Buitengebied /V K 0 f a I V PZC Zaterdag 19 juli 2008 9 WiïKHm door riet en oeverlanden omzoomde smalle en bredere watergangen in plaats van gras liever distels en ander taai spul eten. Dat is voor een natuurbeheerder zeer wel kom. „We proberen ze in te zetten in combinatie met de Zeeuwse melkschapen die gras eten", ver telt Wink. Puur natuur is het allemaal niet. Een met gladiolen bezette lap grond valt uit de toon tussen de kracht van de natuurlijke weelde, evenals een lap bieten en enkele boomgaarden met strak op rij ge zette fruitbomen. Gek genoeg past de verlaten Roode Hoeve, met een bijna volledig ingestorte schuur, wel in het geheel. René Wink zocht uit waar die naam vandaan komt: de schuur was ooit rood ge verfd, met uit meekrap gehaalde Wandelen bij de Zwaakse Weel kleurstof Natuurmonumenten hoopt met een particulier tot een akkoord te komen over restauratie van het als monument aangemerk te woonhuis. Het bosje naast het erf is bewust intact gehouden. „Voor de buizerds, want die broe den er. Er is niks mooier dan jon ge buizerds. Laatst zag ik er zes te gelijk rondcirkelen. Dat is magni fiek", geniet Wink nog na. Natuur en landschap wedijveren in het Zwaakse Weelgebied met cultuurhistorie. Zoals bijzondere dierrassen. Bij de werkschuur loopt een kleine kudde van zeld- zam witrikken: zes koeien, vier kalfjes en één stier. Bij het geluid van een vrachtauto draven ze naar het hek. Kennelijk tuk op een uit- foto Willem Mieras stapje. In een andere wei verpozen Herefords zich. Rood-wit gekleur de koeien, die ook 's winters mak kelijk buiten kunnen lopen. De stichting Het Zeeuwse Trekpaard neemt met de robuuste werkpaar den een wei aan het Groeneweeg- je in beslag. In ruil daarvoor bewer ken ze enkele hectares akkerland voor Natuurmonumenten. Wink is er blij mee, het past volgens hem allemaal prima in de Zwaak se Weel. Het is alsof de tijd is te ruggezet: een met heggen om zoomde wei waarop trekpaarden grazen. Op een driepolderpunt prijkt een flinke grenslinde. Oók cultuur historie. Geplant op het punt waar de Zwaaksedijk, Kaneelpolderdijk en Oude Vreelandsedijk samenko men. Dat gebeurde indertijd met name in de Zak van Zuid-Beve land om een plek nadrukkelijk te markeren. Het is nog een vrij jon ge linde merkt Wink losjes op. „Ik denk zo'n 120 jaar oud. Het gaat niet zo hard." Nog meer historie. Een fluit kon digt de passage van de stoomtrein Goes-Borsele aan. De trein maakt gebruik van de voormalige 'bieten- lijn' die dwars door het gebied loopL Puffend trekt de oude loco motief een aantal rijtuigen achter zich aan. Ook dat beeld hoort er bij. Enkele wandelaars, onder wie een Vlaams gezin met forse rugzakken, verstoren het gevoel van rust en stilte niet. Dat doet wel een gieren de straaljager. De luchtmacht is pa raat. Langs het wandelpad een royale verscheidheid aan planten. „Als ik zo'n stukje zie - dat vind ik mooi. Die kleurschakering, de ruig te. Er is een enorm bodemleven, dat is goed voor de vogels. De slak ken zijn weer voor de egels. De bramen laten we groeien. Die zijn lekker en tafeltje-dekje voor de vo gels. Het hangt allemaal aan el kaar, het zijn allemaal schakeltjes. Die moeten er gewoon zijn", geeft Wink aan. Hij wijst op het Sint Janskruid ('daar maken ze rustge vende olie van'), grijze bijvoet ('dat helpt tegen blaren') en distels ('goed voor de putters, die er straks zaadjes uithalen'). Het is de samenhang van verschil lende natuurtypes en daarmee de grote verscheidenheid aan flora en fauna die het gebied voor hem zo bijzonder maken „Hier zit eigen lijk alles bij elkaar. En het mooie is dat je er ook als recreant gebruik van kunt maken." Maar de zoute natuur waarvoor Zeeland toch zo gekend is, dan? René Wink heeft zijn antwoord klaar. „We hopen volgend jaar inla gen bij Hoedekenskerke te kunnen inrichten. Dan is de zoute en brak ke natuur vlakbij." Zoals veel boerderijen op Wal cheren is de hoeve Molem baix bij Grijpskerke ver noemd naar een buitenplaats die hier vroeger in grote luis ter in het landschap lag. Mo- lembaix als naam is onbegrij pelijk, totdat je in het verle den gaat graven. Dan blijkt dat Molembaix (op z'n Frans) of Molembais, ook wel Mo- lembaas (op z'n Vlaams) een plaatsje in het Belgische Hene gouwen is. Als er dan een (Zeeuwse?) Lannoy trouwt met Catharina, enige dochter en erfgename van meneer Au- bin, de ambachtsheer van Mo lembaix, dan wordt het ge heel duidelijk. De Lannoy's, die een groot deel van de heerlijkheid Grijpskerke in be zit hadden en mettertijd ook heer van Molembaix werden, noemden hun buitenplaats naar het geërfde gebied in Bel gië. Vroeg in de 17e eeuw wa ren de Lannoy's verdwenen, en kwam Molembaix in bezit van de regentenfamilie Rey- gersberg. Toen Hugo de Groot op vrijersvoeten was en Maria van Reygersberg het hof maakte, zou dat allemaal gebeurd zijn op en om Mo lembaix. Het resultaat was be vredigend: op het stadhuis van Veere werden Hugo en Maria in de echt verbonden. De gedenksteen is er nog. En het verdere bewogen leven van het beroemde echtpaar behoort tot de canon van de vaderlandse geschiedenis. Lang hebben de Reygers- berg's Molembaix (landhuis plus hoeve) als 2e woning aan gehouden. Tot het geslacht in mannelijke lijn was uitgestor ven en het geld was geslon ken. Rond 1900 was de bui tenplaats zo bouwvallig dat hij afgebroken moest worden. Resteert nog de hoeve, met een hek dat nog aan de oude glorie herinnert. Gerard Smallegange ■M -TT- lh Werkschuur Natuurmonumenten -"Ma*-*** /V J Vlieguitpolder \f, Station "Kwadendamfrïe V D'll<en j?* Wandelroute Langeweegje Men-miterpad Spoorlijn f y—- Picknickbank ■0™ Vissteiger fill Parkeerplaats If i II lnfr\rmiflomn Parkeerplaats |QHJ Informatiepaneel Hl,,, ■■■I-MH P2C feflx Binicewici

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2008 | | pagina 91