"B>oo8 Sport
Als Dirk Marcellis op
7 augustus zijn olympi
sche vuurdoop krijgt,
weet hij dat iemand van
uit een hemelse skybox
meekijkt. Precies een
jaar eerder werd broer
Hans, zijn trouwste fan,
begraven. Een verhaal
over hoop, wanhoop en
de kracht van een hech
te familie.
'De dood heeft ons
nog dichter bij
elkaar gebracht'
J PZC Vrijdag 1 augustus 2008 I 3 5
Meekijken uit
hemelse skybox
door Roel Wiche
foto Cé Hirdes/GPD
et liefst zou
hij elke dag
gaan. Tien mi
nuten, een
kwartiertje.
De bloemen
rangschikken.
Zonnebloemen, anjers, witte ro
zen. En praten. Dirk Marcellis is
geen man van grote woorden,
maar met broer Hans heeft hij nog
veel te bepraten. „Gewoon, de din
gen delen die ik meemaak."
Het graf van Hans Marcellis ligt op
enkele minuten van het ouderlijk
huis in Horst, een dorp aan de wij
de horizon van de Peel. Dirk en
Hans waren onafscheidelijk, meer
dan zomaar twee broers. Allebei
gek van voetbal, beide verdedigers.
Hans in RKSV Wittenhorst 3,
Dirk bij het grote PSV. Het PSV
dat de levenslustige Hans, voorma
lig prins carnaval in Horst, buiten
zinnen kon brengen. Dirk: „Hans
was een heel grote PSV-fan. En de
allergrootste fan van mij. Ik vind
het ontzettend jammer dat hij
mijn doorbraak niet heeft meege
maakt. Hans volgde me overal. En
dan maakt hij dit niet mee."
Vorig jaar zomer gebeurde het. Uit
het niets. Hans (20) was een week
end in Amsterdam geweest, bleef
bij zijn vriendin slapen en lag de
volgende dag in coma. Een virus
op de hartspier. Pure pech. Moeder
Dorothé: „Hij heeft geen kans ge
had. We hebben gehoopt en ge
hoopt dat hij weer wakker zou
worden. Mijn grootste angst was
dat hij er zwaar geestelijk gehandi
capt uit zou komen. Met een lichte
vorm hadden we kunnen leven,
dan hadden we het hele huis ver
bouwd. Maar hij heeft het niet ge
red."
Het noodlot maakte de onderlinge
band in het gezin Marcellis, die
toch al hecht was, krachtiger dan
staaldraad. Vader Theo, moeder
Dorothé, de kinderen Karlijn (22),
Dirk (20), Guus (18) en Softe (13)
en Hans' vriendin Maartje kochten
bij een juwelier in Venray zeven
ringen. In elke ring werden haren
van Hans gelegd.
Zijn overleden broer Hans was en is een inspiratiebron voor Dirk Marcellis.
Niemand in het gezin die er voorlo
pig aan denkt de fraai verbouwde
boerderij in Horst te verlaten. Ook
Dirk niet. „Thuis voelt als een
warm nest. Ik zie het nog niet zit
ten in Eindhoven een kaal apparte
ment te betrekken. Ja, de dood van
Hans heeft ons nog dichter bij el
kaar gebracht. Zoiets verwerk je sa
men. Je maakt elkaar sterk."
Het was Hans, verzekert Dorothé
Marcellis, die van zijn zeventien
maanden jongere broer de kerel
maakte die hij nu is. Tenminste,
op het veld. „Hans was steviger en
forser, Dirk wat kleiner en fijner.
Als Dirk zijn broer wilde passeren,
lukte dat de eerste twee keer niet.
De vierde, vijfde en zesde keer wel,
maar dan vloog Hans er met een
harde tackle in. Dat heeft Dirk ster
ker gemaakt."
Zo sterk dat Ronald Koeman hem
op 18-jarige leeftijd een memora
bel debuut liet maken op Anfield
Road, de kathedraal van het Britse
voetbal. In de kwartfinale van de
Champions League tegen Liver
pool moest Marcellis met rood van
het veld na een onschuldige tackle.
Een halfjaar later, in oktober 2007,
volgde de entree in de eredivisie, te
gen Willem II. Met de tragische
dood van Hans nog vers in het ge
heugen. „PSV gaf me alle ruimte
het te verwerken. Als ik het niet
op kon brengen, hoefde ik niet op
de Herdgang te zijn. Dat het voet
ballend goed ging, heeft me zeker
geholpen verder te gaan. Ik heb
het een plaats kunnen geven."
De opmars van de jonge, onver
stoorbare verdediger, door sommi
gen een ijskonijn genoemd, werd
beloond met een selectie voor de
olympische ploeg. Marcellis, voor
malig captain van Oranje onder 17,
beseft dat hem een groots avon
tuur in China te wachten staat.
„Onze kansen zijn moeilijk in te
schatten. Maar we mogen er zijn,
we hebben tenslotte het jeugd-EK
gewonnen. Dit is een goede lich
ting. De Spelen zijn heel apart, zo
iets maak je nooit meer mee. Ik
mag er mooi naar toe, dat kunnen
veel grote voetballers niet zeggen."
Een grote voetballer is Dirk Marcel
lis nog niet, daarvoor is zijn car
rière nog te pril en zijn in z'n kui
ten nog te weinig littekens gekerfd.
Maar er staan nu wel veel meer blo
zende tienermeisjes langs de kant
en zijn krullenbol is niet meer een
uit duizenden. „In Venlo en Eind
hoven kijken jongens tegen me op.
In Horst niet, nee. Daar zien ze me
nog altijd als de Dirk van vroeger."
De Dirk van nu is een knaap die
nog af en toe, als een jongetje in de
chocoladefabriek, verwonderd
door de wereld van het profvoet
bal loopt. Vooral aan het moorden
de ritme van wedstrijden en trai
ningen moest hij wennen. „Soms
dacht ik na dagen van spelen en rei
zen: 'nu is het effe klaar'. Je moet
mentaal en fysiek voortdurend fit
blijven. Maar je moet ook niet te
ver doordraven. Soms is het tijd
om je hoofd leeg te maken."
Dat lukt het best thuis, in de Peel,
land van Rowwen Hèze. Waar de
mouwen worden opgestroopt en
een woord een woord is. Waar een
kaars achter het portret van Hans
brandt en een graf nooit lang zon
der witte rozen is. Uitgerekend op
7 augustus, de dag dat Hans naar
zijn laatste rustplaats is gebracht,
krijgt broer Dirk de olympische
vuurdoop. Bij Nederland-Nigeria
in miljoenenstad Tianjin zal zijn al
lergrootste fan meekijken. „Ik weet
zeker dat hij me blijft volgen. Ook
in China. Dat draag ik met me
mee."
Op de tribune zit Dorothé, naast
haar Karlijn en Sofie en Dirks
vriendin Sandra. Ringen stevig om
de vingers. Want een Marcellis is
nooit alleen. Dorothé: „Dat is ook
de reden dat ik per se in China wil
zijn. Op zo'n dag mag Dirk er niet
in zijn eentje voor staan."