naar de Oosterschelde 5 'Die oude stoomboot vind ik zo mooi' Natuurjournaal dinsdag 29 september 2009 de samenwerkende Oosterscheldecampings onthulden vorige week het eerste bord. foto Willem Mieras door Hans Noot Nu het jaar 2009 naar een einde snelt, vullen de win kels zich met kalenders voor 2010. Eén daarvan is de ka lender Historisch Zeeland van de Kloetingse illustrator Danker Jan Oreel, die wordt uitgegeven door Het Paard van Troje in Goes. Gek genoeg is Oreel het maken van die kalender al bijna vergeten en is hij nu al aan het dubben en tob ben over de kalender voor 2011. Hij heeft het namelijk zo knetter- druk, zoals hij het zelf omschrijft, dat hij die kalender in het ge drang ziet komen. „Misschien moet ik in mijn archief gaan kij ken of daar nog bruikbaar materi aal in zit voor de 2011-kalender." De kalender van 2010 is in ieder geval wel gevuld met 'nieuw' ma teriaal. Oreel gebruikte voor de il lustraties foto's die tussen 1898 en 1935 in Zeeland gemaakt zijn en zette die om in aquarellen. In prin cipe geeft hij de foto's nauwkeu rig weer, maar af en toe veroor looft hij zich kleine aanpassingen als dat artistiek beter uitkomt. Zo 'vergat' hij op de illustratie van het strand in Vlissingen aan de rechterkant van de groep kinde ren een in het zwart geklede man, die voor een deel de badwagens aan het zicht onttrok en kreeg de Abdij in Middelburg een winters wit kleed, terwijl op de foto zelf geen vlokje te zien is. Zijn favoriete maand in de kalen der is oktober. Op dit blad prijkt een stoomboot bij de Oude Axel- se Brug over de Herengracht in Terneuzen. Oreel werkte er vijf da gen aan. Normaal werkt hij ander half tot drie dagen aan een illustra tie voor de kalender. „Die oude stoomboot vind ik zo mooi." Danker Jan Oreel geeft ruiterlijk toe dat het maken van kalenders .wel leuk is, maar dat hij het liefst werkt aan strips. Dat zeggende haalt hij een map tevoorschijn met dertig pagina's van een strip die hij bijna twintig jaar geleden opzette in samenwerking met Henk Kuipers, bekend van de Franka-strips. Afgelopen zondag sprak Oreel op de Stripdagen in Houten met redacteuren die het stripblad Eppo nieuw leven in hebben geblazen. Oreel gaat ervan uit dat de 44 pagina's lange strip, De koffers van Raz Fadraz, in de tweede helft van 2010 verschijnt. „Er moeten nog wel details aange past worden, omdat sommige te keningen gedateerd zijn. Zo bel len de hoofdrolspelers nog met een carkit met een enorme accu." Kalender Historisch Zeeland 2010, uit geverij Het Paard van Troje, Goes. Ver krijgbaar bij Zeeuwse boekhandels, musea en VW's, 10,95 euro. burg. „We hebben allemaal iets an ders te bieden." De samenwerkende campings, waarvan Verburg overigens de ini tiatiefnemer en voorzitter is, heb ben goede banden met het Natio naal Park Oosterschelde. Die zijn ontstaan toen de eigenaren er de cursus 'Gastheerschap van Natio naal Park Oosterschelde' volgden, om hun gasten op een goede ma nier te kunnen voorlichten. „We zijn een keer of zes op stap ge weest met een gids en dat was best nuttig", kan Verburg zich her inneren. „Nou ben ik zelf een ech te Zeeuw, die aan de Oosterschel de is geboren. Ik meen er dus wel één en ander van af te weten. Maar Joost Bakker van camping De Muie komt uit Rotterdam. Ik kan me voorstellen dat hij best wel dingen heeft opgestoken." De innige band tussen campings en Nationaal Park heeft geleid tot het initiatief om op alle zeven va kantieparken informatiepanelen over de Oosterschelde te plaatsen. Orisant had ze al, de andere zes campings krijgen ze binnenkort. Vorige week donderdag werd het eerste exemplaar onthuld tijdens een bijeenkomst in Scherpenisse. Elke camping krijgt drie panelen. Eén met algemene informatie over het Nationaal Park, één met infor matie over de natuur en één met specifieke informatie over de cam ping. Verburg sluit uit dat het aantal campings dat is aangesloten bij het samenwerkingsverband op korte termijn wordt uitgebreid. „Ik heb al wel iemand gehad, hoor, die bij wijze van spreken op z'n knieën zat om erbij te mogen. Toch begin nen we er nog niet aan. Laten we eerst maar eens proberen om het met z'n zevenen een beetje goed op de rails te krijgen. Zoals ik al zei, is dat soms al lastig genoeg." Het strand bij Vlissingen in 1898. Afgelopen zaterdag was er bij een nieuwe drinkput op Hoeve van der Meulen gele genheid om met schepnetjes te kij ken wat er allemaal leeft in zo'n put. Hoewel de put op een histori sche plek ligt is het nog een erg jonge drinkput. Twee jaar geleden werd de put nieuw gegraven op de plek waar volgens de topografi sche kaart van 1910 een put gele- gen had. Het is van belang dat je precies zo'n oude plek opspoort, want dan weet je met redelijke ze- kerheid dat de put watervoerend wordt. In dat opzicht was het pro ject prima geslaagd. De nieuwe put stond van het begin af aan tot de rand vol met water. De put ver vult ook een functie: zo zie je gere geld foeragerende scholeksters, wa tersnippen en witgatjes langs de oever. We waren daarom zelf ook erg benieuwd wat er allemaal voor leven in zou zitten. Nou, dat viel bepaald niet tegen. Al direct vingen we verschillende soorten waterkevers, waaronder twee heel opvallende. De grote geelgerande waterroofkever spartel de in het netje en even later de nog iets forsere, grote spinnende watertor. Het zijn twee soorten die je niet zomaar uit je netje moet pakken, want ze kunnen ge ducht bijten. Oppassen dus. Oppassen moet je ook als je het bootsmannetje in je net hebt. Dat is één van de vele soorten water wantsen die in de put werd aange troffen. Het is een heel mooi dier met drie paar poten. Met de zwem potenbeweegt het bootmannetje zich voort en daarbij zwemt het dier op zijn rug. Opvallend hoeveel leven er al in zo'n jonge put zit. Grote libellen larven, enorme wolken met water vlooien en natuurlijk ook verschil lende waterslakken. Van de want sen vonden we zeker een stuk of vijf soorten. Naast het bootmanne tje ook de zogenaamde schaatsen rijders. Dat zijn wantsen die zich op hun lange poten voortbewegen over het wateroppervlak en het is dankzij de oppervlaktespanning dat ze op het water kunnen lopen. Vissen hebben we in de nieuwe put nog niet aangetroffen. Dat duurt wat langer, ze zijn aangewe zen op transport door watervogels om in een nieuwe put terecht te komen. Dat duurt veelal trouwens ook niet heel lang. Badderende eenden bijvoorbeeld dompelen zich zo intens onder dat kleine vis jes zich moeiteloos tussen de ve ren kunnen nestelen. Chiel Jacobusse Geelgerande watertor foto Chiel Jacobusse

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2009 | | pagina 73