Het seizoen voor paddenstoelen moet Ondine van der Vleuten dinsdag 27 oktober 2009 door René Schrier De uitdrukking 'als paddenstoelen uit de grond schieten', moe ten we voorlopig maar even vergeten. Het is te droog. Zoals de zaken er momenteel voor staan, is dit na jaar een slechte tijd voor padden stoelen. Toch wagen we het erop en trekken met Richard Struyk uit Oostkapelle door een deel van het Walcherse bos- en duingebied. Hij kent Oranjezon en omgeving op zijn duimpje, want hij wandelt er al sinds 1961. Daarnaast verzorgt hij excursies voor onder meer Staatsbosbeheer, het Zeeuwse Landschap en de Koninklijke Ne derlandse Natuurhistorische Vere niging (KNNV). Vandaag zit het oud-onderwijs man Struyk niet lekker. Als je ie mand paddenstoelen wil laten zien, moeten die er wel zijn. Maar het is nu gewoon te droog. In feite kun je op elke grondsoort paddenstoelen vinden, al gedijen ze op de ene beter dan op de ande re, legt hij uit. Het beste is wat hu- meuze zandgrond, is zijn ervaring. En dan liefst in de bossen dus, zo als de Walcherse Manteling, het Ritthemse en het Veerse bos en de kop van Schouwen-Duiveland. Op Schouwen-Duiveland staat vooral het Gadera bos achter Burgh- Haamstede bekend om zijn vele soorten paddenstoelen. Maar dat is nog niets vergeleken met Twente, waar Struyk ook erg goed thuis is. „De meeste padden stoelen vind je op dood hout, als dat hout maar voldoende vochtig is. Waar brandnetels groeien, zijn ook vaak paddenstoelen te vin den. Paddenstoelen hebben een rol in de natuur. Ze breken dood materiaal af tot er uiteindelijk een dun laagje humus overblijft. De laatste jaren gaat het wel weer, vertelt Struyk, maar er is een pe riode geweest dat er erg veel zwa- veldioxyde in de lucht zat. Het werd door fabrieken en andere luchtverontreinigers uitgestoten. Dat zwaveldioxyde is funest voor schimmels en dat was dan ook dui delijk te merken aan het padden stoelenbestand. De laatste jaren is Berkenzwam. de lucht weer wat schoner en ko men er weer meer paddenstoelen. Ondanks de droogte valt het niet eens tegen wat we aan paddenstoe len tegenkomen. Meteen al op de lange oprijlaan richting Oranjebos vinden we zwerminktzwamme- tjes en honingzwammen. Niet iedere Nederlander weet iets van paddenstoelen af We weten wel dat ze giftig kunnen zijn, maar welke precies? Struyk noemt, als het om giftige padden stoelen gaat, meteen de groene knolamaniet. Een giftige paddenstoel die wel eens verward wordt met de gewo ne champignon, maar in werkelijk heid nauw verwant is aan de vlie- genzwam, die ook giftig is. Voor iedere paddenstoel is een jaargetijde. Morilles zijn al rond Koninginnedag te vinden, maar voor bijvoorbeeld fluweelpootjes is het nu nog te vroeg. In het naaldbos tegen de duinen aan vinden we valse cantharellen. Het is jammer dat er nog maar weinig gebieden in de duinen te vinden zijn waar de bodem be dekt is met naalden, vertelt Struyk. Het duinriet rukt steeds verder op en daar komen de paddenstoelen niet doorheen. Tegen het eind van de wandeling Als je vroeger eens een leu ke grap uit wilde halen met je broer, gooide je een handje krotenzaad in z'n bed. Ge garandeerd dat het slachtoffer dan kermend zijn bed uitgevlogen- kwam. „Bietenzaad is scherpza- dig: het bestaat uit meerdere kie men, die samen een soort kraaien- pootje vormen", legt bioboer Leo de Visser uit Ritthem uit. „Tegen woordig breken ze het meestal. Dan wordt het éénkiemig en is het scherpe eraf" Maar wie bietjes als kiemen eet - wat met de huidi ge hype van spruitgroente vaker voorkomt - kan nog wel eens zo'n scherp, meerkiemig zaadje in zijn mond krijgen. Zaaien kan vanaf april. In de kas kan het nóg vroeger. Dan heb je in april al plantjes die in de volle- grond kunnen worden uitgezet en in begin juni kunnen er al 'bos- bietjes' geoogst worden. Bosbiet- jes zijn gewoon heel jonge bietjes met het loof er nog aan. „Je ver koopt ze in bosjes, met blad en al, omdat dat er leuker uitziet. Het oogt nieuw, jong, fris. De mensen denk: ha, voorjaar! Zodra het loof eraf gaat, loopt de verkoop achter uit. Typisch is dat." Bijna iedereen gooit het loof weg, maar je zou het best kunnen eten, door de sla gesnipperd bijvoor beeld. Hoe jonger de bietjes, hoe korter de kooktijd, maar gemid deld is een half uurtje genoeg. Ze zijn gaar als je het vel er met je hand afkunt wrijven. Bieten vallen onder de kleine teel ten. In de biologische landbouw worden relatief veel bieten ge teeld. De Visser heeft zo'n hon derd vierkante meter voor Einde- lienge, het eigen winkeltje aan de Zandweg 54a, waar op vrijdagoch tend en -middag verkocht wordt. Het merendeel van de Nederland se bieten gaat naar Duitsland. Ze wordt daar tot sap verwerkt, dat we dan hier in flessen met het pre dikaat 'bloedzuiverend' terug zien. In de koeling opgeslagen blijven bieten tot het begin van de zomer goed. Bieten bevatten zo'n 3 procent sui ker. Bij de verwante suikerbiet is het suikergehalte zelfs 20 procent. Bietjes met spek Kook de bietjes en schaaf ze of snij ze in blokjes. Meng de bietjes eveen- tueel met stukjes appel. Scheutje azijn erbij om het af te maken. Ser veer dit ouderwetse gerecht met ge kookte aardappels en uitgebakken spek en glazige uitjes. foto Mechteld Jansen

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2009 | | pagina 86