'Nederlandse redacteur is veelzijdig'
meningen 115
'De leukste
meester blijft
Martien'
'Hijzelf toostte nog een keer op that great day'
Even Edith
Postvak In
zaterdag 28 november 2009
De lezersredacteur is bereikbaar per
post op het adres van de
Centrale Redactie van de PZC,
Park Veldzigt35,
Postbus 91
4330 AB Middelburg.
Telefoon: 0118-434005
E-mail: Lezersredacteur@pzc.nl
Het forum waarop lezers zich kunnen
uiten over actuele zaken is bereikbaar
via internet; www.pzc.nl
De basisscholieren zijn te
leurgesteld dat hun
meester of juf niet mee
mag doen aan de de
PZC-verkiezing leraar of lerares
van het jaar. De strijd is louter be
stemd voor het voorgezet onder
wijs en uit die hoek heeft de PZC
al ruim 160 gemotiveerde voor
drachten ontvangen. De een is
nog leuker of serieuzer dan de an
dere.
Maar omdat het jammer is als de
ontboezemingen van deze jonge
ren van de basisscholen alleen
maar op de redactie bekend zou
den zijn, heb ik een bloemlezing
samengesteld.
Tristan Wijsman woont in
Burgh-Haamstede en zit op de Kir-
reweie in groep 8. Zijn meester
maakt minimaal zeven grappen
per dag en om iets duidelijk te ma
ken, is niets hem te gek. „Hij kan
van een vacuüm verpakt pak kof
fie afdwalen tot een orkaan",
schrijft Tristan. Volgens hem is dit
de meester 'waar de hele school
naar uitkijkt'!
Ricardo Geelhoed van het Kompas
in Oost-Souburg wil dat Martijn
van der Aarssen, meester van
groep 7R, in het zonnetje wordt ge
zet. „Hij is streng als het nodig is,
maar hij maakt ook veel grapjes.
Hij laat ons weieens heel erg
schrikken als we hard aan het
werk zijn. Hij zet dan een pylon
aan zijn mond en roept er hard
iets door." Als een soort post scrip-
turn staat er nog 'hij heeft ook een
tongpiercing'. Om de selectiecom
missie van de PZC nog meer te
beïnvloeden heeft groep 7R een fo
to van Martijn toegevoegd. Groep
7R heeft smaak!
Van 't Klinket in Koudekerke is
meester Martien le Clercq van
groep 8 'superleuk'. Niek Joziasse
schrijft: „Als we een breuk niet be
grijpen, dan pakt hij een lineaal en
zegt dit is 2/2 deel. „Dan breekt hij
zijn lineaal en zegt hij: Dit is 1/2
deel."
Niek hoopt dat hij gekozen wordt.
„Is dat niet het geval, dan blijft hij
het toch, maar is het jammer dat
verder niemand buiten de school
dat weet."
WSSSSSt
Of er verschillen zijn tussen
de Indonesische kranten
en de Nederlandse? „Jaze
ker", knikten Ruslan Ramli (37)
van de Harian Fajar en A'an Surya-
na (35) van The Jakarta Post. „Het
formaat van onze kranten is groter
en wij verschijnen zeven dagen per
week. Wij moeten dus harder wer
ken", is de conclusie van Ruslan.
Acht Indonesische journalisten
hebben bijna drie weken in de keu
ken gekeken van enkele Nederland
se kranten (waaronder de PZC).
Bij het opleidingsinsituut van de
Wereldomroep heeft het achttal
een training journalistiek gevolgd.
Ruslan en A'an bezochten deze
week de PZC met het belangrijkste
doel inzicht in de multimediale
aanpak van de krant te krijgen. „Jul
lie zijn heel erg flexibel en 'mul-
ti-inzetbaar'. Nederlandse journa
listen bellen, interviewen, maken
een stukje, bemoeien zich met de
opmaak en intussen maakt diezelf
de journalist nog snel een apart
kort stukje voor de website en ma
ken ze een filmpje. Dat is heel effi
ciënt en compleet", spreken ze be
wonderend.
De journalisten zijn op uitnodi
ging van Free Voices naar Neder
land gekomen. Free Voices steunt
onafhankelijke mediaorganisaties
in Afrika, Azië, Latijns-Amerika en
Oost-Europa. Deze Nederlandse or
ganisatie wil een bijdrage leveren
aan het bestrijden van armoede en
het ondersteunen van democratise
ringsprocessen.
Redacteuren van Nederlandse kran
ten brengen volgend jaar een tegen
bezoek aan Indonesische redacties.
Voor de PZC gaat redacteur Wen
dy van den Hurk naar Indonesië
(zie nu al haar weblog
www.pzc.nl/blog/indonesie.
De Indonesische journalisten heb
ben dit keer de online activiteiten
van de PZC bekeken. De websites
van de Jakarta Post en de Harian
Fajar zijn in tegenstelling tot
www.pzc.nl nog vrij statisch. De
verversing van nieuws lijkt geen
prioriteit te hebben, er staan geen
video's op, verwijzingen naar ande
re relevante artikelen zijn niet te
vinden en er is geen mogelijkheid
om op artikelen te reageren.
A'an heeft daar wel een verklaring
voor. „We hebben nog een vrij con
stante verkoop van dagelijks
30.000 kranten. We bereiken daar
mee ongeveer 100.000 mensen."
Van een terugloop van het abon
neebestand, zoals de Nederlandse
kranten, heeft The Jakarta Post nog
geen last. Ze vragen zich wel af of t
de 'multi-disciplinaire werkwijze
van een Nederlandse journalist'
wel past in Indonesië. „Iedereen
heeft een afgebakende taak. Een op
maakredacteur is opmaakredac
teur, een journalist maakt geen vi
deo's." „Deze veelzijdigheid is vast
typisch Nederlands. We verbleven
in een mooi hotel in Middelburg,
's Ochtends verzorgde een aardige
man ons ontbijt, 's middags was
hij aan het opruimen en 's avonds
zat hij achter de balie. Het bleek de
eigenaar te zijn, die zelf alles deed.
Dat zou bij ons nooit gebeuren."
De laatste maanden heeft de PZC
veel geschreven over de Tweede We
reldoorlog en de bevrijding. De ru
briek De Slag om de Schelde, waar
mee 65 jaar geleden de bevrijding van Zeeland
werd ingezet, verschijnt vandaag voor de laat
ste keer. Veel lezers hebben hun herinneringen
aan de oorlog naar de krant gestuurd. Ook ont
vingen we enkele persoonlijke bespiegelingen.
Zoals deze van Coos uit de Coosje Busken-
straat in Vlissingen.
„Stap ik op een vrijdag een hotel-restaurant
binnen aan de boulevard in Vlissingen, struikel
ik direct over een oudere man met revers vol
edele metalen. „Sorry", zeg ik. „No problem
son." 48 jaar ben ik, en de echtscheidingsbe
schikking was vanochtend door de postbode
overhandigd. Son! Pientere kraaloogjes kijken
me aan. Hij is gedrongen en fit. „No problem
at all." Z'n maat ging net 'upstairs for a nap'.
Hijzelf toostte nog een keer op 'that great day'
met zijn zoon, diens vrouw en de kids.
Ik bestelde iets en bekeek mijn omgeving een
beetje vanachter mijn vork. Een ouder echt
paar kwam tussen mij en het Engelse gezel
schap inzitten. De heren raakten uitgebreid in
gesprek. Stonden op, omhelsden elkaar en keer
den terug naar hun gezelschap. De man zat
schuin tegenover me. Tranen in zijn ogen en
trouwens ook op zijn wangen. Zijn vrouw had
veronschuldigend verteld dat hij al 82 jaar was
en daar toen ook bij was geweest?
Ik knikte wel, maar ze zag dat ik dat inderdaad
niet kon begrijpen. „Het zijn sterke mensen",
mompelde ik maar. En ik hoopte dat ze huil
den om wat ze nu voelden. Niet alleen om wat
ze toen hebben moeten doen. Ik keek maar
weg. Wat had ik kunnen zeggen trouwens?"