Boeken
Stank en dood in Barcelona
V
Moordruil loopt uit de hand Verboden roeihormonen
BOEKEN KORT
PZC Donderdag 17 juli 2008 j 1 9
TROjE De Albanese schrijver Is
mail Kadare liet zich voor Het
monster inspireren door de my
the van Troje. De student wijs
begeerte Gent schaakt begin ja
ren zestig Lena, die door haar
ouders is uitgehuwelijkt aan een
ander. Albanië is nog communis
tisch. De vrouwenroof wekt net
zo'n grote verontwaardiging als
ooit de roof van Helena door Pa
ris. Gent leeft zich in in de my
the van Troje en herkent in een
constructie buiten de stad zelfs
het paard, dat de ondergang van
Troje inluidde. Kadare verweeft
heden en verleden, fantasie en
werkelijkheid. Het paard is het
symbool van de terreur.
Ismail Kadare - Het monster. Vertaling
Roel Schuyt Van Gennep,
19,90 euro
Anthony en Fa
bian, twee klasgenoten in Ecua
dor, raken innig bevriend. Ze
creëren een eigen wereld, waar
in verbeelding en werkelijkheid
moeilijk uit elkaar te houden
zijn. Samen gaan ze op zoek
naar de moeder van Fabian. De
ouders van Fabian zijn bij een
auto-ongeluk om het leven geko
men, maar de vrienden fantase
ren dat zij is opgenomen in een
kliniek voor mensen met geheu
genverlies. Hun tocht wordt
gaandeweg wonderlijker en uit
eindelijk schrijnend. De geheu
genkliniek is het debuut van Ja
mes Scudamore.
James Scudamore - De geheugenkliniek.
Vertaling Kees Mollema Podium,
18,50 euro
Hans Kilian
mengt in zijn fantastische vertel
lingen sprookjesachtige, gruwe
lijke en humoristische elemen
ten. Hij kiest daarbij vaak onge
bruikelijke uitgangspunten, zo
als in De draagtas, waarin een
plastic draagtas over zijn leven
vertelt. In het titelverhaal De
tocht door de duiuelsvallei gaat
een wonderlijk en internatio
naal gezelschap op ontdekkings
reis. Een fantastisch en van mis
verstanden doortrokken verhaal
dat zich beweegt van realistisch
naar sciencefiction.
Hans Kiiian - De tocht door de duivelsval-
lei. Servo, 15,95 euro
Ook de architect Caudi, die zijn leven wijdde aan het scheppen van de kathedraal Sagrada Familia was overtuigd van het lijden der mensheid: „Geloof me,
de dood is barmhartig, want die behoedt ons voor het zicht op de verschrikkingen van het leven en die van ons eigen werk." foto ANP
In De stad zonder tijd staan realisme en de
naakte strijd om het bestaan tegenover de
eeuwige magie van de Catalaanse stad. In
woners komen en gaan, worden geboren
en sterven soms gruwelijke doden. Barcelona
blijft, al komen er steeds nieuwe huizen op de
puinhopen van haar roerige verleden. Zo is de
stad eigenlijk gebouwd op dood, vuil en stank.
De verteller is een anonieme, tijdloze, seksloze
man, die onsterfelijk is en de groeiende last
van de stad op zijn rug torst om de eenvoudige
en schokkende reden dat hij alles van dichtbij
meemaakt. Hij voedt zich als een vampier met
menselijk bloed, maar zijn beet blijkt eerder
een verlossing dan doem.
Hij is de zoon van een hoer uit de vijftiende
eeuw en een geheimzinnige verwekker, aange
duid als De Ander. De Ander is een geestelijke
en zou dus het goede moeten vertegenwoordi-
j gen. Hij legt zich er daarom vooral op toe het
kwade, lees: ketters en andersdenkenden, te
vernietigen.
De verteller belichaamt, als onecht kind en als
man die zich voedt met menselijk bloed, het
kwade, maar Moriel speelt zo met de begrip
pen goed en kwaad, dat De Ander en de vertel
ler al snel van rol wisselen. De verteller is voor
al een toeschouwer, een getuige die tamelijk
machteloos toeziet hoe de geschiedenis zich
steeds weer herhaalt, zij het in talloze varian
ten. Oorlog, ziekte en dood zijn er de vaste be
standdelen van.
Als er één stad een ziel heeft, is het
Barcelona. Enrique Moriel heeft er
een roman over geschreven, waarin
geschiedenis, geloof en
filosofie samenkomen.
door Mieske van Eek
Zijn kwelling is des te erger, omdat de dood
hem geen verlossing uit het leven kan brengen.
Zo tekent de verteller de volgende woorden op
uit de mond van de architect Gaudi, die uitein
delijk zijn leven wijdde aan het scheppen van
een onsterfelijke kathedraal, de Sagrada Fami
lia. „Geloof me, de dood is barmhartig, want
die behoedt ons voor het zicht op de verschrik
kingen van het leven en die van ons eigen
werk. Onsterfelijkheid is de ergste gesel die ons
kan teisteren en ik heb medelijden met God
omdat hij die eveneens ondergaat."
Waar De Ander zich steeds meer ontpopt als
de moordenaar van vrijheidslievende en den
kende mensen, ontdekt de verteller dat hij wel
degelijk deel heeft aan de fundamentele waar
den in de wereld als liefde en trouw en dat hij
de vrijheid en het denken hoog acht. Moriel be
schrijft dat zo: „Nu de maan zovele malen is op
gekomen en ondergegaan is, weet ik dat ik
voor niets anders geleefd heb. De duisterste
waarheden zijn altijd de eenvoudigste. En toen
kwam ik erachter dat zelfs een kind van de dui
vel kan houden van een alleenstaand huis, een
hond en een meisje."
Het relaas van de verteller wordt afgewisseld
met de zoektocht van Marta Vives, een jonge
vrouw die rusteloos speurt naar de achtergron
den van een sterfgeval, dat nauw verbonden
blijkt met haar eigen herkomst. Zij is de telg uit
een geslacht van denkende mensen, die hun
liefde voor de vrijheid menigmaal met een ge
welddadige dood moesten bekopen. Zij is ge
schiedkundige en haar fascinatie voor haar vak
blijkt voort te komen uit en nauw verbonden
met de bewogen levens van haar voorouders.
Aan het slot van het boek komen de twee ver
halen krachtig samen en blijkt het noodlot on
ontkoombaar.
De stad zonder tijd is een weergaloze roman,
waarin de stad en zijn bewoners tot leven ko
men. Het is een ode aan de twijfel en het den
ken, waarin goed en kwaad op een verrassende
en heldere manier tegenover elkaar worden ge
zet en waarin ogenschijnlijk vaste waarden op
losse schroeven worden gezet.
Mooi is ook hoe de schrijver de geschiedenis
opneemt in zijn roman en hoe hij een licht
werpt op armoede en machtsmisbruik.
Enrique Moriel - De stad zonder tijd. Vertaling Heieen
Peeters, Karakter, 22,95 euro, 383 pagina's
Q Defio - Pitbull
Manteau, 19,95 euro
289 pagina's
door Mieske van Eek
Een van de sterkste
films van Alfred
Hitchcock is Strangers
on a train (1951), waar
in twee onbekenden in ge
sprek raken in een trein en
een van de twee voorstelt
voor elkaar een moord te ple
gen. Hoewel de ander het
voorstel afwijst, is hij korte
tijd later toch verlost van zijn
vervelende echtgenote en
wordt van hem als tegenpres
tatie verlangd dat hij de vader
van de dader doodt. De nieu
we thriller Pitbull van de
Vlaamse schrijver Deflo doet
aanvakelijk sterk denken aan
Hitchcock. Maar bij Deflo zijn
het twee dronken mannen
die elkaar in de kroeg ontmoe
ten, die een moordruil over
eenkomen. Als een van de
twee leest dat zijn minnares
echt is vermoord en haar
lichaam gruwelijk is toegeta
keld, schrikt hij zich dood.
Hij vreest dat van hem een te
genprestatie verlangd wordt.
Maar vanaf dat moment
loopt het verhaal totaal an
ders dan bij Hitchcock. De
moordenaar blijkt een groot
genoegen te beleven aan zijn
daad en ontpopt zich als een
seriemoordenaar. Deflo laat
hem in de ik-vorm aan het
woord en beschrijft zijn ge
dachten nauwkeurig. Dit re
laas wisselt hij af met de erva
ringen van de politiemensen
die op hem jagen. De politie
mensen, die de hoofdrol spe
len in de romans van Deflo,
zijn verre van onaantastbare
helden en worstelen tussen
het boeven vangen door met
hun eigen problemen. Pitbull
is bloedspannend en de ma
nier waarop Deflo de maat
schappelijke kwesties - kinder
mishandeling, corruptie - in
zijn boek verwerkt, is bewon
derenswaardig.
Ivo de Wijs en Theo Da-
nes: Olympische verzen.
Nijgh Van Ditmar. 72
pagina's, 14,90 euro.
door Mario Molegraaf
an gedichten ga je ril
len en trillen, huive
ren en huilen. Maar
er zijn ook een paar
dichters die je aan het lachen
maken. Het andere gezicht
van de poëzie, de joker, de
clown, de nar. Het gezicht bij
voorbeeld van Ivo de Wijs
(1945) en zijn neef Theo Da-
nes (1983).
Al eerder publiceerden ze on
der de titel Atletische Verzen
een verzenbundel over atle
tiek: 'Dit zijn - al klinkt het
overdreven De snelste ver
zen ooit geschreven!'
In hun bundel Olympische ver
zen kozen deze dichtende
roofdieren een makkelijke
prooi. Want haalt sport niet
het zieligste in mensen naar
boven? Als je zo'n beschilder
de voetbalsupporter ziet, ga
je ernstig betwijfelen of de
mens de top van de evolutie
is. De Olympische Spelen lij
ken een festival van de aller-
bespottelijkste sporten, van
snelwandelen en schoon-
zwemmen. De beide dichters
kunnen er geen genoeg van
krijgen. Van springpaarden
die óók spoorbomen bedwin
gen. Van schermers over wie
het heet: 'Eentje moest wel
tien keer prikken voor een
simpel blokje kaas.' Het ge
wichtheffen voor vrouwen
kunt u het beste overslaan,
vinden zij. Des te enthousias
ter volgen ze 'de hockeysport
al tijden, want hockeysters
zijn mooie meiden'. Ook leg
gen ze uit hoe je het hart van
een lange volleybalster op hol
brengt. Aldus: 'Zo vond ik op
die avond het geluk, ze koos
voor mij, want ik stond op
een kruk.' Verboden roeihor
monen? Deze dichterlijke do
ping mag in duizelingwekken
de dosis. Tot je lachspier alle
records heeft gebroken.