341 sport A schaken dammen a a 6 Él® ï81 91 i 1 iwi» 4 4 lil bridge zaterdag 31 oktober 2009 door Cor Jansen De meeste schakers, waaronder ook talloze meesters en groot meesters, hebben waarschijn lijk nog nooit van Alois Wota- wa gehoord. Het zij hun vergeven, je kunt niet alles weten, maar het is wel een beet je jammer. Wotawa (1896-1970) was een Oostenrijkse studiecomponist, die in kleine kring be kend was om zijn briljante kunstwerkjes. Hij deed eigenlijk nooit mee aan composi- tietoernooien. Vandaar zijn onbekend heid. Toch zie je in de meeste eindspelboe- ken zijn naam een enkele keer opduiken. Tussen de grootheden als Liburkin, Troitz- ky en Rinck valt hij niet zo erg op, maar dat is ten onrechte. De laatste tijd beleeft zijn werk een soort herwaardering en begint men hem te re kenen tot de grote componisten. Daar zijn twee redenen voor. In de eerste plaats heb ben al zijn studies een plaats gekregen in de grote, wereldberoemde verzamel-CD van Harold van der Heijden, die iedere schaker in zijn bezit zou moeten hebben. In de tweede plaats is zijn faam gestegen doordat de hier al eens genoemde Russi sche trainer Mark Dvoretsky hem zeer heeft geprezen en tal van zijn composities igg 3- als trainingsobject heeft uitgekozen. Het staat als een paal boven water dat in eindspelstudies het mooiste wat het schaakspel te bieden heeft het beste tot zijn recht komt. Daarnaast zijn ze ook bij zonder leerzaam. Je kunt ze weliswaar niet direct in een praktische partij gebrui ken, maar er wel je analytische capacitei ten mee op een hoger plan brengen. En dus indirect ook je spelpeil verhogen. Het werkstuk van deze week is een zeer harde noot om te kraken. Maar je hoeft de grijze hersencellen niet te pijnigen. Je kunt de oplossing ook gewoon naspelen en je verbazen over het vernuft van de constructeur. Zie diagram. Alois Wotawa, Deutsche Schachzei- tung, 1968. Volgens de fanatieke partijschakers is dit een absurde stelling, die nooit in een ge wone partij zal kunnen voorkomen. Daar zullen ze wel gelijk in hebben, maar dat betekent niet dat hij daarom waardeloos is. Wotawa gebruikte voor zijn creaties over het algemeen stellingen die men met een beetje fantasie normaal zou kunnen noemen. Deze dus niet. Voor de zeker heid geven we ook nog de stelling in nota door Daaf Kasse tie, mocht u denken, dat de diagramstel ling fout afgedrukt is: Wit: Kf6, Pb8, Pf8, La6, Ta3, pionnen op C2 en g2. Zwart: Kh4, Ld7, Lh6, pionnen op a2, as, b2 en h7. De opgave luidt: wit speelt en wint. Het gaat als volgt: i.Pbxd7l Dit is de enige manier om promotie van de b-pion te ver hinderen. Er dreigt nu namelijk mat in ne gen zetten!! Dat is toch even slikken, waar de partijspeler. Een geforceerd mat in een open stelling als deze? i...Lxf8 Op i...biD volgt het fraaie heen-en-weertje: 2.TI13+ Kg4 3.Pe5+ Kf4 4.Pe6+ Ke4 5.Ld3+ Kds 6.LC4+ Ke4 7.Lds+! Kxds 8.Td3+ Ke4 9.PC5+ Kf4 io.g3 mat!! Fantastisch. En i...Lg5+ gaat meteen fout wegens 2.Kfs. 2.PC5! Dreigt weer mat!! 2...LXC5 Gedwon gen, want na 2...biD 3.Th3+ Kg4 4.LC8+ Kf4 5.Tf3 is het nog eerder mat!! 3.TI13+ De samenwerking tussen toren en loper is volmaakt. 3-..Kg4 4.LC8+ KT4 5.Tf}+ Ke4 6.Lb7+ Kd4 7.TCI3+ KC4 8.La6+ Kb4 9.Tt>3+ Ka4 Na een spitsroedenloopje langs de vierde rij volgt nu de gena- destoot. io.Lb5 mat!! Volgens de schaakpu riteinen is dit eigenlijk geen eindspelstu die, maar een probleem, waarvan de opga ve zou moeten luiden: Wit geeft mat in 10 zetten. mmmfc WMMx wmmmmssmm Na bestudering van de partijen uit de eerste ronde van de Zeeuwse clubcompetitie is maar één conclusie mogelijk: in de volgende ronden kan het alleen maar beter worden. Wat de dammers in de openingsronde lieten zien, was van een treurig stemmend niveau. De titelhou der, PWG 's-Gravenpolder 3, maakte het helemaal bont: vier verliespartijen tegen Aagtekerke en dat hadden er zelfs zes moeten zijn. Ook in de andere drie wed strijden wemelde het van de openings blunders, onverantwoorde positionele avonturen en fouten in de afwerking. Een verklaring voor het foutenfestival heb ik niet direct bij de hand, wel enkele ver zachtende omstandigheden. De wedstrij den vinden in de avonduren plaats en dan slaat de vermoeidheid eerder toe dan op zaterdagmiddag. Verder worden de wedstrijden op clubavonden gespeeld, waar het doorgaans wat rumoeriger is dan op zaterdag bij het Zeeuws kampioen schap of de KNDB-competitie. Ook de ge middelde leeftijd van de deelnemers speelt mee. Die wordt de laatste jaren ho ger omdat weinig jeugdspelers doorstro men. Het was gelukkig niet alleen kommer en In vergelijking met enkele andere lan den beleven wij bridge toch op een andere manier. Het zijn in die lan den voornamelijk de robberbridgers die stelling nemen tegen elke vorm van lesgeven in bridge. De meeste van deze bridgers verdienen hun boterham met robberbridge en zijn bovendien prettige mensen in de omgang. In de gelegenhe den waar dit wordt gespeeld kun je een ta fel kiezen waar een tarief bij hoort dat uit gedrukt wordt in geld per honderd pun ten. In ons geld van 0,10 tot tien euro. De verliezer betaalt de winnaar. Een van die robberbridgers is de Engels man David Bird die regelmatig verhalen rond laat gaan onder de titel 'Bridge met de Abt'. De abt is de man die denkt dat hij beter kan bridgen dan wie dan ook, maar Bird laat hem steeds in het zand hap pen. Onlangs verscheen dit verhaal van hem: (zie diagram) Met de abt west opende zijn partner broe der Cameron het bieden met 2Ha. Broe der Damien (Z) paste evenals de abt. De wat oudere broeder Sextus (N) doubleer de en na pa? van oost bood zuid 2Sch. De abt paste en Sextus bood 6Sch waarna ie dereen paste. kwel. In de wedstrijd tussen Tholen /DSVF en GZC won Aart Walraven in een aardige partij van Jan van de Wete- ringh. Bij ereklasser PWG zijn ze teamge noten, maar dat weerhield de twee er niet van een vlijmscherp duel uit te vechten. Jan van de Weteringh - Aart Walraven: 1.34-29 20-25 2.40-3415-20 3.45-40 19-23 4.32-28 23x32 5.37x28 18-23 6.28x19 13x24 7.41-37 Wit gaat de uitdaging aan. Met 29-23 kon hij de hekstelling nog uit de weg gaan. 14-19 8.50-45 9-13 9.38-3212-18 10.32-28 7-12 11.42-38 10-1412.38-32 17-22 13.28x17 11x22 14.32-28 Natuurlijk niet 33-28 wegens 24x33! met dam op veld 50. 1-7 15.28x17 12x2116.37-32 7-1217.32-28 2-7 18.43-38 4-9 19.38-32?! Wit wil de hekstel ling op het bord houden, maar neemt daarmee bewust wat risico. Veiliger is 48-43. 21-26 is verhinderd door 29-23! met altijd dam en na 18-23 29x18 12x32 38x27 21x32 wint wit met 46-41 en 47-42 zijn schijf terug. 5-10 20.31-26 7-11 21.26x17 12x21! 22.46-4110-15 23.41-37 21-26 24.48-43 18-22 25.28x17 11x22 26.32-28 Las tiger voor zwart is 36-31. Deze zet verhin dert 6-11 door 34-30 en 33-29, en op ande re zetten kan wit met 33-28 uit de hekstel ling ontsnappen. 16-21 27.28x17 21x12 28.43-38 12-18! 29.49-43 18-22 (zie dia door Ruud van den Bergh De abt kwam uit met klaverenvrouw en bij het neerleggen van de dummy zei noord dat hij ongeveer tien punten ver wachtte bij zijn partner en dat dit genoeg zou zijn voor een slemmetje. De abt bekeek de dummy zorgvuldig en dacht dat als er enige gerechtigheid in de wereld zou zijn als de leider ongeveer nul punten zou hebben en het slem zou sneu velen. Maar hij kon zien dat als zuid zijn vierkaart had geboden, hij schoppen vrouw zou hebben. De leider vond de dummy mooi en zei dat hij dacht kans te hebben. 'Allemensen', dacht de abt, 'de leider zal toch niet ook ruitenaas heb ben?' Het was onverantwoord van noord om op die manier te bieden. Hij nam het spel niet serieus, vond de abt. De uitkomst werd in noord genomen en schoppenaas werd gespeeld, waarop oost een harten afgooide. Hij stak over naar rui tenaas en speelde een ruiten naar de dum my. De abt schudde zijn hoofd bij het ver schijnen van ruitenaas en vroeg zich af of hij iets kon winnen met introeven. Hij dacht het niet en gooide een harten af Met ruitenheer werd genomen en een schoppen ging naar de vrouw. Weer ging een ruiten naar de dummy en weer wei gram) 30.37-32?! Het is interessant om de gevolgen van 36-31! na te gaan. 22-28 is dan minder bezwaarlijk voor wit dan in de partij, en op 6-11 kan wit doorbreken met 31-27, 33-28, 47-41 en 39x6. Op 8-12 volgt verrassend 33-28! waarna 22x42? (24x42 28x8 etc. geeft gelijk spel) slecht is voor zwart wegens de doorbraak 37x48! 26x37 47-41! 37x46 48-42 24x33 39x28 46x23 34-30 25x34 40x7. 22-28! 31.33x22 - 24x42 32.47x38 8-12 33-39-33 6-11 34-32-28 12-17 35-44-39 3-8 36.38-32 20-24 37.36-31 26x37 38.32x4114-20! Zo verhindert zwart de ruil 34-30 25x34 40x29 door 20-25 29x20 15x24 met de dodelijke drei ging 19-23. 39-43-38 8-12 40.41-37 9-14 41.34-29 13-18! 42.22x13 19x8 43.38-32 8-13 44.39-3413-18 45-32-27 11-16 46.37-3117-21 47.28-22 21x32 48.22x13 16-21 49.35-30 24x44 50.45-40? Een extra schijf offeren is helemaal niet nodig. Na meteen 33-28 wint zwart nooit meer. 44x35 51.33-28? Maar nu zwart op de vorige zet 45-40 heeft gespeeld is een tweede offer noodza kelijk: 13-9! 14x3 33-28 32x23 29x7 en zwart wint niet meer, ondanks drie schijven voorsprong. 32x23 52.29x7 14-19! 53.13x24 20x40 54.7-1 40-45 55.1-12 21-26 56.31-27 45-50 57-12-23 50-45 58.23-41 45-1 59.41-28 1-18 en wit gaf het op. Mügüiww m t& mm mOÊÊÊÊKÊÊÊÊÊt gerde de abt te troeven, dus werd met de vrouw genomen. Deze kaarten waren nog over: Noord: Sch: HB9 Ha: A Rui: 6 Kl: H7 Oost: Ha: HV107 Rui: B10 Kl: 3 Zuid: Sch: 63 Ha: 864 Kl: 64 West: Sch: 108 Ha: B9 Kl: B108 Nu moest de leider even nadenken. Als hij de laatste ruiten van de dummy zou troeven, zou de abt overtroeven. Dan zou later nog een klaverenslag verloren gaan en zou het slem niet gemaakt worden. Zou het niet beter zijn een klaveren op die ruiten af te gooien? Natuurlijk, dan zou hij de laatste klaveren van noord in de hand kunnen troeven. Hartenaas en klaverenheer werden verzilverd en toen werd ruitenzes gespeeld. Oost legde de tien en zuid gooide zijn laatste klaveren af Slem was niet meer tegen te houden. Hij was nu in staat de laatste klaveren van noord te troeven, het maakte niets meer uit wat oost zou naspelen. Hij kon de laat ste troeven afhalen en maakte zijn con tract. 'Heel wild geboden en geluk dat je een partner vindt met een aas en troef- vrouw' zei de abt tegen noord. En tegen zuid 'Een partner met een beetje ervaring had natuurlijk groot slem geboden'. AHB97 HV65 4 10854 «£AH7 B92 HV10753 9 L Jj B10874 #VB1085 £93 V632 ^864 A32 ^642 Oost gever, niemand kwetsbaar

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2009 | | pagina 92