Ervaar
12
Angstig in het begin, maar na afloop
wil ik nog een keer. Ik kan vliegen!
Zoete babbelaars smaken naar karamel
donderdag 23 juli 2009
Naast individueel vliegen, is het voor gevorderden ook mogelijk om formaties te maken in de windtunnel. foto Ingrid Bertens
dat het enige is wat ik nog weet,
doe ik dat maar. Maar eenmaal in
de ring buiten de vliegkamer heb
ik daar meteen spijt van. Ik móet
gewoon een keer voelen hoe het is
om te zweven op de wind.
Gelukkig mag ik nog een keer te
rug. Toch blijft het een vreemde er
varing, het voelt raar en onnatuur
lijk om je over te geven aan de
wind en er op te vertrouwen dat
deze je zal dragen. Het lijkt alsof ik
in een voortdurende strijd verwik
keld ben met de zwaartekracht,
ook al weet ik dat de luchtstroom
me omhoog zal houden. Dat heb
ik namelijk net nog bij de anderen
gezien. Mijn minuut is voorbij,
maar nog nooit duurde deze zo
lang.
Terwijl ik de voorgaande minuut
even laat bezinken en naar de an
deren kijk, word ik enigszins ner
veus bij het idee dat ik straks nóg
twee keer in die tunnel moet. Als
kind was ik nergens bang voor en
durfde ik alles; nu sta ik gespan
nen af te tellen tot ik weer aan de
beurt ben.
Ik wil me echter niet laten kennen
en laat het over me heen komen.
De tweede keer is dan ook heel an
ders dan de eerste sessie. Dit keer
loop ik niet paars aan omdat ik ver
geet adem te halen en vind ik het
zelfs leuk. Ik kan vliegen!
Marshall Bas houdt me vast aan
mijn benen, maar hij ligt buiten
mijn gezichtsveld, dus lijkt het als
of ik helemaal alleen aan het zwe
ven ben.
We suizen met een aardige snel
heid omhoog de cilinder in,
draaien rondjes en zakken geleide
lijk aan weer naar beneden.
Lisa, die de turbines bedient,
steekt bemoedigend haar duim
omhoog: 'Het gaat goed', roept ze
geluidloos.
Duurde een minuut eerder nog
heel lang, nu duurt deze veel te
kort. Ik wil nog een keer, is het eni
ge waar ik na afloop aan kan den
ken.
door Susanne Coppoolse
door Susanne Coppoolse
elk weldenkend
mens springt in
godsnaam uit een
goedwerkend vlieg
tuig? Iedereen die met deze vraag
worstelt, maar toch de kick van
een vrije val wil ervaren, kan te
recht in Roosendaal. Hier staat na
melijk het eerste en enige indoor
skydivecentrum van de Benelux.
Jong en oud kunnen hier ervaren
hoe het is om, net als tijdens een
vrije val uit het vliegtuig, zelfstan
dig te zweven.
Bezoekers vliegen in een windtun
nel, ook wel vliegkamer genoemd:
een glazen cilinder van bijna 24
Hier hang ik dan... Zwe
vend op mijn buik, een
felblauw coureurspak
aan, brilletje en helm
pje op en met, niet onbelangrijk,
oordoppen in.
'Waar ben ik aan begonnen?',
denk ik in eerste instantie. Zijn er
mensen die indoor skydiven echt
leuk vinden? En waarom heb ik
het zo benauwd? Wat ik eerder in
het instructiefilmpje nog zo lo
gisch vond, vergeet ik nu: ademha
len.
Voor mijn gezicht zie ik de handge
baren van Bas, mijn 'marshall', zo
als de instructeurs hier genoemd
worden. Maar zijn gebaren zeggen
me niks meer en alles wat we tij
dens de uitgebreide instructie heb
ben geleerd, ben ik helemaal
kwijt. Ik herinner me dat 'nee'
schudden met je hoofd betekent
dat je uit de tunnel wilt. Omdat
door Susanne Coppoolse
In het souvenirswinkeltje C.F.
Diesch aan de Markt in Middel
burg kijkt het Duitse stel Ma
rieke (26) en Andreas (28) Spin-
rath uit Mönchengladbach verlek
kerd naar de zoetigheden die uitge
stald op de toonbank liggen. Ze
twijfelen zichtbaar welke snoepjes
ze zullen kopen. „Zeeuwse babbe
laars heb ik wel eens gegeten en ik
vind ze erg lekker", zegt Andreas.
„Toch eet ik ze niet zo vaak." Als
Andreas er één proeft om zijn ge
heugen op te frissen, weet hij de
smaak van de Zeeuwse snoepjes
goed te omschrijven: „Ze zijn best
wel zoet en ze smaken een beetje
naar karamel." Marieke kent de
babbelaars al sinds ze kind was,
maar hoe oud ze was toen ze er
voor het eerst mee in aanraking
kwam, weet ze niet meer precies.
„Ik moet in ieder geval heel jong
geweest zijn toen mijn ouders me
de snoepjes voor het eerst lieten
proeven." Het is duidelijk dat het
stel erg van zoet houdt. „Die fram-
bozenzuurtjes vinden we ook erg
lekker. In Duitsland kunnen we
die ook wel kopen, maar die sma
ken lang niet zo lekker als hier."
Toch valt de keuze uiteindelijk
niet op een blikje met boterbabbe-
laars, maar op een zakje met cho
colade- en karamelblokjes.
Zo'n 150 jaar geleden was het heel
normaal dat Zeeuwse huisvrou
wen zelf babbelaars bakten. Zee
land heeft namelijk lang de ge
woonte gekend om bij het tweede
kopje koffie geen suiker, maar een
babbelaar te presenteren. Het ma
ken van babbelaars is niet eenvou
dig, maar wellicht lukt het met het
recept van Vereniging Ons Boere-
goed.
Ingrediënten
500 gram witte basterdsuiker
1 zakje vanillesuiker
65 gram roomboter
5 eetlepels water
5 eetlepels natuurazijn
Bereidingswijze
Meng alle ingrediënten in een klei
ne pan met dikke bodem.
Verwarm het geheel al roerend op
zacht vuur tot de suiker is opgelost
en het mengsel taai is.
Leg het mengsel op een ingevette
bakplaat en snijd er lange repen
van. Snijd de repen vervolgens in
kleine blokjes en laat deze hard
worden'.
Volgens Andreas en Marieke Spin-
rath smaken de Zeeuwse babbelaars
naar karamel.