9
in Burghsluis
Beoordeling
www.pzc.nl/uit
PZC'ers oordelen over Zeeuwse restaurants
Lezers gaan mee uit
eten met de krant
het is tijd voorpastinaak
www.pzc.nl/uiteten
PZC Donderdag 9 april 2009 1 5
In Eten doen de
PZC-redacteuren Edith
Ramakers en Nadia
Berkelder beurtelings
verslag van een bezoek
aan Zeeuwse
eetgelegenheden.
Prijs-kwaliteit:
Entourage:
Bediening:
Horen, zien en ruiken: een plek aan
het haventjes waar altijd iets te bele
ven is. Na het seizoen gaan ze verbou
wen om ook aangenaam te kunnen
zitten in de koude winter.
Conclusie: Jammer dat we voor een
karaf water 1 euro moesten betalen.
Bij 't Oliegeultje krijg je eten dat je
verwacht van een no nonsense zaak.
Subtiel koken zou hier detoneren.
In een recensie lazen we dat
't Oliegeultje in Burghsluis
een goedbewaard geheim
is. Dat is een aansprekende
beschrijving. De eetgelegenheid
ligt vast op een-mooie plek, die
nog onontdekt is. Dat eerste is
helemaal waar, maar de
mond-tot-mond-reclame heeft
zijn werk gedaan. Het was deze
zaterdagavond aangenaam vol
en volgens uitbater John Schip- -
per is dit nog maar het voorspel.
„In de zomer is het een komen
en gaan van mensen."
Als je voor de eerste keer bij 't Olie-
geultje aankomt, dan overvalt je
een soort einde-van-de-wereld-ge-
voel, of voor watersportliefhebbers
misschien juist wel het begin van
een mooie vaartocht. Het is een fo
togenieke plek, maritiem, onver
valst, ruw, alsof de tijd heeft stilge
staan. In de zomer legt de MS On
rust regelmatig aan voor een tocht
naar Colijnsplaat en Zierfkzee, als
onderdeel van het Zeeuwse Rond
je met een pondje.
Het restaurant is genoemd naar
het geultje in de Oosterschelde.
De inrichting is precies zoals je ver
wacht, authentiek en doelmatig.
Het is de kantine van Watersport
vereniging Burghsluis. Een groot
vissersnet is aan het plafond opge
hangen, een stuurwiel is omge
vormd tot een lamp en een enor
me toog springt in het oog. Daar
aan staan enkele vissers. Het zijn
overduidelijk vaste gasten en mis-
schien hebben ze net vis afgele
verd.
Er staat volop vis op de kaart. De
slibtongetjes zijn vermaard vol
gens het gastenboek, maar ik pro
beer het weekmenu (14,25 euro),
dat deze keer bestaat uit gebonden
vissoep, een snoekbaars en koffie
na. De kok heeft surimi (imitatie-
krab) aan de vissoep toegevoegd.
Dat is wat ons betreft
overbodig, maar doet
gelukkig niets af aan
de smaak. De soep is
gewoon lekker. Het an
dere voorgerecht, 'gam
ba al a gillo' (8,95 eu
ro), is wat flauw van smaak, on
danks de overvloed aan knoflook.
De gamba's hadden iets korter ver
hit moeten worden. Het brood
schaaltje is goed gevarieerd met
stokbrood, licht en donkerbruin
brood.
Op de snoekbaars is niets aan te
merken. De dikke moot is zachtjes
gegaard en elastisch van structuur
gebleven. Gelukkig ligt de vis niet
in een sausje en proefje vis. Het is
een eerlijk gerecht, dat je hier ook
verwacht aan te treffen. De bijge
rechten zijn simpel, zoals sla, ge
bakken aardappeltjes, frites en
mayonaise.
Bij de koffie krijgen we nog een
gratis honing-rum digestief geser
veerd. Het is logisch dat 't Oliegeul
tje geen geheim meer is.
't Oliegeultje, Havenplateau 1,
4328 NT Burghsluis op
Schouwen-Duiveland, 0111-652875,
keuken elke dag geopend vanaf
lunchtijd tot 21.00 uur.
Medio maart stond de oproep
in de krant om mee uit eten te
gaan met Edith Ramakers, re
censente van restaurants. Bijna
50 lezers hebben hun favoriete
restaurant doorgegeven. De tips
worden zorgvuldig bewaard.
De motivering van de keuze
van twee lezers sprong eruit.
De een woont in de gemeente
Sluis, de ander in Middelburg.
Binnenkort leest u of de recen
sente en haar tafelgenoten het
eens zijn over onder andere de
kwaliteit van de keuken.
Wat oogsten de boeren?
In deze rubriek elke week
een nadere kennismaking
met seizoensgroenten.
tekst Ondine van der Vleuten
foto Mechteld Jansen
We zouden het bijna ver
geten, met dat lente
weer, maar er komt nog
steeds niets van 'de koude grond'.
De tomaten, de sla, de bloemkolen
en de prei: ze groeien allemaal in
verwarmde kassen of worden van
ver ingevlogen. Zo'n halve eeuw
geleden moest je het in het vroege
voorjaar met bewaargroenten
doen, als je geen inleg of weck-
groenten had. Een bijna vergeten
bewaargroente is de pastinaak. Pas-
tinaken werden na de oogst op ho
pen gegooid, bedekt met aarde en
met stro. Kwam er vorst, dan ging
er nóg een laag aarde overheen, en
nóg eens stro. Heel arbeidsinten
sief, vertelt biologische boer Alex
van Hootegem uit Kruiningen. Als
hij dat tegenwoordig nog zou
doen, zouden de pastinaken in de
winkel twee keer zo duur zijn als
nu. Ook bioboeren gebruiken dus
koelcellen. Maar die gebruiken
energie. Om dat milieu-bezwaar te
compenseren, wordt in de biologi
sche landbouw gepraat over brede
re toepassing van zonne-energie,
op bijvoorbeeld schuren.
In januari oogstte Van Hootegem
de laatste pastinaken van de twee
hectare die hij staan had. Alles is
naar Van Marcke Chips in Kapelle
gegaan. „Ze zitten nu als chips in
een zakje, samen met chips van
kroten en wortelen."
Van Hootegem eet zelf graag pasti
naak in combinatie met aardappe
len en knolselderij, gekookt en
dan gepureerd. Heel smakelijk.
Deze witte wortelen waren in de
16e eeuw, toen de aardappel nog
niet geïntroduceerd was, in Euro
pa volksvoedsel. Tegenwoordig ma
ken we hutspot met aardappelen;
in de oorspronkelijke hutspot, zo
als die bij het Leidens ontzet
(1574) gegeten werd, zaten pastina
ken. De wees Cornelis Joppensz.
zou in het Spaanse kampement
een pot hutspot gevonden heb
ben, bereid met 'pinksternakelen'.
Leidse hutspot (uit 1574)
Neemt schapen- ofkalfsvleesch,
wascht het schoon en hackt het fijn
en doet daergroen kruyt en pinkster
nakelen' (witte wortelen of gestoof
de pruymen ende sap van limoenen,
oft orangen oft mengte samen, ende
stelse op ët vier en laet se sieden en
deot er gingember en sucer toe en
ghy suit eenen schoonen hutspot be-
reyden.