ii spectrum
'De meesten zijn
nooit naar school
geweest, weten niet
hoe ze moeten leren'
PZC
Zaterdag 3 januari 2009
Ogen zonder enige uitdruk
king kijken me aan. Dan
volgt het grote zwijgen.
Bafisoroe zit weggedoken
op de tweedehands sofa
in de directiekamer van dona Carmen.
Hij is 11 en komt uit Mali. Naast hem zit
Ibrahim, 14 jaar, afkomstig uit Marokko.
Aan de andere kant Tieksao, die zijn eer
ste tien moeilijke levensjaren in Senegal
sleet. Carmen Gloria Forenzo, directeur
van de noodopvang voor minderjarige
vluchtelingen op Tenerife, heeft hen uitge
zocht om hun levensverhaal aan een Ne
derlandse journalist te vertellen.
Pas later op de betonnen speelplaats ver
telt Bafisoroe, terwijl hij af en toe tegen
een bal trapt, stukje bij beetje over zijn
donkere verleden. Over zijn toekomst
praat hij een stuk gemakkelijker. Straks
gaat hij aan het werk om geld te kunnen
sturen naar zijn familie in Bamako, de
hoofdstad van Mali. Dat is waar hij
's nachts in zijn stapelbed van droomt,
net als al die andere 86 kinderen bij hem
in het opvangtehuis. Of hij dan niet wist
dat kinderen in Spanje niet mogen wer
ken? Hij haalt niet-begrijpend zijn schou
ders op.
De familie van Bafisoroe schraapte bij
vrienden eri de bank een lening van 2.000
euro bijeen voor zijn overtocht, in de
hoop een goede investering te doen voor
de toekomst. De jongen vertrekt in april
2008 met 55 lotgenoten in een vissers
prauw vanaf de Mauretaanse kust naar de
Canarische Eilanden. Een levensgevaarlij
ke reis van meer dan 1.000 kilometer over
volle zee. Na zes dagen en zes nachten ko
men ze aan in de haven van Los Cristia-
nos, waar ze worden opgewacht door het
Rode Kruis en de Guardia Civil. Bafisoroe
krijgt een plekje in een van de 27 overvol
le noodopvangcentra voor minderjarigen
die op de eilanden zijn ingericht.
Het aantal kindvluchtelingen is het afgelo
pen jaar sterk toegenomen. Alleen al op
de Canarische Eilanden zitten bijna 1.400
minderjarigen in de noodopvang, drie
keer boven de capaciteit, aldus Carmen
Forenzo: „We hebben hier 88 kinderen
van 7 tot 14. Als ze 15 worden, gaan ze
naar een centrum voor oudere jeugd."
Het voormalige weeshuis in Icod, een
dorp tegen de flank van de Teide, is een
van de betere opvangtehuizen, beaamt
Carmen. „Momenteel zitten we propvol,
dat is zorgelijk, maar de kinderen worden
ook steeds jonger en dat is veel ernstiger."
De groep Marokkanen is het grootst. Dan
volgen Mali, Senegal, Mauretanië, Guinee
Bisseau en Ivoorkust. Uit heel Afrika wor
den kinderen zonder enige begeleiding
naar Europa gestuurd. De ouders willen
hun kind op deze manier een betere toe
komst bieden. Daarnaast hopen ze dat ze
ooit nog eens geld zullen sturen.
Sommigen gaan op eigen houtje, zoals Fri
day, inmiddels 15 jaar. Zijn spectaculaire
vlucht vorig jaar uit zijn geboorteland Ni
geria trok de aandacht van de hele we
reld. Samen met vijf vrienden verstopt hij
zich in de kleine ruimte van amper een
meter bij het roer van een ongeladen olieJ
tanker. Het wordt een horrorfilm. Acht
dagen brengen ze half staand, half zittend
met alleen een beetje water en wat ge
droogd vlees, door in de kleine kooi, nog
geen meter boven de waterspiegel.
Een van de jongens overleeft het niet. Hij
wordt zeeziek en valt in zee. De andere
vijf worden na een tocht van acht dagen
ontdekt door de kustwacht van Gran Ca
nada. De kustwacht noemt het een won
der dat de verstekelingen het hebben
overleefd. Tegen de toegestroomde jour
nalisten zegt Friday dat hij naar Spanje is
gekomen om net zo'n goede voetballer te
worden als Lionel Messi, zijn grote idool
bij Barcelona.
In het weeshuis van dona Carmen leert
Friday lezen (Spaans) en schrijven. Nu is
hij overgeplaatst naar het opvangcentrum
voor oudere kinderen in Tegueste, op het
noorden van Tenerife. Hij kan ons niet te
woord staan omdat hij les heeft, aldus Jo
sé Barreiro, directeur van deze noodop
vang. „Hier is de nood echt hoog", zegt
Barreiro.
Hij heeft 144 jongeren onder zijn hoede,
terwijl hij maar bedden heeft voor 80. Ze
zijn ondergebracht in een met hoog gaas
afgescheiden deel van een technische
school. Het lijkt op een strafinrichting.
„Dat is niet omdat ze er niet uit mogen,
maar we willen wel overzicht houden",
zegt de directeur. Hij opent de deur van
het klasje waar zo'n twintig jongeren taai
en aanpassingslessen krijgen van juf Glo
ria. De zwarte kopjes zitten ingespannen
over de onbegrijpelijke grammatica gebo
gen. Gloria: „Ze kunnen zich moeilijk con
centreren. De omschakeling is immens.
De meesten zijn nooit naar school ge
weest, weten niet hoe ze moeten leren.
Daarbij missen ze, hun ouders en hun
land, hoe moeilijk ze het daar ook had
den."
Daarom staan ritme en discipline hoog ge
noteerd, aldus directeur Barreiro. „We
hebben een strakke dagindeling en stren-
FR.
POR.
SPANJE
MAROKKO
Canarische I
Eilanden ff I ALGERIJE
WESTELIJKE
SAHARA
MAURITANIË
SENEGAL
Canarische Eilanden
MALI
I Bamako
Lanzarote
La Palma
Tenerife
La Camera
•Santa Cruz
El Hierro
Los Cristianos f
Fuerteventura
Cran Canaria
Opvanghuizen bomvol op
Canarische Eilanden
Een van de grote routes voor illegale
bootvluchtelingen loopt via de Canari
sche Eilanden. Met primitieve vissers
boten wisten de afgelopen tien jaar een
kleine 100.000 illegalen, door tussen
komst van mensensmokkelaars, de eilan
den te bereiken. Meer dan 6.000 over
leefden de overtocht niet.
Door de steeds strengere kustbewa
king door de Spaanse politie, in samen
werking met sommige Afrikaanse lan
den, is het totaal aantal bootvluchtelin
gen dit jaar wat afgenomen. Het aantal
kinderen onder hen neemt juist toe. Zij
worden door hun ouders naar Spanje ge
stuurd in de hoop dat ze daar een bete
re toekomst zullen hebben.
Op de Canarische Eilanden zitten mo
menteel 1.400 jongeien in opvangtehui
zen. Ze mogen niet worden terugge
stuurd als niet duidelijk is waar ze van
daan komen en zolang ze niet ergens
worden opgevangen.
De centra zitten bomvol en de Spaanse
regering is gestart met een overplaat
singsprogramma naar noodopvang op
het vasteland. Ook worden pleeggezin
nen gezocht om de minderjarige vluchte
lingen tijdelijk op te nemen.
ge regels. Tot hun 18e blijven de jongens
in het centrum. Daarna zetten we ze als
het ware buiten de deur. Ze hebben dan
drie maanden om werk te vinden."
Met een arbeidsvergunning kunnen ze
een verblijfsvergunning krijgen. Als dat
niet lukt, moeten ze het land uit. „Tot een
halfjaar geleden konden we ze allemaal
aan een baantje helpen, maar door de eco
nomische crisis wordt dat heel problema
tisch."
Billy Koita laat zich door de crisis
niet uit het veld slaan. Hij staat
te popelen om aan de slag te
gaan. Als 16-jarige jongen ver
trok hij een jaar geleden uit Mali. Zijn
moeder en zeven broers en zussen bleven
achter. Ze wachten op zijn eerste cheque.
Billy heeft het allemaal al uitgerekend. „Ik
wil alles wel doen. Ik denk dat ik 600 eu
ro ga verdienen. Ik moet 300 aan huur be
talen als ik samen met anderen een ka
mer huur. Ik stuur 150 euro naar mijn
moeder. Dat is in Mali wat een leraar ver
dient. Dan hou ik nog 150 euro over voor
eten en kleren."
Zijn Spaans is al redelijk en zijn brede
lach straalt optimisme over de toekomst
uit. Koita betaalde aan de mensensmok
kelaars 2.200 euro voor zijn overtocht.
Dat wil hij zo snel mogelijk terugverdie
nen.
Voor Billy Koita is Afrika verleden tijd,
ook al wordt hij even stil als hij over zijn
angstige zeereis vertelt. Ze zaten met 70
man in de boot, onder wie een vrouw
met een baby. Omdat de motor steeds uit
viel, duurde de reis tien dagen. Op de
vraag of hij nog veel aan thuis denkt,
heeft hij direct het antwoord klaar: „Na
tuurlijk, elke dag."
Via het internetcafé in Tegueste houdt hij
contact met zijn broers en zussen. Zij wo
nen ook dicht bij een internetcafé. Met
zijn mobieltje, waarvoor hij elke maand
van het opvangcentrum een kaart krijgt,
houdt hij contact met zijn vader in Frank
rijk'. „In Mali verkocht mijn vader tweede
hands auto's, maar dat bracht niet veel
op. Toen is hij via Spanje naar Frankrijk
gegaan. Hij werkt illegaal."
Billy straalt meer kracht uit dan zijn mees
te leeftijdgenoten. Ik wijs op een paar joij-
gens die lusteloos tegen de muur hangen.
Directeur Barreira: „De verlatenheid is
soms heel groot. Daarom wil ik dit werk
ook doen."
Een van die hangjongeren is lonus, een
schriel verlegen jongetje van 11 jaar.
„Toen hij hoorde dat zijn broer tijdens de
boottocht naar Tenerife was overleden,
heeft hij drie maanden lang gehuild. Nu
is hij apathisch en zegt niets meer."
Wanneer we nog even teruggaan naar
Icod, waar de jongste kinderen zijn onder
gebracht, gaat een groepje de poort uit.
Onder begeleiding mogen ze een paar uur
tjes naar het dorp. Opeens vliegt lonus juf
Maria, die poortwacht heeft, in de armen
en nestelt zich dicht tegen haar aan. Ze
laat hem begaan. Dan verdringen zich
nog drie anderen wat lacherig om de
Spaanse leidster op zoek naar een beetje
warmte en liefde. Ze strijkt hen over de
bol. „Komen jullie op tijd terug?"
Reageren?
spectrum@wegener.nl