Een buizerd in de mist
Geersdijk ligt
zuidelijker dan het
vroegere dorp
looi
Ik zag de vogel toen ik nog zo'n dertig meter bij hem
vandaan was. Een grote bruine roofvogel, die in de lin
kerberm bezig was een prooi te plukken. Het wegje is
veel te smal om te draaien en daarom reed ik met een
rustig gangetje door. De buizerd bleef zowaar bezig met
zijn prooi, terwijl ik hem op minder dan vijf meter passeer
de. Ik hield mijn hoofd doodstil en keek recht vooruit ter
wijl ik de vogel voorbij reed. Twintig meter verderop was
een dammetje aan de linkerkant en daar reed ik de Prius
op, ondertussen het linker raampje openend. Maar helaas,
de mist nam zo snel toe dat de buizerd nauwelijks zichtbaar
was, laat staan dat er een fatsoenlijke foto te maken was.
Ik reed naar het einde van het weggetje om de auto te ke
ren. Ik zou proberen om de buizerd door het rechter por
tierraampje te fotograferen. Ik stopte op een meter of
twaalf en de buizerd keek verstoord op. Met zijn prooi in
zijn poten vloog de vogel op, maar vijftien meter links van
me streek hij weer neer in het weiland. Zijn prooi was een
waterhoen, en dat is voor een buizerd natuurlijk een te zwa
re prooi om ver mee te vliegen. Mijn ultieme fotomoment
leek gekomen. Maar helaas, weer gooide de nog steeds verer
gerende mist roet in het eten. Ik kon alleen een vaag plaatje
maken. Wel sfeervol, maar toch....
Ik was al van plan om hevig balend naar huis te rijden,
toen ik me afvroeg: waarom zou ik niet proberen de bui
zerd nog dichter te naderen? Uit ervaring wist ik dat de vo
gel vrijwel zeker zou opvliegen op het moment dat ik mijn
portier opende. Ik moest dan over het damhek klimmen en
het was al helemaal onwaarschijnlijk dat de vogel dan zou
blijven zitten. Toch besloot ik de stoute schoenen aan te
trekken en een poging te wagen.
Toen ik uitstapte keek de vogel niet op of om. Ziezo.... de
eerste hobbel was genomen. Toen ik óver het hek klom
keek de vogel even verstoord op, maar al snel concentreerde
hij zich weer op zijn ontbijt. Ik schuifelde door tot op een
meter of acht en hurkte neer om een foto te maken. Ik had
de camera op een éénpootstatief geschroefd en snel drukte
ik een aantal keren af De vogel paste door de telelens maar
PZC Dinsdag 3 februari 2009 I 29
foto Chiel Jacobusse
net binnen mijn beeld. Maar ik zag meteen dat dit de hoofd
prijs niet werd. Tsjonge, wat werd het mistig; alsof alles in
een dikke wattèndeken was gehuld.
Ik kroop door het bevroren gras steeds dichter naar de bui
zerd toe, tot ik niet verder weg was dan een meter of vier.
Even keek de vogel mij met een woedende blik aan: 'Je
blijft met je poten van mijn waterhoen af. Maar toen hij
merkte dat ik niet mee wilde snoepen concentreerde hij
zich opnieuw op zijn maaltijd. De camera klikte en klikte.
Er paste maar een halve vogel binnen mijn beeld, maar het
beeld was eindelijk wat helderder.
Nadat ik ruim negentig keer had afgedrukt, verliet ik het
weiland. De buizerd ging rustig door met eten. Thuis geko
men zag ik dat het merendeel van de plaatjes leed aan bewe-
gingsonscherpte. Met een 400 millimeter lens fotograferen
op een eenpo'ot, terwijl je zit te bibberen van de kou, is niet
echt de manier om scherpe foto's te maken. Maar er waren
enkele redelijk mooie bij en het was een natuurbelevenis
om nooit meer te vergeten.
De PZC sponsort stichting Het
Zeeuwse Landschap., In Natuur-
journaal gaat hoofd ecologie
Chiel Jacobusse wekelijks in op
wat er aan de orde is in de
Zeeuwse natuurgebieden.
Ik reed langs één van de laat
ste slingerweggetjes in de
Poel, aan de westkant van
het ganzenreservaat. Het
was een vrieskoude och
tend; de thermometer gaf
min vijf aan. Hoewel ik ver
trokken was met een stra
lend zonnetje werd het per
minuut mistiger. En toen
was-ie daar: een buizerd.
F.
De buizerd plukt waterhoen -
een te zware prooi om ver mee te vliegen.
illustratie Adri Karman
Geersdijk was al in 1216 een zelfstandige parochie. Men ver
moedt dat de naam afgeleid is van een edele met de naam
Gerolf of Geerlof Mogelijk behoorde deze Gerolf tot de voor
aanstaande adel uit die tijd. Het nieuwe Geerdsijk (na de ver
drinking van het hele eiland in 1530/2532 en de herdijking
vanaf ±1600) ligt zuidelijker dan het oorspronkelijke dorp.
Geersdijk ligt ongeveer ter hoogte van de plaats waar in 1530
de fatale doorbraak plaatsvond, bij de sluis Ter Loe in de
monding van het Wijtvliet, een geul die het eiland door
sneed. Watergangen in de buurt van het dorp, die nu dienen
als afwateringsgeul voor polderwater, zijn in feite restanten
van dit Wijtvliet en zijtakken daarvan. Het dorp is al voor de
inpoldering van de Geersdijkpolder op de inpolderingskaart
ingetekend. De kenmerken van een voorstraatdorp zijn nog
duidelijk aanwezig. Men verwachtte dat Geersdijk zou uit
groeien tot belangrijke havenplaats, maar de ontwikkeling
van het gunstiger gelegen Kortgene verhinderde dat.