Binnenland
'Forse daling 'ik mag gek zijn,
van aantal
zelfmoorden'
Resistente bruine ratten
rukken op vanuit Twente
4 [Woensdag24september2008 pzc
ïo procent minder
doden door zelfmoord
in 2007.
Boeren en burgers
vertwijfeld over taaie
bruine rat.
den haag - Het aantal zelfmoor
den in Nederland is vorig jaar fors
afgenomen. De afgelopen vijftien
jaar pleegden jaarlijks tussen de
1.500 en 1.550 mensen zelfmoord.
In 2007 waren dat er volgens het
Centraal Bureau voor de Statistiek
1353-
De daling van meer dan 10 pro
cent is volgens de Amsterdamse
hoogleraar klinische psychologie
Ad Kerkhof, gespecialiseerd in zelf
moord, 'uniek'. Hij legt een ver
band met verbeteringen in de
hulpverlening. Zo is er de afgelo
pen jaren onder meer in
West-Friesland, Friesland en
Oost-Brabant meer aandacht voor
zelfmoord. Daarnaast heeft een
aantal grote instellingen voor gees
telijke gezondheidszorg een nieu
we aanpak ontwikkeld tegen zelf
moord.
Bovendien is het toezicht van de
Inspectie voor de Gezondheids
zorg op zelfmoord in psychiatri
sche instellingen aangescherpt.
Sinds 2007 moeten de instellingen
de risicobeoordeling van hun cliën
ten kunnen overleggen aan de in
spectie.
Twee derde van de mensen die
De afgelopen vijftien jaar pleeg-
den jaarlijks ruim 1.500 mensen
zelfmoord. In 2007 waren dat er
1.353. Een daling van 10 pro
cent.
zichzelf om het leven brengen,
heeft ooit contact gehad met een
hulpverlener. Kerkhof: „Hoe hoger
dat aandeel hoe beter, want hulp
werkt."
Volgens Kerkhof loopt Nederland
in de bestrijding van zelfmoord
nog achter op andere landen. „In
het buitenland zijn tal van succes
volle behandelingen te vinden. Als
er net zoveel geld wordt uitgetrok
ken voor de bestrijding van zelf
moord als er beschikbaar is voor
het terugdringen van het aantal
verkeersdoden, verzeker ik een
nog forsere daling."
Nederland steekt volgens Kerkhof
de kop in het zand. „Zelfmoord is
hier nog altijd een heel moeilijk
onderwerp. Wij hebben last van
de eigenaardige liberale opvatting
dat het recht op zelfdoding de ul
tieme zelfbeschikking van de
mens is. Maar dat is onzin. Men
sen plegen zelfmoord in een im
puls, omdat ze op dat moment
geen uitweg meer zien. Die men
sen moeten dus geholpen wor
den."
Ook in de psychiatrische instellin
gen in Nederland, waar jaarlijks
ongeveer 150 patiënten zelfmoord
plegen, vormt dit nog altijd een ge
voelig thema. „Veel hulpverleners
gaan liever met een boog om het
onderwerp heen. Dat geldt trou
wens ook voor de psychologen en
psychiaters. De door hen geboden
hulp heeft immers niet gewerkt
bij de cliënt die zelfmoord pleegt.
Dat kan vragen oproepen over je
eigen kunnen en dat is niet pret
tig-"
PETER
Ze zijn soms psychotisch,
hebben een eetstoornis of
waren jarenlang verslaafd.
Ervaringsdeskundigen zijn in
opkomst in de psychiatrie.
Reguliere hulpverleners
voelen zich aangevallen.
door Floor Ligtvoet
M
arga van Rossen
(56) is soms 'super-
druk' in haar
hoofd. De gedach
ten dansen dan
door elkaar. „Op zo'n moment
kan ik alles aan. Ik begin naast
mijn baan een opleiding en word
ook nog voorzitter van een plaatse
lijke politieke partij."
Maar de energieroes is doorgaans
van korte duur. Daarna zakt de
Rotterdamse weg in een loodgrijze
wolk van somberheid. „Ik kom
niet meer van de bank af en ga
van binnen kapot." Marga is ma
nisch depressief. Daardoor werd ze
als administratief medewerker afge
keurd: „Ik kon misschien hand
doekjes vouwen, vertelde de keu
ringsarts. Het maakt me nog boos.
Ik ben misschien gek maar niet
dom." Nu helpt ze psychiatrische
patiënten met verslavingsproble
men. Ondertussen leert ze voor so-
ciaalpedagogisch werker.
Juist vanwege haar eigen ervaring
met heftige ups en downs is Marga
als begeleider bij een Rotterdamse
GGZ-instelling aangenomen. Ze
spreekt de taal van de patiënten en
dat geeft vertrouwen: „Ik weet hoe
het voelt om de deken ver over je
hoofd te trekken en er nooit meer
onder vandaan te willen komen."
Het is een relatief nieuw feno
meen, psychiatrische patiënten
die, vaak na een opleiding, betaald
hulpverlener worden. Wilma Boe-
vink, lector op het onderwerp aan
de Hanze Hogeschool in Gronin
gen, spreekt van een 'booming bu
siness'. Steeds meer instellingen
willen opgeleide patiënten in
dienst nemen.
Toch worden ervaringsdeskundi
gen op de werkvloer lang niet al
tijd hartelijk verwelkomd. Bij veel
reguliere hulpverleners moet koud
watervrees worden overwonnen,
merkt Gerda Duijvesteijn, docent
van de opleiding ervaringsdeskun
digen aan het ROC Zadkine Rotter
dam: „Soms mogen onze studen
ten niet bij de teamvergaderingen
zitten of geen dossiers van cliën
ten inzien." Waarschijnlijk omdat
ze zelf nog te veel als patiënt wor
den gezien. „Wij maken daar uiter
aard een punt van. Het zijn gewo
ne stagiairs die na afloop een diplo
ma van sociaalpedagogisch werker
krijgen. Zij moeten zich ook aan
het beroepsgeheim houden."
Ervaringsdeskundigen zijn vaak
kritisch, legt klinisch psychologe
Greet Wilrycx van GGZ-instelling
Carea in Breda uit. Ze weten nog
goed wat ze zelf als onprettig heb
ben ervaren: „Dat is confronterend
maar waardevol. Ze leren ons
meer naast de patiënt te staan dan
erboven. Wij hulpverleners moe
ten stoppen cliënten in een afhan
kelijke positie te plaatsen."
Maar, zo erkent Wilrycx, hulpverle
ners voelen zich door deze nieuwe
ontwikkeling 'wel eens aangeval
len'. Plots blijkt op hun aangeleer
de methode wat af te dingen.
Begeleider en ervaringsdeskundige
van het eerste uur Roland van den
Nieuwenhuijzen, weet wat 'een ge
vecht' het kan zijn om überhaupt
op te staan, te douchen en koffie
te zetten. „Als iemand die ziek is
dat lukt, moet je niet als hulpverle
ner gaan roepen dat 'ie de afwas
wel eens mag doen'."
Zelf had hij psychoses - 'het engste
'/Vlk5 AAN DE-HANp^MEMCtR^'
Hj IS~ E£W BEETJE PBPMKEAJ
door Hennie Talens
ENSCHEDE - Oost-Nederland heeft
een groter rattenprobleem dan
steeds is aangenomen. Het duurde
vele maanden eer de agrarische be-
langenclub LTO Noord en Twent
se gemeenten daarvan de ernst in
zagen.
Dit voorjaar al sloegen de inspec
teurs van het ministerie van Mi
lieu alarm. Zij waarschuwden voor
het grote aantal bruine ratten in
Twente dat resistent is tegen het
enige in het open veld toegelaten
bestrijdingsmiddel bromadiolon.
Vermoed wordt dat de rat al in
Duitsland bestand is geraakt tegen
de gebruikelijke bestrijdingsmidde
len. Vanuit dat land is de rat via
Twente bezig aan een opmars in
Nederland. Inmiddels heeft het
dier al de regio Amersfoort be
reikt.
Het gevolg van de resistentie is dat
de ratten zich in het open veld on
gebreideld kunnen vermenigvuldi
gen. Rond sommige boerderijen
zouden de beesten al in groepen
van 1.000 tot 2.000 exemplaren
rondbanjeren.
In een reportage van het tv-pro-
gramma Nieuwslicht, vanavond
om 21.15 uur op Nederland 3,
wordt ingegaan op de mislukte be
strijding van de bruine rat. Bur
gers en boeren in Oost-Nederland
zijn zo vertwijfeld over de ratten-
bende in hun omgeving dat ze grij
pen naar onorthodoxe middelen
als de lijmplank en het geweer.
Een door Nieuwslicht ingescha
keld instituut heeft resistentie bij
ratten vastgesteld in de Twenste
dorpen Albergen, Deurningen en
Losser.
Ongediertebestrijder Laurens Vol
lenbroek uit Saasveld is niet ver
baasd. Hij heeft geen goed woord
over voor de overheid. „Sinds 1990
is het probleem van de resistentie
al bekend en er wordt niets aan ge
daan. Er moet een wel werkend
middel worden toegelaten. Niet zo
maar iets, maar een middel dat vei
lig kan worden gebruikt en helpt
tegen rattenoverlast."
Elke 15 jaar kunnen resistente
exemplaren hun territorium met
100 kilometer uitbreiden indien
geen goed werkend alternatief be
strijdingsmiddel wordt toegelaten.
Oost-Nederland kampt met een
groot rattenprobleem. De resis
tente bruine rat heeft inmiddels
al het midden van ons land be
reikt.
Het ministerie van Vrom vindt
niet dat hier een taak voor de lan
delijke overheid ligt. „Bestrijden
van ratten is een taak voor bedrij
ven of gemeenten die er last van
hebben."
Vrom en het Kennis- en Advies
centrum Dierplagen uit Wagenin-
gen denken dat de ratten resistent
zijn geworden omdat de bestrij
ding niet adequaat was. Ook vindt
Vrom dat Twentse boeren in Duits
land middelen hebben ingekocht
die resistentie in de hand werken.
De Wageningse wetenschapper
Bastiaan Meerburg stelt dat de be
strijding van ratten en muizen
wreed is. Volgens hem treft de klei
ne knaagdieren een lot dat veel
gruwelijker is dan dat van vleesvar
kens en -koeien of van laborato-
riumdieren.
Meerburg wil dat particulieren en
landbouwers alternatieve bestrij-
dingsmethoden inzetten, zoals
roofvogels. Er moeten betere val
len in de handel komen, die de rat
ten en muizen ineens doden.
Maar het is volgens hem vooral be
langrijk dat mensen aan preventie
doen.
De bruine rat wordt 22 tot 30 cm
lang en een halve kilo zwaar De
vrouwtjesrat werpt jaarlijks gemid
deld 24 jongen De jongen zijn na
drie maanden geslachtsrijp.