spectrum 24 'Echt ontspannen doe ik vaak pas op de loopband in de sportschool' PZC Zaterdag 16 augustus 2008 Jet Bussemaker houdt van A lleen voor mijzelf opkomen, dat vind 9 ik lastig", zegt Jet Bussemaker in haar zLJm ruime, lichte woonkamer in Amster- dam-West. In haar privéleven is ze JL -A. minder doortastend dan in de poli tiek. In Den Haag staat ze bekend als een geboren on derhandelaar. „Maar als ik een auto koop, praat ik er niet een paar honderd euro af Terwijl ik donders goed weet dat de verkoper meer geld vraagt dan de wagen waard is. Ik vind afdingen gênant, geloof ik. Denk al snel: Ach, die man moet zijn geld toch ook ergens mee verdienen." Ze kan er ook niet mee zitten als ze een keer te veel uit geeft. „Dat komt ook omdat ik een inkomen heb waar we goed van rond kunnen komen. Iemand zei pas dat ik het te veel betaalde geld ook had kunnen sparen voor mijn dochter. Hij heeft gelijk." Bussemaker (47) maakt lange dagen in Den Haag. Haar bijna 8-jarige dochter Sascha naar bed doen, schiet er doorgaans bij in. Dat doet haar man Garth, die voor heen als psycholoog werkte. Nu Bussemaker vanavond thuis is, slaat klokslag negen uur de woonkamerdeur wagenwijd open. Een donker meisje, met haar vaders krullen en haar moeders scherpe blik, springt in pyja ma de kamer binnen en roept enthousiast: „Ik ga naar bed!"„Ja, ik kom je even gedag zeggen", zegt Bussema ker en ze snelt naar boven. Sascha kreeg ze op late leeftijd, vertelt ze, als ze weer aan de keukentafel aanschuift. Ze was 39. „De man van wie ik kinderen wilde, heb ik pas laat ontmoet." Ter wijl carrière maken haar altijd goed afging - ze was een succesvol wetenschapper voordat ze de politiek instap te - heeft het lang geduurd voor ze een 'evenwichtige' liefdesrelatie kon opbouwen. „Ik heb veel kortstondige relaties gehad. Die eindigden steeds met een conflict. Ik ging het conflict wel aan, maar zonder te weten hoe je het dan ook weer kon op lossen. Goed ruzie maken kon ik niet. Ik heb later pas geleerd dat ruzie niet altijd het einde van een relatie hoeft te betekenen. Het kan de lucht juist klaren en heel constructief zijn." Laten zien hoeveel pijn iemand je kan doen, vraagt om moed, stelt ze vast: „Ik geef mezelf niet makkelijk bloot. Vind het moeilijk om mensen dichtbij te laten komen. Ik heb dat moeten leren." Eigenlijk zorgde ze er op jonge leeftijd al voor dat ze een belangrijke sociale functie had waarachter ze zich soms een beetje kon verschuilen: „Zo was ik heel actief op mijn middelbare school in Oegstgeest." Tussen de kakjongeren uit het welgestelde dorp, die soms al op hun 15e in pak liepen en met een 'hete aardappel' spra ken, ontwikkelde ze zich als alternatieve puber tot klas- senvoorzitter, redacteur van de schoolkrant én voorzit ter van de leerlingenraad. Zij organiseerde schoolfees ten en haalde de destijds populaire band Gruppo Spor- tivo naar school. „Mensen spraken me ook op die actie ve rollen aan. Het is een fijne manier om het niet te veel over jezelf te hoeven hebben." Jet Bussemaker groeide op in een progressief liberaal gezin. „Ik mocht er mijn eigen opvattingen op nahou den als ik die maar wel een beetje kon uitleggen." De sfeer thuis was vriendelijk en beheerst: „Er waren geen ruzies, hooguit discussies waarbij je met goede argumenten moest komen. Zomaar chagrijnig door het huis rondstampen, werd niet gepikt. Vriendelijk zijn naar elkaar en je omgeving was een groot goed." Alles was bespreekbaar thuis, maar één onderwerp lag uiterst gevoelig. „Het oorlogsverleden van mijn vader in Indië." Haar vader zat jarenlang met zijn moeder en broers in kampen. „Als ik er naar vroeg, kreeg ik wel antwoord, maar ik wist ook niet zo goed wat ik moest vragen. Ik voelde aan dat ik misschien wel eens een verkeerde vraag kon stellen." Voor haar ouders was ze een makkelijk kind, zegt ze, tot ze in de puberteit kwam. „Ik zocht de grenzen op, was vreselijk opstandig en tegen alles wat mijn ouders zeiden. Mijn moeder heeft me verteld dat ze bang was dat als ze de teugels harder aantrok, ik zou zijn wegge lopen. Ik denk niet dat ik dat ooit gedaan had. Ik was lastig, maar nooit onverantwoordelijk. Zo zorgden een vriendin en ik er altijd voor dat we niet alleen naar huis fietsten." Op haar 12e, 13e kreeg ze haar eerste vriendje, een jon gen van 17. „Ik was heel vroeg volwassen en ging veel met mensen om die jaren ouder waren." Ook haar huidige man is ouder. „Garth was op geen en kele manier bang voor mij of onder de indruk." Dat fas cineerde. Eerdere vriendjes keken tegen haar op, ver telt ze. Ze vielen op haar succes of knapten er juist weer op af. „Garth heeft alleen maar relaties met sterke vrouwen gehad. Ik heb moeite voor hém moeten doen. Hij zegt vaak 'ben je nou nog steeds met Den Haag bezig?' Dan ziet hij dat aan een bepaalde blik in mijn ogen. Mijn dochter zegt het tegenwoordig ook. Waar denk je aan, hoor ik als ik in gedachten ben ver zonken. Die opmerkingen zie ik als een waarschu wing." Ze is iemand die makkelijk gegrepen wordt. „Ik kan maar doorgaan. Thuis weerhouden mijn man en dochter mij ervan me op een monomane manier te verliezen in mijn werk. Je bent echt niet een betere po liticus als je nóg meer dossiers leest. Soms moet je mis schien wat minder lezen en met meer afstand naar din gen kijken." Politiek gevoel heeft ze moeten ontwikkelen: „Ik vond het fijn om niet gelijk hoog op de lijst voor de PvdA de Tweede Kamer in te komen. Ik heb me kunnen bewij zen en geleerd dat je soms de leiding moet nemen en een ander moment een ander wat moet gunnen. Soms gaat het om kleine dingen, zoals een andere partij bo venaan de motie laten staan." Waarom liet haar politieke inzicht haar dan zo in de steek, toen ze een brief over de embryoselectie naar de Tweede Kamer stuurde? Die brief betrof volgens de Christenunie een principiële zaak en had eerst in de ministerraad besproken moeten worden. „Ik had alles heel zorgvuldig afgewogen. Ik zag het daarom niet als ingrijpend. Ik had overlegd met des kundigen en ethici, ook christelijke. In het Kamerdebat dat aan de brief vooraf ging, kon ik op brede steun re kenen. Ik heb toen mogelijk de signalen dat het voor de Christenunie zo'n emotioneel onderwerp was niet opgevangen." Terwijl de kwestie in de media doorraasde, zat Busse maker met de ministers André Rouvoet (Christen- Unie) en Ab Klink (CDA) aan tafel om tot een oplos sing te komen. „Daar breng je de discussie terug tot proporties en probeer je elkaar inhoudelijk te begrij pen." Een compromis wil Bussemaker het eindresul taat niet noemen. „Het is géén compromis", zegt ze fel. „Het is een verbeterde versie van mijn eerste brief. Embryoselectie is nu toegestaan bij ernstige erfelijke ziekten met een verwoestende uitwerking op hele ge neraties en tegelijkertijd wordt een glijdende schaal voorkomen." Staatssecretaris worden was vroeger nooit haar droom, vertelt Bussemaker: „Ik heb lang ge twijfeld of ik bouwkundige of politicoloog wil de worden. Ik wilde mooie gebouwen ontwer pen met een sociale doelstelling, maar niet die lelijke kazernebouw die communisten daarvoor gebruikten. Ik heb uiteindelijk niet voor de studie bouwkunde ge kozen omdat ik bang was niet goed genoeg te zijn en beleidsmedewerker wilde ik niet worden. Ook politico logie studeerde ik niet om de politiek in te gaan. Ik wil de iets sociaals doen. Dat zat er al vroeg in. Vanaf mijn 10de ging ik al met kaarten langs de deuren om geld op te halen voor de opvang van mishandelde zeehond jes." Die sociale betrokkenheid ziet ze nu terug in haar dochter: „Ze let op anderen. Als er iets met een kind is, is zij een van de eersten die actie onderneemt. Ik ben ontzettend trots op haar. Er is meer in het leven dan je eigen geluk. Ik heb thuis meegekregen dat je iets moet doen met je kwaliteiten, dat je iets moet betekenen in het leven. „Ik zeg dit scherper dan ik het zelf voel, maar ik hoor dit vaak van kinderen van ouders die in kampen hebben gezeten. Ze hebben het gevoel dat ze de tijd goed moeten maken die hun ouders in de kam pen hebben verloren. Twee levens in één leven, zeg maar. Dat zet je onder druk." IMi»

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2008 | | pagina 68