Een wijze les van moeder natuur op de Oosterschelde Schapenbout was bijna een wereldstad 2 Groeten uit.. vrijdag 28 augustus 2009 BwiMiprwiiM ra—yaa«BWBMMtgeBaaBM»»acesaB3>eiBsaaMMM—we—b«m—'|i|—I III Ui 11| 'i Hl' i inw i >111 'p «i Op open water voel je je in een kajak vogelvrij. door Gijs Kamphuis Hoe anders had het kun nen zijn. Eerst Schapen bout zien en dan ster ven. Het is een tegeltjes wijsheid optima forma. Toch heeft deze spreuk het niet ge haald tot het spreekwoordenboek. Met dank aan de Italiaanse stad Napels. Die was het gehucht in Zeeuws-Vlaanderen net voor. Zie wat er van gekomen is. Napels is uitgegroeid tot de derde stad van Italië met ruim een mil joen inwoners. Rijk aan historie en architectuur, een eigen dialect en in trek bij toeristen. Schapenbout is er niets bij. Het heeft ongeveer veertig huizen - allen met zicht op reusachtige windmolens een mooi gemaaid grasveld, een schommel, twee pick nicktafels en als blikvanger: een De Zomerverslaggevers ne men in vier afleveringen al het moois in het Nationaal Park Oosterschelde tot zich. Vandaag het slot: kajakken. door Kris Derks Vervang gloeilampen door spaarlampen, schakel tijdig uw com puter uit, kies voor groene stroom, ge bruik een waterbesparende douchekop. Het duizelt me, al die tips voor een beter milieu. En ze werken allemaal niet. Al thans, bij mij gaan ze het ene oor in en het andere oor weer uit. Zelfs nu half Nederland de kinde ren in een bakfiets naar school brengt, weet de groene koorts mij nog niet vatten. Zou een een-op-een-confrontatie met de natuur mij wel doen besef fen dat zij kostbaar is? Dat is in ie der geval een van de doelen die ka- jak-instructeur Guido Krijger heeft met zijn (educatieve) kajaktochten op de Oosterschelde. Tijdens het varen worden niet alleen de begin selen van het zeekajakvaren ge leerd, ook vertelt Guido onderweg over de natuur. Met een maximum van vier deel nemers vaart Guido de Ooster schelde op om hen de natuur te la ten ervaren. Misschien is dat wat ik nodig heb. Geen wijzend vinger tje als ik mijn computer de hele nacht films laat downloaden, maar blikvanger. En toch heeft het ge hucht een eigen identiteit. Een plaatsnaambord. Schapenbout be staat! Zo'n bordje lijkt een detail, maar er zijn ook talloze gehuchten die in de volksmond wel een naam hebben maar de officiële benoe ming missen. Bout betekent trouwens dijkres- tant. De naam van de buurtschap is ontstaan doordat in lang vervlo gen tijden op een dijkrestant scha pen graasden. Heden ten dage is er geen schaap-meer te bekennen in de velden achter het dorp. Sterven na Schapenbout te heb ben gezien. Hoeveel mensen zou den dat gedaan hebben? Het is statistisch niefte achterha len. Maar wel een interessant gege ven. Door naar Napels te kijken zijn er vast meer mensen aan hun eind gekomen. Toch zijn er slechte- een wijze les van moeder natuur zelf Het is prachtig weer als ik tegen zes uur 's avonds aankom op het strand bij Kamperland. Instruc teur Guido geeft op het droge uit leg over de nodige noodmanoeu- vres bij het kajakken. Bij de x-red- ding liggen de kajaks 'kuip op kuip', zodat ze een 'x' vormen. Ik hoop dat Guido me redt als ik straks omsla, want de manoeuvres lijken best lastig. Wel prettig om een wetsuit aan te hebben dat be schermt tegen koud water... je weet maar nooit. Nu is het tijd voor het echte werk; we duwen de kajaks het water in. Ik sta oog in oog met de Ooster schelde. Even aftasten. Is het water koud? Mmm, valt mee. Het zoute water trekt meteen mijn sport schoenen in; dit is het begin van mijn overgave aan de natuur. Peddelend met mijn handen in het water probeer ik vooruit te ko men, want het is hier nog heel on diep. De Oosterschelde stribbelt in het begin nog even tegen, maar laat me uiteindelijk toch haar diep ere water in varen. Het insteken van de peddel moet zo ver mogelijk naar voren en naast de punt van de kano; het peddelblad steek je ver onder wa ter. Iets schuin achter je heup gaat de peddel het water weer uit. Links, rechts, links, rechts; ik krijg het ritme te pakken. „Niet zo trek ken door het water", roept Guido me toe. Ik ben iets té fanatiek in mijn gevecht rhet het water en voel inderdaad dat de spieren in mijn schouders dit niet gewend re plekken om voor het laatst je ogen dicht te doen dan het blok huizen langs de Graafjansdijk. De vogels fluiten in de bomen. En als de zon schijnt is het vast goed toeven onder de partytent die de bewoners op het gras hebben ge zet. Zo'n partytent hebben ze vast niet in Napels. Het had zo mooi kunnen zijn. Schapenbout in plaats van Napels. Groot, mooi en wereldberoemd langs de dijk in Zeeuws-Vlaande- ren. Het zou er maar een drukte zijn. Ondoenlijk, op de weg kun nen nu amper twee auto's elkaar passeren. Misschien is het toch be ter zo. Op de dijk in Schapenbout kunnen auto's elkaar maar net passeren. foto Gijs Kamphuis zijn. „Bij het uitduwen je hand ontspannen of geopend houden, anders krijg jelast van je polsen" legt Guido uit. Na wat geworstel met de peddel technieken heb ik eindelijk tijd om rond te kijken. Dit is de na tuur in haar puurste vorm. De laagstaande zon schijnt in het wa ter en weerkaatst zachtjes in mijn gezicht. Zelfs de wind voelt deze zomeravond lekker warm aan. Even goed ademen, heerlijk. De natuur zet me weer met beide be nen op de grond. Ie beseft hier be ter dan waar dan ook dat je zuinig

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2009 | | pagina 38