Jan
Hagel diende als bewijs
Ponykamp op de manege van tante Corneli
1
Nieuwe raadkaart
ringrijden
PZC Zaterdag 26 juli 2008 1 1
Opnieuw uit de collectie van Hans Lindenbergh een kleurig beeld -des
tijds met de hand ingekleurd - van een stadje met water en schepen. De
vraag waar het om draait: om welke plaats gaat het? Nadere bijzonderhe
den over de situatie toen en nu zijn van harte welkom.
Oplossingen kunnen tot en met uiterlijk donderdag 31 juli, 09.00 uur,
worden gestuurd naar: Redactie PZC Buitengebied, postbus 31,4460 AA
Goes; fax 0113-315669; e-mail redactie@pzc.nl.
Onder inzenders van een goede oplossing worden als gebruikelijk drie
waardebonnen verdeeld.
door Rinus Antonisse
Kees Fase uit Sint-Annaland
bericht dat de kaart van
vorige week de Kade of
wel Quai in Sluis afbeeldt,
met zicht op hotel-café-restaurant
De Korenbeurs. „Een opname uit
1908."
Hij vertelt dat de vele cafés en res
taurants aan de kaai, 's zomers aan
trekkelijke terrassen opstelden.
„Links stond café Bellevue, ook
met terras." Fase wijst erop dat
Sluis al officieel vanaf 1290 een
stad is en in de late middeleeuwen
als voorhaven van Brugge deelde
in de welvaart. De niet te stoppen
verzanding van het Zwin maakte
daaraan een einde.
„Zicht op enkele huizen aan de
kop van de kaai", meldt W. Marte-
ijn uit Groede. „De tram reed aan
de linkse kant en waar nu een fri
tuur is, was de tramhalte. De hui
zen op de kop zijn nu in gebruik
als een café-disco en winkels."
Deze inzender herinnert aan de
strenge winters met schaatspret.
„Als de vaart genoeg ijs had om
op te schaatsen werd tegen de ka
demuur een houten trap gezet en
kon je via een loper naar het café
om een start- of aankomstbewijs
te halen voor een toertocht naar
Hoeke, Damme of Brugge. De Bel
gische schaatsers die vanaf Brugge,
Hoeke of Damme kwamen, koch
ten in Sluis een soort koek, Jan Ha
gel, die in een speciaal tasje op de
rug werd meegenomen naar Bel
gië als bewijs dat ze in Sluis waren
geweest."
L. Boidin-de Maree uit Oostburg
noemt als naam voor het grote ge
bouw links het Hof van Brussel
van E. Jansens-Beyaert. „De sche
pen van toen hebben plaats ge
maakt voor waterfietsen voor de
toeristen." D. E. Tollenaar uit Ter-
neuzen zegt dat hotel De Koren
beurs destijds werd uitgebaat door
de familie W. Dupunt-Scherrens
en nu staat er een damesmode
zaak. Hij attendeert op de trapjes
van de wal naar het water, 'waar
mee de burgers het was- en schrob-
water konden ophalen.'
Het gemeentebestuur van Sluis
verleende in 1906 een vergunning
'voor den verkoop van sterken
drank in het klein in de gelagka
mer, middenkamer en eetzaal' aan
Leo Heirman, schrijft D. Hollevoet
uit Sluis-Heille. „Na enkele malen
van eigenaar te zijn veranderd
kreeg in 1990 de familie D'Hoo-
re-Braat het eigendomsrecht en
hield De Korenbeurs op te be
staan. Na een ingrijpende verbou
wing opende in 1991 Couture Prin-
temps, dameskleding, de deuren.
Niet onvermeld mag blijven dat tij
dens de oorlogsdagen van najaar
1944 de kelder een toevluchtsoord
was voor vele Sluizenaren. Rechts
van Couture Printemps staat Bij ]o-
pie, een café. In het statige gebouw
rechts van de kade bevindt zich de
ABN-Amrobank. Tijdens de bom
bardementen in 1944 werd de op
de kaart zichtbare bebouwing zo
goed als helemaal weggevaagd."
Izaak Dierikx uit Cadzand-Bad en
Kees Stevense uit Middelburg mer
ken op dat de kaai in verbinding
stond met het kanaal naar Brugge,
in 1811 aangelegd in opdracht van
Napoleon door Spaanse krijgsge
vangenen. Het kanaal kwam tot
aan Hoeke en werd pas in 1853
doorgetrokken naar Sluis. Ook wij
zen ze op de drukte aan de kaai in
de bietentijd.
Stevense geeft aan dat De Koren
beurs al vóór 1900 Amerikaanse
toeristen en kunstschilders te loge
ren had. De Vlaamse auteur Stijn
Streuvels schreef er in 1922 een
boek. „Op een van de ramen
stond aangegeven Diners a Toute
Heure."
De waardebonnen gaan naar: A. C.
Reinhout, Breskens, I. de Wispelaere,
Sluis en J. Lamper, Goes.
■mè"A;*
0
•F-. ËmJw a
De PZC volgt in Buitengebied wekelijks
een echte ringrijfamilie: het gezin
Langebeeke uit Middelburg.
De familie rijdt bij de afdeling Gapinge.
door Maurits Sep
Wie heeft zijn cap gisteren in de
bak laten liggen? Marina Lange-
beeke kijkt eens rond in de kanti
ne van Stal Groot Prooijen waar
de deelnemers aan het ponykamp aan het
ontbijt zitten. Marina leidt het kamp en
geeft niet alleen paardrijles („Voltige, dres
suur, longeren, alles eigenlijk, ook ringrijden,
alleen springen doe ik niet graag"), ze zorgt
ook voor leuke activiteiten in de avond. Dat
kan ook weer iets met paarden zijn, of een
spel ergens buiten. „We gaan nog een dou-
anespel doen."
Marina leidt elke zomer de ponykampen op
Stal Groot Prooijen. Dit is haar vierde jaar.
Bijna was het dit jaar niet doorgegaan, maar
uiteindelijk was er toch net genoeg belang
stelling. Zes leerligen zijn er. Een leuk clubje,
vindt Marina. Ook al omdat ze ze allemaal al
kent. De deelnemers komen vaak op de ma
nege. „Ik vind het lekker om hiermee bezig
te zijn. En als die kinderen dan ook nog wat
leren is het helemaal leuk."
Het ponykamp is maar één van de vele activi
teiten op Stal Groot Prooijen, het bedrijf van
haar tante, Corneli Langebeeke, de zus van
Marina's vader Kees. Behalve een manege is
het ook een hengstenhouderij, opfokbedrijf
voor veulens en pensionstalling.
Corneli is elf jaar geleden met haar man,
Hans Goedhart, het bedrijf begonnen. „Met
twee pony's, een buitenbak en vijf buitenst
allen. Nu hebben we ook een longeercirkel,
binnenbak, binnenstallen en weides. We
zijn langzaam gegroeid en het is nu groot ge
noeg. Het moet wel te overzien blijven."
Corneli is net als haar broer Kees op het be
drijf geboren. Toen was het nog een ge
mengd boerenbedrijf Vader Langebeeke
(Kees senior) was jarenlang bedrijfsleider op
de boerderij, die van de weduwe van een
boer was. Uiteindelijk heeft hij het overgeno
men. „Ik heb zelf de landbouwschool gedaan
en op ons eigen bedrijf stage gelopen. Maar
er zat geen toekomst meer in de landbouw
voor ons", vertelt Corneli.
Als manege gaat het wel goed. Twintig hecta
re groot is Stal Groot Prooijen nu. Over enige
tijd raken ze wel zes hectare kwijt. De nieu
we N57 komt exact tussen het bedrijf en Mid
delburg te liggen en de weg snoept een flin
ke hoek af Corneli haalt haar schouders op;
er is toch niks aan te doen. Ruimte om aan
de andere kant uit te breiden is er niet, om
dat daar de Veerse Watergang ligt. Kees sr. is
nog dagelijks op Stal Groot Prooijen te vin
den. Bij de paarden natuurlijk. En hij heeft
er nog een hoekje voor zijn aardappels.