N», 1161/395 '&EME£NT$3B§Sft VAN HOLTEN, DIENST De kampgevange nen hebben de oorlog niet over leefd, maar hun persoonlijke bezit tingen zijn er nog. Vanaf deze maand wordt via internet geprobeerd de families van de omgekomen gevangenen te vinden. „Een papiertje waar iets op geschreven is, kan net zo kostbaar zijn als een gouden ring." donderdag 3 september 2009 J5 reageren? 1 Vy nieuwsredactie@wegener.nl GKMEKN'I EBKSTCUU -HOLTEN. Bezittingen van gevangenen variëren van zakhorloges tot brillen. Op de foto in het midden staat een enveloppe waarin de Duitsers de voorwerpen opborgen. door Joost Sijtsma Horloges, ringen, brillen, portemon nees, vulpennen, kleine foto's, brief jes, formulieren, een munt van tien cent. In een kluis van stich ting Nationaal Monument Kamp Amersfoort liggen sinds kort 164 van deze nalatenschappen. Spul len die een mens blijkbaar bij zich heeft als hij of zij wordt opgepakt om afgevoerd te worden naar een concentratiekamp. Hoe verschillend de voorwerpen namelijk ook zijn, ze hebben de zelfde achtergrond. De bezittingen waren ooit van gevangenen in con centratiekampen, van wie de mees ten de oorlog niet hebben over leefd. Annemiek Littlejohn, voorzitter van de Stichting Hart voor Kamp Amersfoort, probeert hun families te vinden. Zij wil de voorwerpen aan hen teruggeven, zodat ze na al die jaren nog een tastbare herinne ring aan hun dierbare hebben. Een paar weken geleden bleek hoe belangrijk dat is. Nabestaanden van Hendrik van Steeg, slachtoffer van de razzia in Putten, brachten een bezoek aan Kamp Amersfoort. Littlejohn was daar ook en ze raak te in gesprek met de familie. Bij het horen van de naam 'Van Steeg' zei Littlejohn: „Er ligt hier iets van uw vader." Het bleek zijn trouwring te zijn. De familieleden waren overdonderd bij het terug zien van de ring. „Ze vertelden me later dat ze er een nacht wakker van hadden gelegen. Op zich maakt het niet uit wat je terug krijgt. Een papiertje waar iets op geschreven is, kan net zo kostbaar zijn als een gouden ring." Littlejohn begrijpt niet waarom de overheid er in sommige gevallen niet in is geslaagd de nabestaan den op te sporen. De trouwring van Hendrik van Steeg lag in 1951 bij de gemeente Nijkerk, waar hij woonde. „De en veloppe met ring is toen naar het ministerie van Sociale Zaken terug gestuurd", zegt ze. Volgens haar zou het in die tijd een kleine moei te zijn geweest de nabestaanden te achterhalen. De omzwervingen van al die 164 persoonlijke bezittingen geduren de ruim zestig jaar zijn moeilijk te achterhalen. Hoe de bezetter ze af nam is wel bekend. Littlejohn: „De gevangenen wer den door iemand achter een tafel tje ingeschreven. Ze moesten alles wat ze bij zich hadden afstaan. De ze bezittingen werden in een brui ne enveloppe gestopt, waar de naam van de gevangene en andere gegevens op werden geschreven. De gevangenen kregen de envelop pe mee als ze Kamp Amersfoort of andere kampen verlieten." Veel gevangenen kwamen terecht in het concentratiekamp Neuen-

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2009 | | pagina 10