Dwaalgast uit de woestijn
Baarland was
een kasteeldorp
i ooi
PZC Dinsdag 23 december 2008 J 31
De PZC sponsort stichting Het
Zeeuwse Landschap. In Natuur-
journaal gaat hoofd ecologie
Chiel Jacobusse wekelijks in op
wat er aan de orde is in de
Zeeuwse natuurgebieden.
Soms kom je als vogelaar
een zogenaamde dwaalgast
tegen.
Een vogel die ver buiten zijn
normale leefgebied terecht
gekomen is; bijvoorbeeld
door westerstorm of door
langdurige oostenwind in
het voorjaar.
Maar het kan ook gaan om
een navigatiefout
De woestijntapuit komt hier alleen als dwaalgast voor.
door Chiel jacobusse
Vorige week is ergens langs de boorden van de Wes-
terschelde een klein vogeltje neergestreken, driftig
pikkend naar vliegjes en mugjes. Qua gedrag heeft
de vogel iets van een vliegenvanger en ook het pos
tuur komt ongeveer overeen. Toch is voor ervaren vogelaars
direct te zien dat dit een tapuit is.
Geen gewone tapuit, dat is ook wel duidelijk. Het jaargetij
de klopt niet en kleur, houding en tekening zijn net iets an
ders. Vooral de vrijwel geheel zwarte staart valt erg op. Er is
in Nederland maar één tapuit die algemeen voorkomt, de
anderen zijn zeldzame tot zeer zeldzame gasten. Maar in to
taal gaat het toch om een dozijn verschillende soorten en
het is erg lastig om die uit elkaar te houden. Gelukkig zijn
fanatieke vogelaars ons voor geweest en daarom weten we
dat het om een woestijntapuit gaat.
Maar met klakkeloos dingen van anderen overnemen kom
je niet verder in de veldbiologie. Dus lopen we kritisch de
vogelgids door. Izabeltapuit? Nee. Blonde tapuit? Nee. Bon
te tapuit? Zeker niet. Zwarte tapuit? Lijkt er niet eens op.
En na een kritische beschouwing vallen ook Finsch' tapuit,
Cyprus tapuit, rouwtapuit, monnikstapuit en nog een paar
andere verwanten af. Het kan gewoon niets anders zijn dan
een woestijntapuit.
Eens kijken wat voor beest dat eigenlijk is. Mijn oude Pris
ma vogelgids uit 1968, natuurlijk zwaar gedateerd, geeft in
de regel erg goede informatie. Het is een soort encyclopedie
in zakformaat. Dit keer echter niet; de woestijntapuit staat
er niet in. 'Vogels van Europa' van Lars Jonsson (1993) ver
meldt de woestijntapuit wel: Dwaalgast uit Centraal-Azië,
meest in november, maar ook in winter. In Nederland twee
maal vastgesteld, in april en in november.
Tot zover de boeken. Maar een modern waarnemer haalt
zijn informatie natuurlijk op Internet en dé plek om te zoe
ken is dan waarneming.nl. Het is even zoeken, voordat de
waarnemingen van Oenanthe deserti verschijnen, maar een
maal gevonden kun je er een heleboel mee. Een kaart ma
ken van waarnemingen in de laatste 10 jaar bijvoorbeeld.
Oef... 25 waarnemingen in Nederland; vrijwel zonder uit
zondering in het kustgebied. Hoe komt een vogel die thuis
hoort in Centraal Azië en in de winter naar China trekt, in
onze omgeving terecht? Waarschijnlijk gaat het puur om
een navigatiefout. Het is bekend dat vogels soms 180 graden
de verkeerde richting uitgaan als de trektijd is aangebroken.
In de meeste gevallen betreft het eerstejaars vogels, die niet
eerder de tocht naar het wintergebied maakten. Dat zien
we bijvoorbeeld bij Humes bladkoninkjes en veldrietzan-
gers. Zij krijgen in het najaar de trekimpuls voor de richting
die ze eigenlijk in het voorjaar moeten nemen. Het is nog
niet duidelijk waarom. Wel is bekend dat de daglengte en
de hoeveelheid licht de factoren zijn die moment en rich
ting van de trek bepalen.
Zo'n dwaalgast die duizenden kilometers van huis terecht
komt maakt geen schijn van kans. Als insecteneter vindt de
vogel onvoldoende voedsel om de winter te overleven, laat
staan de lange reis terug te ondernemen, als het al de weg
zou vinden. Voor vogelaars is de waarneming van een woes
tijntapuit een hele belevenis.
Maar voor de dwaalgast kent het slechts een fatale afloop.
tekening Adri Karman
Na de verwoestende stormvloed van roi4 bleef van de resten
van Zuid- Beveland een aantal eilanden achter: Oost en
West-Borsele. Op Oost-Borsele vormde Baarland, dat rond
850 al zou zijn bedijkt, met de dorpen Bakendorp en Oude-
lande de heerlijkheid van Baarland. Over de naamsoor-
sprong van Baarland is weinig bekend.
Een aanzienlijk geslacht in de vroege middeleeuwen noemde
zich 'Van Baerland', waaruit we kunnen opmaken dat het
een niet onaanzienlijke en welvarende nederzetting moet
zijn geweest De aanwezigheid van twee kastelen; 'Het hof
van Baarland' en de 'Hellenburg', getuigen hiervan. Het dorp
is een kasteeldorp. Het kent niet de traditionele ringdorp-
vorm, gebruikelijk in het oudland.
De langgerekte vorm van het dorp wordt bepaald door de
smalle kreekrug waarop het dorp is gesitueerd. De huizen
wanden volgen aan beide zijden de natuurlijk loop hiervan.
De uit de veertiende eeuw stammende St. Maartenskerk was
in oorsprong een driehallenkerk. Na de reformatie en de
80-jarige oorlog liepen welvaart en belangrijkheid van het
dorp terug. In 1774 werd de driehallenkerk deels afgebroken.
Het overgebleven middenschip vormt de huidige kerk.