Sport
Ten Dam is niet bang voor de Tour
0-
U p»
Wielervrouwen houden niet van glitter en glamour
42 Vrijdag 4 juli 2008 PZC
Noorderling debuteert
op 27-jarige leeftijd in
Ronde van Frankrijk.
door Harm Vonk
DEN HAAG - Laurens ten Dam is de
minst bekende van de Nederlan
ders die dit jaar van start gaan in
de Ronde van Frankrijk. De nu
27-jarige Rabobankprof werd gebo
ren op een woonboot vlak bij Gro
ningen, woonde jarenlang anti-
kraak en rijdt een Chevy Van die
hij gebruikt als camper. De avontu
rier moet de komende drie weken
uitgroeien tot steun en toeverlaat
van Tourpretendent Denis
Mentsjov.
Het is dat Laurens ten Dam (Zuid-
wolde, 13 november 1980) de ko
mende weken een Tour de France
te verrijden heeft, anders wist hij
het wel. In geuren en kleuren ver
telt hij over de vakanties die hij
meemaakte, terwijl op de Franse
wegen om het geel werd gekoerst.
Op die momenten fonkelen zijn
ogen, slaat zijn stem even over.
Heel anders dan wanneer hij praat
over zijn ambities in zijn eerste
Tour. Natuurlijk weet Ten Dam
dat hij slechts voor één ding is
meegenomen in de bankiersploeg:
Denis Mentsjov helpen in zijn
jacht op de eindzege.
Vijf jaar geleden zag het leven van
Laurens ten Dam er heel anders
uit. Op 13 juli 2003 eindigde de
K etappe op de Alpe d'Huez. Het
was een warme zondag in de Fran
se Alpen, Ten Dam beleefde de
etappe in bocht zeven op de Ne
derlandse berg. Het was de dag
voordat de Tour uitdager [oseba Be-
loki kwijtraakte met een dijbeen-,
pols- en elleboogbreuk. Ruim een
week daarvoor had Ten Dam een
van zijn spaarzame overwinnin
gen behaald: hij, 22 jaar en ama
teur bij Rabobank, was de snelste
in 'La Marmotte', de zware cy-
closportieve wielertocht. „Maar ik
had óók problemen met mijn lies-
ader en ik wilde prof worden bij
Rabobank. Dat kon niet, dus ging
ik terug naar de amateurs van
Arend Scheppink." Hij was terug
bij af: zijn jongensdroom om prof
te worden leek abrupt te eindigen.
„Eén jaar lang had ik gefietst met
één-vierde been, omdat door die
vernauwde ader slechts een kwart
werd doorbloed. In oktober van
dat jaar ben ik geopereerd en van
af dat moment is het eigenlijk al
leen maar beter gegaan. Zonder
die operatie denk ik niet dat ik
nog had gefietst, maar eigenlijk
bleef de twijfel tot november van
2004, omdat toen pas bekend
werd dat Shimano sponsor werd
van de nieuwe profploeg van
Scheppink."
Die ploeg bleek de opstap naar
zijn jongensdroom, die overigens
niet zonder extra hindernissen tot
stand kwam. Na Shimano verkaste
Ten Dam naar Unibet, maar door
het geruzie tussen de UCI en de
ASO werd de ploeg geweerd uit de
ProTour. „Voor Unibet zou ik de
Tour rijden, maar dat ging dus de
mist in door de oorlog tussen de
UCI en de ASO."
Door zijn prestaties was Ten Dam
al verzekerd van een terugkeer
naar Rabobank, waar hij aan het
'Nu Thomas Dekker niet
rijdt, kan ik beste
Nederlander worden'
begin van het seizoen zijn rentree
maakte. Hoe snel kunnen dingen
gaan: „Vorig jaar was ik tijdens de
Tour met vakantie, op het strand
in Frankrijk aan de Cöte d'Azur."
Ten Dam plukt de dag, geniet van
het leven. Hij was afgestudeerd
commercieel econoom, woonde
antikraak met vrienden en nam
het leven zoals het kwam. Zoals
die vakantieweek in juli 2003. „We
stonden aan de voet van de Alpe
d'Huez, op de camping in Bourg
d'Oisans. Op de dag van de Tour
ben ik twee uur omhoog en twee
uur naar beneden gelopen naar de
Nederlandse bocht, bocht zeven.
Ik heb me er prima vermaakt: ker
mis en carnaval op één dag, alles
bij elkaar. Jahaa, als ik het voor het
kiezen had, zou ik in de Tour de
dag van Alpe d'Huez uitkiezen.
Nu is het nog maar de vraag of ik
het haal, haha."
Toch, met die vraag worstelt hij
niet. „Lichamelijk kun je je er op
voorbereiden, mentaal niet. Maar
ik ben niet bang voor de Tour. Ie
dereen zegt dat de Tour anders is
dan alle andere wedstrijden. Nou
ja, ik kijk wel. Het zal af en toe
best stress zijn, maar ik denk niet
dat ik me laat overweldigen: het
zijn immers dezelfde wegen, de
zelfde hotels als altijd. Ik ben 27
jaar oud en heb nooit de Giro of
de Vuelta gereden. In principe is
dat een nadeel, maar ik heb de leef
tijd, heb ook aangegeven dat ik
niet meer - via de Giro en de Vuel
ta - rustig wil worden gebracht. In
de Ronde van Zwitserland ben ik
tiende geworden, heb ik laten zien
dat ik het negen dagen achter el
kaar kan. Nu ga ik kijken of drie
weken haalbaar zijn. Nu Thomas
Dekker niet rijdt, zou ik misschien
de beste Nederlander in het klasse
ment kunnen worden, maar dat is
onbelangrijk. Als ik door mijn ei
gen ambities een kilometer min
der op kop kan rijden voor Denis,
heb ik het niet goed gedaan."
Laurens ten Dam (links) met zijn Nederlandse ploeggenoten Joost Posthuma, Bram Tankink, Pieter Weening, Koos Moerenhout en Sébastian Langeveld
aan de vooravond van de Tour. foto Eric Brinkhorst/GPD
Met kaplaarzen aan in
de stromende regen op
een eenzame berg.
Rijswijk - De voetbalvrouwen wa
ren de afgelopen maanden niet
van het scherm te krijgen. Het was
een en al glitter en glamour. Kom
daar maar eens voor bij het wiel
rennen.
„Daar sta je dan, in de stromende
regen, met kaplaarzen aan op een
godverlaten berg", beschrijft Ju
dith de longh, vrouw van
Quick-Step-renner Steven, een be
zoek aan de Ronde van Frankrijk.
„Ja, dat is bij voetbal of tennis wel
anders. Daar zit je op de eerste
rij."
Rennersvrouwen, ze blijven in de
schaduw. „Ik vind het prima, zo
op de achtergrond", zegt Edith
Moerenhout. Man Koos begint
morgen aan zijn zesde Tour. „Ik
zou het niet zo fijn vinden als
mensen van me denken dat ik al
leen maar in de PC Hooftstraat
loop te shoppen", zegt Vera van
Herpt, de vriendin van Bram Tan
kink. „Dat is toch het stereotype
beeld dat van voetbalvrouwen be
staat."
Ze hoeven niet zo nodig op de
voorgrond te treden. „Wielrennen
is toch meer Bram zijn ding", zegt
Vera. Edith: „Ik blijf liever op de
achtergrond. Ik denk sowieso dat
rennersvrouwen meer met beide
benen op de grond staan. De inko
mens bij de voetballers liggen ook
wat anders." Bovendien, kom
maar eens in de buurt van je man,
voor of na een koers. „Dat heb ik
afgezworen", vertelt Judith de
[ongh, „Zeker sinds Steven bij
Quick-Step rijdt waar het altijd
een gekkenhuis is rond de bus. Ik
ga er niet tussen staan als een grou
pie. Na afloop ben ik weg."
Sowieso is het niet de cultuur dat
vrouwen van wielrenners rond de
'Je moet je man goed
verzorgen en verder ver
uit de buurt blijven'
koers dicht bij hun mannen zijn.
„Zeker in België geldt dat nog. Je
moet je man goed verzorgen en
verder het liefst zo ver mogelijk uit
de buurt blijven", ervoer Judith.
„Belgische meiden hebben daar
geen moeite mee, die cijferen zich
gemakkelijk weg." Edith volgde
het NK afgelopen zondag vanaf
een camping langs het parkoers.
„Niks mis mee, hoor, maar er
wordt nooit iets geregeld voor de
vrouwen. Voetbalvrouwen, dat zag
je bij het EK, zitten op de eerste
rij. Wielrennen is gewoon een
beetje oubollig."
Ze heeft het ook maar opgegeven
kort voor of na de koers manlief
op te zoeken. „Dat levert alleen
maar stress op. Het is toch: hup,
de bus in. Dan kun je naar het ho
tel rijden, maar dan moeten ze
eerst gemasseerd worden, eten,
het heeft niet veel zin."
De Tour bezoeken doen ze wel.
De eerste keer ging Vera met een
paar vriendinnen naar Frankrijk.
„Gewoon wild kamperen, drie da
gen niet douchen, dat werk." Dit
jaar hebben ze een camper ge
huurd: „We gaan vooruit. Het is
heel gezellig, maar ik zie Bram dus
alleen maar even voorbijfietsen."
Edith bezoekt met haar ouders de
laatste Tourweek, ook met een
camper.
Judith beperkt het bezoek tot de
slotdag in Parijs. „Ook op bezoek
gaan tijdens rustdagen doe ik niet
meer. Het is niet te doen. Ie vliegt
de avond van tevoren erheen,
huurt een auto maar mag dus niet
in hetzelfde hotel als je man sla
pen. Op de rustdag zelf kom ik
daar aan met twee kinderen en
weet je dat je hooguit een uurtje
hebt om samen even koffie te drin
ken. Steven vond het ook niks. Die
voelt zich opgelaten als-ie weet dat
wij er zijn en hij eigenlijk amper
tijd voor ons heeft."