Roerloos meegenieten
van de verleidingsscène
Ongebreidelde passie"
voor de zeenaaktslak
10 I Zaterdag 16 mei 2009 PZC
Duikbioloog Peter van Bragt:
Nederlands duikmekka Oos-
terschelde ernstig bedreigd.
Peter van Bragt heeft de ont
dekking van acht Nederland
se zeenaaktslakken op zijn
naam staan. Zijn eindeloze passie
voor het diertje heeft ertoe geleid
dat de 53-jarige duikbioloog uit
Breda de geestelijk vader is van na
men als de paarse waaierslak, de
millennium wratslak, de trage
kroonslak en de gezwollen knup
pelslak. Namen die deels door de
familie zijn bepaald maar de rest is
aan de fantasie van diens ontdek
ker ontsproten. „Het zijn enorm
fascinerende beesten. In kleur,
vorm en gedrag. In dynamiek van
verspreiding, in soorten rijkdom.
En ze zijn erg fotogeniek. Kortom,
gewoon prachtig."
Nederland telt sinds de ontdekkin
gen van Van Bragt 51 verschillende
zeenaaktslakken, wereldwijd zijn
er 2.500 getraceerd. Voor de duik
bioloog is de Oosterschelde een ha
bitat om van te smullen. Hij aan
schouwt de drukte rond de sepia's
met een glimlach maar ook met ge
mengde gevoelens. „Het feno
meen doet zich ieder jaar voor, het
is de hoofdprijs voor veel duikers.
Op sommige plaatsen is het echt
gierend druk. Maar de beesten heb
ben er geen last van, het paringsri
tueel gaat gewoon door. De dui
kers zijn door de getijden ook
maar korte tijd in het water, voor
de rest is het dus rustig. Maar het
geeft onmiskenbaar wel wat druk
op de natuur. Vergelijk het met
een druk bewandeld pad in het
bos. Maar voor al die drukte krij
gen we ook wat terug: het geeft
grote waardering voor de onderwa-
'Meer dan 90 procent van
de zeedieren in de
Oosterschelde is exoot'
terwereld en dat draagt bij aan het
begrip en de kennis voor het be
houd ervan."
Want dat is iets waar Van Bragt
zich echt zorgen om maakt. „Hoe
leuk en spannend net voor de
sportduikers ook is dat de biodiver
siteit door alle introducties van de
zuidelijke soorten en de verande
ring van het klimaat toeneemt, het
is een ramp voor de autochtone
dieren en planten. Omdat de oor
spronkelijke habitat verdwijnt."
De bioloog noemt de onstuitbaar
woekerende Japanse oester in de
Zeeuwse wateren als klassiek voor
beeld. „Een ware plaag. Er zijn
enorme riffen Japanse oesters in
de Oosterschelde waardoor bij
voorbeeld mosselbanken worden
verdrongen. Meer dan 90 procent
van de zeedieren in de Oosterschel
de is inmiddels exoot. Een zorg
wekkende ontwikkeling."
Andere bedreigingen van de na
tuur in de Oosterschelde, één van
de beschermde natura 2000-gebie-
den, drijven Van Bragt bijkans tot
wanhoop: de hangcultures van de
mosselboeren en het vernieuwen
van de dijken door er onder ande
re een gietasfaltlaag op aan te
brengen. „Door die dijken als snel
wegen te bekleden met glad en
toxisch materiaal vernietig je het
bestaande ecotype totaal. En ooit
wel eens gezien wat de mossel-
hangcultures aanrichten? De bo
dem verstikt totaal, de mosselen
poepen alles vol, dat gaat rotten
en het wordt dooie prut. Er groeit
helemaal niets meer. Dat kan en
moet toch echt anders. Dit is het
vervelende aan de onderwaterwe
reld: je ziet het niet en het is ontoe
gankelijk dus spreekt het minder.
Het is illustratief dat er op de de ro
de lijst van ernstig bedreigde orga
nismen niet één ongewerveld on
derwaterdier voorkomt."
Duiken moet je ervaren. Ver
slaggever Marcel Modde
dook en vond de sepia.
door Marcel Modde
Een doodgewone doordeweek
se dag, halverwege de och
tend. Een flets zonnetje bij
een stevige oostelijke wind. Dus
hebben we mooi het rijk alleen,
had ik samen met m'n duikmaatje
Jan-Willem Prince zo bedacht. Bij
het oprijden van de parkeerplaats
onder de Zeelandbrug kan die illu
sie gelijk overboord. Met een beet
je wurmen vind ik nog wel een
hoekje in de luwte, maar moeten
we onze vrijheid delen met snel ge
teld 70 andere liefhebbers - hoofd
zakelijk Belgen - van het Zeeuwse
onderwaterleven.
De populariteit van het duiken in
de Oosterschelde en het Grevelin-
genmeer groeit al jaren. Sinds de
zoute toevoer tot het Veerse Meer
is gerealiseerd en de waterkwali
teit daar zienderogen verbetert,
wint ook die locatie aan aantrek
kingskracht. Na een time-out van
een jaar, was de hernieuwde ken
nismaking met de Divers Delta
voor mij deze maand weer van on
gekend niveau. Zonder twijfel: de
Middellandse Zee is blauwer, het
zicht in de Egeïsche zee vele ma
len beter en de Rode Zee vol tropi
sche kleurenpracht, maar geen
duik is avontuurlijker dan in het
Zeeuwse. Hier valt simpelweg veel
meer te ontdekken, is amateur-bio
loog Theus Hollem, die een auto
verderop staat, het ogenblikkelijk
met ons eens. De Zierikzeeënaar
heeft zestien jaar duikervaring met
gemiddeld 125 duiken per jaar. „Ik
ben zo zachtjes aan de hele wereld
wel over geweest."
Eén van die tripjes ging naar zuid
oost Sulawesi. In totaal schreef
Hollem daar 390 duiken bij in zijn
logboek. Onvergetelijk, maar toch:
„Ik was 's maandags terug en
woensdag lag ik al weer onder de
Zeelandbrug. Het buitenland is
mooi, maar je mist het ontdekele-
ment. Net zag ik bijvoorbeeld nog
een luciferslakje! Als je er een beet
je oog voor hebt, kom je op een ge
middelde Oosterscheldeduik toch
wel vijftig diersoorten tegen. Met
een topduik zelfs zeventig."
Maar in mei is er voor de jonge
snotolf, donderpad, heremiet
kreeft en wulk slechts een bijrolle
tje weggelegd. Een plots in de 'erw
tensoep' (zicht bij opkomend
hoog water dit keer maximaal
twee meter) opdoemend rotsblok
begroeid met hagelwitte anemo
nen vangt nog even onze speciale
aandacht. Het lijkt alsof het ge
sneeuwd heeft, terwijl mijn duik-
computer op negen meter diepte
toch echt 14 graden Celsius aan
geeft. Desondanks, in deze perio
de draait het vooral toch om de se
pia's. Na krap 15 minuten zoeken,
zien we een eerste exemplaar bo
ven één van de met takkenbossen
(door duikers) gebouwde kraamka
mers zweven. Ook hij speurt de
Oosterscheldebodem af naar een
vrouwtje. Een stief kwartier en de
eerste brugpijler voorbij, stuiten
we op een koppel. Hij tast teder
met zijn tien armen naar het klei
nere vrouwtje. Zij laat het hoofd
Twee sepia's hebben elkaar gevon
den. foto David lliff
niet zomaar op hol brengen door
het gedweep en het diepzwartge-
streepte paaikleed. Roerloos mo
gen we meegenieten van de verlei
dingsscène. Na een poosje gunnen
we hen weer hun privacy. Langs
een wand vol neteldiertjes en veel
kleurig wier kabbelen we rustig
weer terug naar de wateropper
vlakte.
Boven laat lan-Willem nog even
op zich wachten. Hij volgt met
zijn filmcamera een grote, dikke
kreeft. Een bezorgde duikbegelei-
der op de kant ziet mij zoeken en
informeert in gebarentaal of alles
oké is. Ik bevestig zijn signaal.
Meer dan oké! Duik nummer drie
dit jaar gaat mee naar de persoon
lijke schatkamer.
Videobeelden van de duik van
Marcel Modde zijn te zien op
www.pzc.nl/video