Gezondheid Kracht opdoen bij kanker Maandag 25 mei 2009 [13 Tussen de anderen die bij fy- siopraktijk Spectrum Leeuwarden aan hun con ditie werken, vallen ze niet op. Elly Kruimer (58) fietst op de hometrainer haar vermoeid heid weg na een ingrijpende borst- kankerbehandeling. Jetze Visser (47) loopt in stevige pas op een band. Dat hij na een operatie wegens kanker een stoma heeft, is niet te zien. Niet alleen de vermoeidheid gaan ze te lijf door flink in beweging te blij ven. De training geeft hen ook more le kracht overeind te blijven na de on heilstijding dat ze aan kanker lijden. „Het is belangrijk niet stil te gaan zit ten", zegt Visser. Kruimer: „Het geeft je de moed om door te gaan." Oncologen zeggen dat ernstige ver moeidheid de meest voorkomende bijwerking is van kanker, nu allerlei andere verschijn selen door betere behandelingen zijn teruggedron gen. Beweging kan die vermoeidheid bestrijden. Daar om moeten patiënten na hun behandeling gaan lo pen en fietsen. Wie te horen krijgt dat hij kanker heeft, kan het beste zo snel mogelijk aan zijn lichamelijke conditie gaan werken. Dat geeft kracht voor de behandelingen en bestrijdt de vermoeidheid. door Chiel Evers Fysiotherapeut Aad van der Windt ziet toe op de arbeid van Elly Kruimer op de hometrainer en Jet- Visser op de loopband. foto Niels Westra/CPD De effecten laten meten Fysiotherapeut Aad van der Windt is ervan overtuigd dat patiënten beter nog veel eerder met training kunnen beginnen: „Zodra je de diagnose kan ker te horen krijgt. Hoe sterker je het zware proces van opereren, bestra ling en chemotherapie ingaat, hoe be ter het is." Je moet natuurlijk niet overdrijven als je lijf al veel klappen te verwerken krijgt. Van der Windt en zijn collega Marlies Arkema passen het bewe gingsprogramma aan de lichamelijke toestand van hun cliënt aan. Maar zelfs een lichte training geeft al meer energie om de ziekte te lijf te gaan. Arkema: „Er was een vrouw die na de training telkens vol power naar de chemobehandeling ging." Elly Kruimer is ook zo iemand die van de training moed kreeg door te gaan. Nadat bij haar borstkanker was vastgesteld, duurde het eindeloos voordat de artsen tot een opera tie wilden overgaan. „Ik heb zo veel stampei ge maakt, dat ik bijna het ziekenhuis ben uitgezet. Het is onbegrijpelijk dat ze je maar laten aanmodderen. Al leen door te sporten, kon ik mijn frustratie een beetje kwijt." Behalve om af te reageren, was de training ook nuttig om zo sterk mogelijk de akelige periode van twee ope raties, chemokuren en bestralingen door te komen. Wat niet wegneemt dat ze door diepe dalen is ge gaan. „Na iedere chemobehandeling was ik weer te rug bij af. Moest ik het weer heel langzaam opbou wen." Sterker nog: na elke chemo leek het dal wel die per te worden en werd de herstelperiode langer. „Het is dan zaak niet te veel te willen. Maar het is alleen al goed dat je leert je weinige energie zo goed mogelijk te verdelen. Je kunt je zo beroerd voelen door die be handelingen, dan ben je geneigd in bed te gaan lig gen. Dan moet je jezelf bij je nekvel pakken en zeg gen: ik ga toch naar de training, niet kinderachtig doen. Dan kun je jezelf ik elk geval niet verwijten dat je er niets aan hebt gedaan." Positief denken is belangrijk, vindt ook Jetze Visser. De rij-instructeur deed nooit aan sport voordat er een tumor aan de sluitspier werd geconstateerd. Na dertig bestralingen in zes weken was hij zo moe, dat hij de trap niet meer op kwam. Een kennis nam hem mee naar de fysiotherapeut. „Je begint met wat je kunt, bouwt het langzaam op en op een gegeven mo ment ben je zo ver dat je de trap weer op komt." Toen kwam de volgende klap: de kwaadaardige tu mor had zich niet laten verjagen. Twee operaties volg den, waarbij niet alleen de sluitspier, maar ook de anusbuis werd verwijderd en Visser een permanente stoma kreeg. Voor de operaties heeft hij fors getraind om zijn lichaam zo sterk mogelijk te maken. Daarna heeft hij heel voorzichtig de draad weer opgepakt. Op een ho metrainer zitten, is er niet bij en de buikspieren mo gen alleen heel licht worden belast. „Ie beseft niet half hoeveel je met je buikspieren doet", zegt hij. Inmiddels is hij twee keer per week een uur in de weer op de loopband en de crosstrainer. Hij voelt hoe belangrijk het is in beweging te zijn. „Je moet niet gaan stilzitten thuis." Reageren? gezondheid@wegener.nl Psychologisch gezien is het volgens de therapeuten Aad van der Windt en Marlies Arkema belangrijk dat de lichamelijke training voor kankerpatiënten niet in het ziekenhuis is, maar in een gewone praktijk, te midden van gezonde mensen die aan hun conditie werken. „We zoeken nog wel naar de optimale leng te van een programma. Die ligt waarschijnlijk tussen drie en zes maanden", zegt Van der Windt, die van de begeleiding van oncologiepatiënten een specialisme in zijn praktijk heeft gemaakt. Zorgverzekeraars mogen wat hem betreft wel scheutiger zijn met vergoedingen. „Ze moeten zich reali seren dat de zorgconsumptie afneemt als mensen met kanker vroeg met lichamelijke training beginnen. Het herstel gaat sneller en er is minder chronische vermoeidheid achteraf." Van der Windt is met wetenschappers in gesprek om de effecten van zijn aanpak (Onco-Active) te me ten. Dat die positief zijn, staat voor hem als een paal boven water. „We geven mensen vechtlust mee." O Overleg eerst met uw arts of fysiotherapeut wanneer u zelf aan uw lichamelijke conditie wilt gaan werken.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2009 | | pagina 13