bouwt een brug met laaggeletterden I» Gedreven, sociaal en zeer betrokken. Prinses Laurentien (42) zet haar strijd tegen analfabetisme onverminderd voort. „Als moeder heb ik veel geleerd van laaggeletterden." 'Ik zou 'n vervelende moeder zijn als ik niet zou werken' PZC Zaterdag 6 september 2008 Laurentien J ^.A m tyW, 'i« M Prinses Laurentien opende op 7 juli 2007 de nieuwe Centrale Bibliotheek Amsterdam door het sprookje Tippie de verhalenvangster voor te lezen. foto Marcel Antonisse/ANP door Carine Neefjes Druk, druk, druk. Ook voor prinses Laurentien is de combinatie werk en gezin een voortdurend gepuzzel. Samen met haar man prins Constantijn en hun drie kinderen Eloise (6), Claus (4) en Leonore (2) woont ze in Brussel. Als communicatieadviseur houdt ze kantoor aan huis, maar als voorzitter van de Stichting Lezen Schrijven is ze ook regelmatig in Den Haag. Op hoge hakken onder een eigentijds pak stapt prinses Laurentien het pand aan het Lange Voorhout binnen. Gisteren heeft ze de hele dag vergaderd, vanavond om ze ven uur weer. Het zal niet lukken haar kroost zelf naar bed te brengen. „Ik zal wel voorlezen terwijl ze in bad zitten", lacht de prinses, die een paar dagen met de kinde ren in Nederland logeert. Vaak worden dat al gauw twee tot drie boekjes. „Eloise heeft een voorkeur voor alles wat roze is en over meisjes gaat, Claus wil liever een jongensboek en Leonore heeft ook haar eigen mening. Als je er tijd voor neemt, is het heerlijk. Op bed krui pen we lekker met z'n allen tegen elkaar aan, samen sluiten we de dag af" Vanavond is er een aangepast ritueel, want 'mammie' moet weg. Aan de vooravond van de Week van de Alfabetisering maakt prinses Laurentien zich sterk voor de 1,5 miljoen laaggeletterden in Nederland: vol wassenen die zo slecht lezen en schrijven, dat ze amper kunnen deelnemen aan de maatschappij. Vooral het isolement waarin zij leven, gaat haar zeer aan het hart. „Laaggeletterden missen vaak een gevoel van eigenwaarde. Angst en schaamte over heersen, ze durven niet deel te nemen aan de samenleving. Mensen durven geen bus of trein te nemen, kunnen rekeningen niet lezen, de bijsluiter van hun medicijnen al helemaal niet. Ze zijn economisch kwets baar. Vaak verzwijgen ze op hun werk dat ze niet kunnen lezen en schrijven, maar ze vallen uiteindelijk toch door de mand. „Ik ken een timmerman die vanwege zijn vakmanschap opklom tot ploegleider. Na een reorganisatie moest hij met computers werken. Dat lukte niet omdat hij niet kon lezen en schrijven. Gelukkig reageerde zijn baas goed: hij mocht op zijn kosten een cursus Nederlands doen. Ook heb ik een man ontmoet die 25 jaar lang voor zijn vrouw verborgen hield dat hij niet kon le zen en schrijven! Ik barstte in tranen uit toen ik dat hoorde. We kunnen het niet voor lief nemen dat zoveel laaggeletterden in een isolement leven!" Het aantal laaggeletterden is even groot als toen u vier jaar geleden stichting Lezen Schrijven oprichtte. Hoe kan dat? „Het is een hardnekkig probleem. Toen ik begon, werd er lacherig over gedaan. 'Anal fabetisme? Dat komt toch alleen in ontwik kelingslanden voor?' Nee dus. Nederland moest wakker geschud worden. Niet met een wijzend vingertje, zo zit ik niet in el kaar. Maar we hebben keihard moeten wer ken om deze problematiek onder de aan dacht te brengen. Bedrijven, consultatiebu reaus, huisartsen, gemeenten en scholen: iedereen moet alert zijn op laaggeletterd- heid en zijn verantwoordelijkheid nemen. „Laatst was ik op een bijeenkomst van jeugdartsen. Ze vroegen zich af waarom er zoveel mensen wegblijven op afspraken. Bleek dat patiënten altijd een vragenlijst moeten invullen. Ik opperde of ze er bij stil hadden gestaan dat deze mensen mis schien niet kunnen lezen en schrijven. De artsen kregen het schaamrood op de ka ken. Daar was nooit aandacht aan besteed. „Gelukkig gebeuren er ook mooie dingen. Inmiddels volgen jaarlijks zo'n negendui zend mensen een lees- en schrijfcursus. Het gaat vaak om laaggeletterden die'op la tere leeftijd leren lezen en schrijven. Ik weet nog dat ik de eerste certificaten uit reikte aan mensen die een cursus Alfabeti- seringsambassadeur hadden afgerond. Het gaat om mensen die voor het eerst in hun leven op een podium staan, voor het eerst wordt er voor hén geklapt, ze krijgen bloe men. De emotie die dan in zo'n zaal voel baar is, is overweldigend." Haar dagelijks leven speelt zich afin Brus sel, de stad waar ze jaren geleden een rela tie kreeg met prins Constantijn, de jongste zoon van koningin Beatrix. Na hun huwe lijk in 2001 woonden ze eerst in Londen, maar inmiddels voelen ze zich al enkele ja ren thuis in België. Hun oudste twee kinde ren, Eloise en Claus, zitten op een Fransta lige school en worden tweetalig opgevoed. Leonore gaat daar in januari ook naar toe. Als beide ouders thuis zijn, wandelt de he le familie 's ochtends samen naar school, 's Middags worden de kinderen door een oppas opgevangen. Uw kinderen groeien op in een bevoorrecht milieu: u kunt ze alles meegeven. Een groot contrast met de wereld van laaggeletterden. „Ja, dat besef ik heel goed. Maar wij zijn niet van die ouders die hun kinderen voortdurend van hot naar her racen. Oké, Eloise zit op ballet en Claus op pianoles, maar dat is het dan wel. Natuurlijk wil je ze stimuleren, maar dat is uiteindelijk niet de essentie. „Dat wij hier vrij relaxed mee omgaan, komt ook door mijn werk met laaggeletter den. Als moeder heb ik heel veel van hen geleerd. Zo kijk ik veel bewuster naar het belang van zelfvertrouwen. Als je voelt dat je kinderen lekker in hun vel zitten, komt de rest vanzelf wel. Eigenwaarde, dat is wat wij onze kinderen willen meegeven."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2008 | | pagina 94