schraven heeft een heel bijzondere amandel molen. „Van Levi Petersom industri AB in Anderstorp." Made in Sweden, staat erachter. Net als de vleesmolen die we onlangs in deze rubriek eerden. Heft Zweden soms extra belasting op keukengerei-aan-een-snoer- tje? Of vervalt de verwijderingsbijdrage op zo'n toch onverslijtbaar geacht, gietijzeren exemplaar? Als Zweden net als wij sinterklaas zouden vieren, zou den zij dezer dagen druk zijn in de keuken. Amandel spijs voor de banketletter (of beuling, zoals ze in som mige delen van het land zeggen), marsepein, noga: ver leidelijk lekkers van zoete amandelen is deze maand niet aan te slepen. Dan komt zo'n amandelmolen goed van pas. Tenminste, voor wie zelf aan de slag gaat met potten en pannen. Schraven is geen zelfbakker. Zijn molen was geen be wuste aankopp in een kookwinkel (waar nieuwe volop verkrijgbaar zijn), maar lag op een rommelmarkt in Bel gië. 4 puro betaalde hij 3 jaar geleden voor de potige Zweed, bouwjaar 1930. Gebruiken doet hij hem niet, maar als verzamelaar van oud keukengerei kon Schra ven de molen niet weerstaan. Ook omdat de originele verpakking en twee inzetmessen er nog bij zaten. Extra leuk: „Alle molens van dit merk hebben een meisjesnaam en een nummer. Bij de mijne 'Pia 8'." Dat klinkt wel héél snoezig voor een stoer stuk giet ijzer dat niets liever doet amandelen tot puree malen. Was 'Gustav' of 'Olaf' niet toepasselijker geweest? NB: Vorige week stond in deze rubriek het Sterivite- steriliseerapparaat van Erna Langkamp. Ze was nog op zoek naar een fluitketel met een passende tuitmaat om op dat apparaat aan te sluiten. Wij zouden een op roepje doen, maar dat is niet meer nodig. Langkamp heeft inmiddels diverse aanbiedingen gekregen. Ook een keukenlijk in huis? Mail info en foto van keukenlijk naar redactie.wonen@wegener.nl

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2009 | | pagina 121