gun ik sommige figuren niks meer' af en toe op zijn eigen rem trappen Top twee treft elkaar Laatste ontmoeting Laatste ontmoeting zaterdag 17 oktober 2009 ennrt Michel Leonhart Met Michel Leonhart (RCS) en Ruud Pennings (Vlissingen) staan morgen de trainers tegenover elkaar met het hoogste puntenmoyenne in de Zeeuwse top acht (de beste vier zaterdag- en zondagclubs). TRAINERS EN HUN GEMIDDELDE 1 Michel Leonhart (RCS) 1,96 2 Ruud Pennings (Vlissingen) 1,92 3 PaulTelussa (Hoek) 1,71 4 Kees van de Sluis (Goes) 1,60 5 Cees Houtepen (Kloetinge) 1,60 6 Diederik Hiensch (Terneuzen) 1,38 7 André Maas (GPC VI.) 1,37 8 Karl Vergouwen (Tern. Boys) 1,15 Willem Adriaansens en Roiant Quist bron Rudy Booger In mei, na het binnenhalen van het kampioenschap, staat de boel bij VC Vlissingen op ontploffen. „Bésar Xhoxhaj kreeg ineens te ho ren dat hij weg moest. In maart had Ruud Pennings nog tegen hem gezegd dat hij een belangrijke speler en spits nummer één was. We kregen ook ineens de medede ling dat we allemaal in moesten le veren, de vergoedingen gingen om laag. Dat was nog niet zo erg, zo lang we maar allemaal op dezelfde lijn zouden zitten. Maar als je dan hoort dat spelers als Jonathan Con- stancia, Sinan Cohan, Jeffrey Gel dof en Björn Langeveld komen, weet je wel beter. Die komen niet voor een appel en een ei. Wij moes ten inleveren, om hun komst moge lijk te maken." „Begrijp me niet verkeerd", bena drukt André Siereveld, „ik geef die vier jongens geen ongelijk dat ze naar Vlissingen zijn gekomen, ze hebben het waarschijnlijk slim ge speeld aan de onderhandelingsta fel. Maar wij waren kampioen ge worden, zonder daar waardering van het bestuur voor te krijgen. Ik had bij Vlissingen kunnen blijven, maar dan was ik iedere keer met een kater naar de training gegaan. Trots is ook belangrijk. Met men sen als Pennings en Dobbeleir wil de ik niet meer werken." De relatie met trainer Pennings is dan al een tijdje verstoord. Vlak voor het kampioensduel in Haar steeg raakt Siereveld in conflict met de oefenmeester. „Op de vrijdag André Siereveld als E-pupil in het shirt van VC Vlissingen. voor die wedstrijd moesten wij in de zaal met Groene Ster de bekerfi nale spelen. Ik had bij Vlissingen geen training gemist en heb daar om netjes aan Pennings gevraagd of ik samen met Ashraf Elhrouch die finale kon spelen. Van mij krij gen jullie vrij, zei hij. Een paar da gen later vertelde hij dat het niet •mocht van het bestuur. Ik wilde mijn vrienden niet in de steek la ten en heb samen met Ashraf die fi nale gespeeld." Als Siereveld de volgende dag met zijn vriendin in Antwerpen loopt, ontvangt hij een sms van Pen nings. „Ashraf en ik mochten niet mee naar de kampioenswedstrijd. Die maatregel had het bestuur ge nomen. Ik wist van andere spelers dat ze zich wel eens ziek hadden ge meld om te zaalvoetballen. Ik had het wél netjes gevraagd en werd dan zo behandeld. Later op de dag werd ik door verschillende spelers gebeld. Wij moesten gewoon mee naar Haarsteeg, want het was ook ons kampioenschap, zeiden ze. Dat hebben we toen ook gedaan, maar we zaten op de bank. Na afloop had ik echt geen zin om feest te vie ren." Het gevoel dat hij wil vertrekken wordt dan steeds sterker. Toch hinkt hij nog een tijdje op twee ge dachten. „Omdat het met de spe lers onderling echt leuk was", ver telt Siereveld. „Aan de andere kant ergerde ik me aan de trainingen. Het was iedere keer hetzelfde: een kaatsspelletje, wat afwerken en een partij op een half veld waarbij je al le ruimte van de wereld had. Dat was ik hartstikke beu. Onder de douche werd er ook om gelachen. Het viel me ook tegen dat Pen nings spelers niet aanpakte. Soms werd hij uitgescholden door jon gens, maar er gebeurde dan vervol gens niets. Dat vond ik zwak, dat kan niet." Hoe je het ook wendt of keert; Ruud Pennings is wél in sneltrein vaart met Vlissingen doorgestoten naar de eerste klasse. „Dat klopt. Maar het opmerkelijke is dat toen ik van Kloetinge kwam hij mij ver telde dat hij het met jongens uit Vlissingen wilde gaan doen. Dat blijkt nu ook niet te kloppen. In de jeugd liepen de afgelopen jaren fan tastische talenten, waar niet eens naar werd omgekeken. Salim Ben Salem en Khalid El Hattach spelen nu bij ons bij RCS. Geweldige spe lers, maar Pennings zag ze niet staan. Ze zijn beter dan veel spelers die nu wél bij Vlissingen voetbal len." Siereveld noemt daarna Roysol Ja mes, een krachtpatser van zestien jaar die ook verloren is gegaan voor Vlissingen. „Hij mocht vorig sei zoen mee met het eerste elftal en zou dan winstpremies krijgen. Roy sol vroeg daar aan het einde van het seizoen om, maar ineens wist niemand er meer iets van. Toen die jongen daarna overschrijving aanvroeg naar de JVOZ, werd Eddy Dobbeleir pissig. 'Je gaat nu de kan tine uit en je komt er niet meer in', zei hij tegen Roysol. Gelukkig bleef die jongen lekker staan." Morgen komt hij ze allemaal tegen. Het doet Siereveld niks, zegt hij op voorhand. „De spelers gun ik alles, alleen niet morgen. Maar er lopen ook figuren rond bij Vlissingen die ik niks gun, daar wil ik niks meer mee te maken hebben. Toen ik naar RCS vertrok, gaf elftalleider Philip Krant me een hand en wens te me succes. Maar daarna begon hij achter mijn rug tegen andere jongens allerlei vreemde dingen over me te vertellen. Daar heb ik hem even op aangesproken. Het is wel typerend voor de cultuur bij Vlissingen." Zolang de huidige beleidsbepalers Op de openingsdag van het sei zoen 2006/2007 werd de derby RCS-Vlissingen voor het laatst ge speeld in Oost-Souburg. Het duel in de tweede klasse werd met 2-1 gewonnen door RCS. De Souburgse ploeg kwam al na ruim een kwartier met tien man te staan. Youssef Afkir had toen zijn tweede gele kaart al te pakken. In het veld was weinig te merken van het kwantitatieve verschil. Dennis de Nooijer opende na een uur de score, Rodi Uranie maakte er 2-0 van, waarna Pim Bruins nog de 2-1 produceerde. RCS sloot het seizoen uiteindelijk af op de zesde plaats, Vlissingen degradeerde. er de dienst uitmaken, keert Siere veld er als speler niet meer terug. Hij wil morgen als winnaar het veld afstappen. „Het zal een harde wedstrijd worden. Maar RCS is meer een team dan Vlissingen. De mensen bij de club doen er alles aan om het ons naar de zin te ma ken. We zijn op dinsdag en donder dag gaan trainen, zodat veel jon gens kunnen zaalvoetballen. Zo kan het dus ook." Ruud Pennings reageert als volgt op de woorden van André Siereveld: „Ondanks een aantal onwaarheden, zie ik geen noodzaak hierop te reage- de cultuur, dat viel me meteen op. Naar een uitwedstrijd zit de bus helemaal vol. Dat heeft wel indruk op me gemaakt. Ik weet dat Ter neuzen moeilijke jaren heeft ge had, maar we kunnen stap voor stap steeds iets verder komen. Daar werken we nu aan." Hij weet wel, dat de organisatie dan nog verder verbeterd zal moe ten worden. „Daar moeten we een plan voor maken. Dit seizoen moe Diederik Hiensch: „De topklasse komt eraan en daardoor moet Terneuzen volgend seizoen eigenlijk eersteklasser zijn." foto Peter Nicolai ten we een goede basis leggen. De topklasse komt eraan en daardoor moet Terneuzen volgend seizoen eigenlijk eersteklasser zijn. De nummers één en twee promove ren rechtstreeks, de nummer drie speelt één wedstrijd om promotie. En dan heb je nog de drie periode- titels. Als we promoveren, mag ons dat niet verrassen. Tijdens de winterstop moeten we daarom al gaan praten over hoe we het aan willen pakken." De trainer houdt zich dus niet al leen met het voetbal zelf bezig. „Al kan ik daar nog wel steeds het bes te mijn ei in kwijt. Ik heb de afge lopen maanden ook echt vooruit gang gezien. Met uitzondering van de wedstrijd tegen Haarsteeg, waarin we snel met tien man kwa men te staan, hadden we ieder duel kunnen winnen. Sommige jongens hebben moeten leren om anders te voetballen. Een verdedi ger moet bij mij bijvoorbeeld één op één kunnen spelen. Veel spe lers waren dat niet gewend." Hiensch kijkt ook kritisch naar zichzelf „Want ik weet dat ik moet oppassen dat ik niet te veel wil. Het tactische gedeelte moet je rustig aanpakken. Anders krijg je overcoaching, gaan jongens te veel nadenken en weten ze niet goed meer wat ze moeten doen." Hij trapt dus af en toe op zijn eigen rem, maar geniet op het veld nog steeds met volle teugen. „Ik vind het heerlijk om met een groep te werken, die je kunt ontwikkelen. Eén ding is daarbij heel belangrijk: er moet voetbal in zitten. Bij Ter neuzen is dat het geval." In het voorjaar van 1997 troffen Goes en Terneuzen elkaar voor het laatst in competitieverband. Het duel in de tweede klasse eindigde in een 2-1-zege voor het bezoeken de Terneuzen. Goes nam een 1-0-voorsprong en leek in een zetel te zitten toen Ter- neuzen-verdediger Michel de Vries al na een half uur met rood uit het veld werd gestuurd. Terneuzen kwam echter langszij via een doelpunt van Mare de Kunder en haalde in de slotfase zelfs de volle winst binnen dankzij Domini que Verlinde, die nu opnieuw bij Terneuzen speelt. Goes sloot het seizoen uiteindelijk af met promotie via de nacompeti- tie naar de eerste klasse, Terneu zen degradeerde.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2009 | | pagina 41