spectrum 8
Furbo offesso?
PZC
Zaterdag 21 februari 2009
STANDPLAATS
door
Eelco van der Linden
Bestaat de volksaard? Na een flink
aantal Italiaanse jaren moet ik toe
geven dat ongeveer alle vooroor
delen en clichés kloppen. Italia
nen zijn cynisch, conservatief, opportunis
tisch en voorzichtig. Ze hechten meer aan
vorm dan aan inhoud en ze leven met de
dag, waardoor ze lichter door het leven lij
ken te gaan en meer genieten dan wij.
Maar waarschijnlijk het allerbelangrijkste:
er is alleen oog voor het collectief als het
wat oplevert voor het individu: familie en
vrienden blijven de beste garantie voor het
overleven in een boze buitenwereld. Boos,
omdat iedereen weet dat de ander net zo
op zijn 'clan' vertrouwt en ook niets op
heeft met dat collectief.
Het is een oeroude, hardnekkige vi
cieuze cirkel en leidt tot misverstan
den. Een marketingbureau onder
zocht laatst voor een workshop van
de Nederlandse ambassade hoe Ne
derlanders en Italianen zichzelf zien
bij het zakendoen. De Italianen zien
zichzelf in de eerste plaats als intelli
gent. Dat leidde tot gegniffel, want
het lijkt, zeker in Nederlandse
doe-maar-gewoon-ogen, behoorlijk
pretentieus. Het klopt ook niet, want
wat de Italianen werkelijk bedoelen,
is dat ze 'furbo' zijn, ofwel slim en
sluw, de eigenschappen die je nodig
hebt om overeind te blijven in die
boze wereld en te slagen in het le
ven. Wie zich dat niet realiseert, is
een 'fesso', een stommeling.
Erg positiefis dat natuurlijk niet, ook
omdat in het verlengde daarvan ligt
dat je vindt dat niemand te vertrou
wen is: mensen zijn slecht en er moe
ten dus constant 'oorlogjes' worden
gevoerd. Maar het wordt er van
jongs af aan met de paplepel ingegoten,
ook op school. Dus ben ik bezorgd, want
onze bijna 7-jarige Max is bezig een Ita-
liaantje te worden. Hij is aan zijn derde
jaar Italië begonnen en zit in de eerste klas
van de lagere (dorps)school, die, eerlijk is
eerlijk, in Italië bovengemiddeld goed is.
Ook al wil Berlusconi ook hier het mes in
zetten, in de hoop dat het privé-onderwijs
nog populairder wordt.
Ik merk dat Max verandert en we vechten
thuis over wat ik Italiaanse intelligente
trekjes vind. Niets ernstigs - leugentjes,
geen verantwoordelijkheid willen nemen -
maar toch. Ondertussen stel ik me natuur
lijk ook de vraag of het niet dom is hem
Noord-Europees tegengas te geven. Want
wil hij het in Italië redden, dan moet hij
slim zijn, durven bluffen en de waarheid
beschouwen als een optie. Dat klinkt on
aardig, maar ik zie het elke dag om me
heen, op elk niveau.
Laatst zei ik in een beetje pathetische op
welling tegen Max: „Wat leuk zeg, jij
groeit op met Barack Obama." Meteen
daarna moest ik eraan toevoegen dat hij in
Italië zal opgroeien met Silvio Berlusconi,
de rijkste, maar vooral ook 'intelligentste'
man van het land. Geen ander die zo zijn
eigen belangen weet te volgen en alle mid
delen durft te gebruiken om te overleven
in de boze Italiaanse wergld, waarvan hij
dan ook nu de baas is.
Berlusconi, jè zou het vergeten, zet al vijf
tien jaar de politieke en vooral ook culture
le toon in Italië. Hij heeft nog grote plan
nen met het land en wil zichzelf straks
voor zeven jaar op de presidentiële troon
katapulteren. Wat voor de 73-jarige bete
kent: eindeloze roem, sterven in het ko
ninklijke harnas.
Ik krijg de neiging Max te herinneren aan
Afrika, waar hij is geboren en waar oude
mannen tot aan de dood aan de macht blij
ven uit angst voor processen en omdat ze
te grote ego's hebben. Ik denk aan Zimbab
we en Mugabe.
Maar misschien is het beter te zwijgen.
De gierkar van He Zhang. In het dorp is verder nauwelijks enkele bedrijvigheid.
Zhang Song Yin heeft het zwaar, zegt hij. Jarenlang verdiende de
30-jarige Chinees een inkomen in de stad om zijn vrouw en
dochter op het platteland te onderhouden. Die niet eens zo
gouden tijden zijn voorbij. En het wordt voorlopig niet beter.
Zhengzhou is geen mooie
stad. Obsceen lelijk is
een betere omschrijving.
De hoofdstad van de
Centraal-Chinese provin
cie Henan heeft een ge
schiedenis van 3.600
jaar, maar daar is niets van over. Zheng
zhou is vandaag de dag een verzameling
betonnen gebouwen, vaak half vervallen.
Daartussen lopen grauwe straten, waarop
het verkeer muurvast staat.
Treurig middelpunt van deze stad van 7,5
miljoen mensen is een 63 meter hoog ge
bouw uit de jaren zeventig, dat nog het
meest weg heeft van een reclamezuil die
zijn best doet niet op te vallen. Het blijkt
een pagode.
Net buiten het centrum hebben bulldozers
de oude buurten omgeschoffeld. Het puin
is nooit opgeruimd. Bouwvakkers die iets
nieuws kunnen neerzetten, zijn in geen
velden of wegen te bekennen. Ooit is
Zhengzhou gebombardeerd tot 'Groen
Voorbeeld van China'. Dat moet een cyni
sche grap geweest zijn, want de lucht is
hier akelig vuil en er is nauwelijks een
boom te zien.
Toch is dit de plaats waar Zhang Song Yin
(30) het liefst weer zou willen zijn. In de
stad zijn tenminste wc's. Er stroomt water
uit de kraan. Er gebeuren dingen. En het
verkeer mag er vast staan, het staat wel
vast op verharde wegen, zonder kuilen.
„Kijk om je heen", zegt hij voor zijn huis
in het dorp He Zhang. „Hoe lang zou jij
door Remko Tanis
foto's Frans Schellekens/GPD
het hier volhouden? Er zijn geen voorzie
ningen, geen banen, geen geld. Bijna ieder
een die hier woont, wil weg."
In dorpen als He Zhang is te zien waarom
China nog altijd een ontwikkelingsland is.
Hier zijn nauwelijks auto's te vinden, wie
zich al iets gemotoriseerds kan veroorlo
ven, rijdt op een scooter.
Ook riolering ontbreekt. Beerputten achter
de huizen worden leeggehaald door een
oude man. Hij duwt een boomstam op
twee wielen, waaraan drie emmers han
gen, over de zandwegen. Met een stok laat
de man de emmers in de putten zakken.
In een drooggevallen greppel, pal naast de
begraafplaats van het gehucht, wordt afval
gedumpt. De strontschepper en twee man
nen die met een kleine trekker een gier
tank naar het land rijden, zijn deze doorde
weekse middag de enige hardwerkende in
woners van het dorpje. Verder is er nog
een hoogbejaard echtpaar, dat gehurkt een
hekje van takken rond zijn moestuintje
vlecht. De andere inwoners hangen voor
namelijk rond. Slapen, wachten tot het tijd
is om weer te eten, zitten op straat te kij
ken wat de kleinkinderen doen. Veel van
hun eigen kinderen hebben tegen beter
weten in het dorp verlaten, in de hoop
werk te vinden in de stad. Ondanks de
massaontslagen daar.
De families van He Zhang zijn voor hun
inkomen grotendeels afhankelijk van de
arbeidsmigranten, die vanuit de stad een
deel van hun salaris naar huis stuurden.
Song Yin was 16, toen hij voor het eerst