jêm 20HAKi 0 Van de stad naar zo'n boerengat... ...waar je nog echt kind kunt zijn... Zeeuwse jongeren hebben een eigen identiteit Laura de Hoogt (16) woont bijna drie jaar in Colijnsplaat. Celine Sprenger (18) ging van Nieuwerkerk naar Soerendonk. II II fëymgfKaVïWhu Kom naar het PZC-jeugddebat. Woensdagmiddag 18 maart bij Zeelandnet in Kamperland. Aanmelden: debatippzc.nl www.pzc.nl/jeugddebat Video met reacties op deze stelling op www.pzc.nl/jeugddebat PZC Donderdag 12 maart 2009 29 Het jeugddebat van de PZC kan live gevolgd worden via de websites van de PZC (www.pzc.nl/jeugddebat) en Zeelandnet. Het debat begint woensdag 18 maart om 14.00 uur en duurt tot circa 16.15 uur en wordt in de studio van Zeelandnet in Kamperland gehouden. Panelleden zijn: George van Heukelom (gedeputeerde jeugdzaken), Silvan Licher, (lid van de Zeeuwse jongerendenktank), Bas Remijn (leraar van het jaar), Stefan de Kroon, bassist van Racoon. Aanmelden voor het debat via debat@pzc.nl. De eerste klassen hebben zich aangemeld voor deelname aan het debat. De krant laat bussen rijden. Voor meer informatie bel: 0118-434005. door Ondine van der Vleuten De verhuizing van de Randstad naar Zeeland was niet bepaald van harte, maar als Laura de Hoogt nu moest kiezen, zou ze niet meer direct voor een terug keer kiezen. „Ik ben geboren in Utrecht. Daar heb ik tot mijn negende gewoond. In een rijtjeshuis, in een voor Randstadbegrippen nette wijk: Zuilen. Je had er leuke winkeltjes in de buurt van mijn school, bij ons in de straat was een speeltuin, je had een park waar je vissen kon voeren en waar geitjes rondliepen. Het was een gezellige buurt, ik ken de er veel mensen en had veel vriendinnen. Toen ik negen was, verhuisden we naar Maarssen. 1\vee keer zo groot als Goes, zeg maar, dus echt klein kun je het niet noemen, maar ik was Utrecht gewend en dat is ruim tien keer zo groot als Goes. Maarssen was een kwartiertje fiet sen van Utrecht. Dat bleek te ver weg te zijn om de contacten met mijn vriendinnen te onderhou den. Een paar jaar geleden kreeg mijn moeder een nieuwe vriend en die had een huisje in Kortgene. Zo leerde ze Zeeland kennen. Toen ze een keer in Colijnsplaat kwam, was mijn moeder verkocht. Ze besloot naar Zeeland te verhui- zen. Toen ik dat hoorde, dat we naar Zeeland gingen, was mijn eer ste reactie: ik wil niet! Ik heb wat afgevloekt. Vanuit de stad naar zo'n boerengat! Ja, zo zag ik dat. Uiteindelijk ben ik toch meege gaan. Kicking and screaming, dat wel. Nu wonen we dus in Colijnsplaat. 'Hier werd ik met open armen ontvangen, en zo lief, of ze me al jaren kenden' Deze zomer drie jaar. Er is haast niks te doen in Colijnsplaat. 's Zo mers zijn er toeristen, dan is het ca feetje open, maar winter op Colijn - dat is echt niks. Dan moet je er zelf wat van maken. Ergens zitten op een voetbalveld. Vervoer is een probleem, alles is ver weg. Natuur? ...vind ik niet zo interessant, eigen lijk. Ja, het strand, dat is lekker, om even tot rust te komen, lekker alleen. Dat had je in Utrecht niet. Qua drank en drugs, qua gezond opgroeien, zie ik niet veel verschil. Als ik ergens aan zou willen ko men - geen enkel probleem. Er Laura de Hoogt, havo-leerlinge op het Goese Lyceum, werd na haar verhuizing van Utrecht naar Colijnsplaat getroffen door de hartelijkheid van de mensen in Zeeland. foto Willem Mieras zijn verschillen, maar daar zit het hem niet in. Wel in sfeer. School was echt een wereld van verschil. In Utrecht had je groepjes en was het harder, agressiever. Gelijk een grote bek geven, als iets je niet be valt. Hier werd ik met open armen ontvangen, en zo lief, alsof ze me al jaren kenden. Ik mocht ze met een. Je ontmoet hier makkelijker mensen. Ik mis familie en mijn vriendinnen van- daar nog steeds. Maar ik heb hier nu ook fijne vriendinnen en ik besef dat het een kwestie van tijd is voor wij ook zo close worden. Ik ben heel blij met wat ik hier heb. Als je me vroeger gevraagd had: wil je terug naar Utrecht, had ik direct ja ge zegd. Als ik nu zou moeten kie zen, zou ik het niet meer weten." door Ondine van der Vleuten Celine Sprenger (tweede jaar Hogere Hotelschool in Maastricht) ging toen ze ne gen was van Zeeland naar Bra bant. „Mijn vader is geboren in het Lim burgse Brunssum en mijn moeder in België. Hoewel mijn ouders dus niet Zeeuws zijn, heb ik wel veel familie in en rond Terneuzen en ik ben er zelf ook geboren. Toen ik twee was, verhuisden we naar Nieuwerkerk. Tot mijn negende woonde ik daar in een monumentenpand in de Hoge Kerkstraat. Ik herinner me dat mijn vader wees: kijk, tot daar kwam het water. Ik heb heel mooie herinneringen aan Nieuwer kerk, aan Zeeland. Aan de stilte, de open vlaktes, de rust, de zee. Mijn beste vriendin woonde op een boerderij, met grote velden erom heen en schapen. We speelden spelletjes op het land, we spron gen slootjes, probeerden kippen te vangen. Fijne herinneringen zijn dat. Toen ik negen was, vertelde mijn vader me dat we gingen verhui zen. Dat vond ik heel erg. Het was voor de overgang naar groep zeven en ik had een grote vriendengroep Celine Sprenger verruilde de open vlaktes van Zeeland voor de bossen van Brabant. Zeeland blijft de plek waar ze een geweldige jeugd beleefde. foto Annemiek Mommers opgebouwd. Ik begon net te besef fen wat vriendschap betekent. Te gelijkertijd vond ik het spannend. Ik hield wel van avontuur en nieu we dingen. Het huis in Soerendonk was groot, er was een grote tuin, er waren bo men. Op die open vlaktes van Zee land had je altijd die koude wind. In Brabant was de beschutting van bos, alles was groen, ik vond het heel romantisch en rustgevend. Dat heeft me verzoend met Bra bant. Toch heb ik de zee heel erg gemist. We hebben mijn nieuwe kamer ingericht met zee-behang en zee-gordijnen en overal in de kamer lagen schelpjes, haaientand- jes en zeesterren. Wat je meestal hoort over de Zeeuwen is dat ze vrij stug zijn, qua karakter. Dat ze mensen niet zo snel toelaten. Ik denk dat dat misschien wel waar is, maar als je eenmaal echt be vriend bent met een Zeeuw, is het ook voor honderd procent. En het zal in het begin misschien wat moeilijker zijn, maar daarna is de vriendschap ook blijvend. Braban ders staan juist weer bekend als open, vriendelijk, vrolijk, allemans vrienden. Mijn ervaring is dat ze toch vooral gericht zijn op de fami lie en de mensen die ze van oudsher kennen. Dat merkte ik goed omdat ik in een klein dorp te rechtkwam. Iedereen was familie van elkaar. Ik herinner me de ont vangst wel als hartelijk, open en vriendelijk, het voelde alsof je di- 'Zeeland is ideaal voor een kind - tot je een jaar of dertien bent, denk ik' reet voor honderd procent geaccep teerd werd. Maar je ziet dat er toch verschil is: familie komt altijd op de eerste plaats. Ik denk met liefde terug aan Zee land. Ieder kind verdient een jeugd in Zeeland. Om vrijheid te hebben, open land, echt kind te kunnen zijn. Zeeland is ideaal voor kinderen - tot je een jaar of dertien bent, denk ik. Als je ouder bent ga je de grote koopcentra mis sen, de grotere uitgaansvoorzienin- gen, denk ik. Dan gaat het gebrek aan openbaar vervoer spelen. Als mijn ouders in Zeeland zouden wonen, zou het toch heel moeilijk zijn om er te komen, vanuit Maas tricht."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2009 | | pagina 31