spectrum 4 van fietsclub naar machtige lobbyorganisatie PZC Zaterdag 28 juni 2008 ANWB Een groep jongeren uit de gegoe de middenklasse die hard willen fietsen over de paadjes tussen de weilanden en velden? Nee, dat vinden de boeren in Noord- Holland in 1883 maar niets. 'De kippen gaan van de leg, en de melk wordt zuur'. Dus proberen ze de fietsers op tal van ma nieren te dwarsbomen. Ze spannen linten over de weg, ze steken stokken tussen de spaken. Om zichzelf te beschermen richten de jon gens een club op, in Utrecht: de Neder- landsch Vélocipèdisten Bond. Er komen kaarten en plattegronden voor tochten om boze boeren te kunnen ontwijken. Een jaar later, in 1884, verschijnt voor het eerst De Kampioen en wordt de naam van de bond omgedoopt in de Algemene Neder landse Wielrijders Bond, de ANWB. Het is de tijd van de 'gentlemen', naar En gels voorbeeld, waar de jonge elite ook in de ban is van hard fietsen. „Het moest be schaafd, gezond en op amateurniveau zijn", zegt Peter Staal, verenigingshistori cus van de ANWB. „Die kenmerken ko men bij alle activiteiten van de bond nu nog terug." In 1898 wordt een opmerkelijke stap in de historie van de bond gezet: de wielren- sport wordt losgelaten. „Er werd gegokt en wielrenners gingen voor de prijzen. Dat was geen zuiver amateurisme meer", ver telt Staal. „De ANWB werd toerclub in plaats van wedstrijdclub." De bond groeit snel. Als in die tijd een nieuw model fiets op de markt komt, de betaalbare Rover Safety, is fietsen niet lan ger weggelegd voor notarissen en dokters, maar komt de tweewieler ook binnen het bereik van de slagers- en bakkersjongens. De elite stapt dan over op een nieuwe speeltje: de auto. Als de T-Ford in 1918 in massaproductie komt en een paar duizend gulden kost, wordt de auto betaalbaar voor de gegoede middenklasse. Vanaf dat mo ment richt de bond zich sterk op autover voer. Even ziet de ANWB in het vliegverkeer ook een markt: in 1910 gaat de ANWB zelfs de 'luchtvaart in', compleet met plan nen voor luchtkaarten. Doel is om, net als eerder bij de fiets en de auto, privévliegtui- gen breed te introduceren, maar de plan nen sneuvelen als in 1914 de KLM groot wordt met vliegvelden en massavluchten. De bond keert op zijn schreden terug, en kijkt daarbij vooral naar de Fransen. Waar de Engelse fietscollega's de auto als fout be stempelen omdat ze fietsers van de sokken rijden en voor stofwolken zorgen, sluiten de Fransen de vierwieler in de armen. De Franse tegenhanger van de ANWB groeit als kool, net als later de Nederlandse bond. In die jaren houdt de overheid zich nog af zijdig van 'de auto' en springt de ANWB in dat gat. In feite stelt de bond de aller eerste Wegenverkeerswet op: er komen verkeersborden en automobilisten wordt gesommeerd om rechts te rijden. Samen met Rijkswaterstaat wordt jaarlijks het Ne derlands wegencongres georganiseerd, wat in 1925 leidt tot de 'Groote Vergadering'. De snelwegen worden bedacht en op de landkaart worden strepen getrokken. De Ai, A2 en veel andere snelwegen zijn daar nog stille getuigen van. De bond pleit voor De ANWB bestaat op 1 juli 125 jaar. Hoe een belangenclubje voor fietsers uitgroeide tot een van de machtigste lobbyorganisaties. Wl door Rudi Buis tC Q p-"™-—<J foto boven: Een wegenwachter - motor met zijspan - ontfermt zich over verkleumde vogels, foto midden: Verkeersbord van de ANWB sommeert automobilisten rechts te rijden, foto onder: Dankzij de praatpaal is directe verbinding met de hulpdienst mogelijk. veel snelwegen, naar Italiaans voorbeeld waar de eerste autostrada opduiken: 'Via vita', de weg is het leven. Staal: „We wilden de tol afschaffen. Voor een ritje van Groningen naar Assen moest je veertien keer een dubbeltje tol betalen. Voor een ritje heen en weer betaalde je 2,80 gulden, en dat was veel geld in die tijd." Frappant genoeg speelt die discussie een eeuw later nog: de ANWB vindt het prima dat automobilisten betalen voor gebruik van de weg, zolang dat geld maar naar in frastructuur gaat. Oud-minister Tineke Ne telenbos van Verkeer, die tussen 1998 en 2002 op het departement de scepter zwaait, merkt al direct dat de bond na ruim een eeuw is uitgegroeid tot een in vloedrijke belangenorganisatie. Haar plan automobilisten op drukke knooppunten en bij de grote steden te laten betalen via tolpoortjes, sneuvelt na de actie Stop Reke ningrijden!, die de bond opzet. Sowieso ontstaan er in die jaren barsten in de sa menwerking: dat Netelenbos een einde heeft gemaakt aan het monopolie op be wegwijzering van de ANWB, zit de bond tot op de dag van vandaag niet lekker. De ANWB heeft 'heel erg veel macht', zegt Netelenbos. „Er wordt wel gezegd dat de bond een .semipublieke organisatie is, maar het is een grote commerciële club." Al in de jaren van Netelenbos is de "bond wél voorstander van een kilometerheffing waarbij de gebruiker betaalt naarmate hij of zij meer rijdt. Netelenbos: „Toen ik die plannen wilde in voeren, werkten ze tegen. Ze hadden er be lang bij om te kunnen participeren in de techniek. Dat levert ze een schat aan infor matie op die je kan verkopen. Alleen wa ren ze er toen nog niet klaar voor." De bond stelt, nu nog, alleen voor de pu blieke zaak te zijn opgekomen. Tolpoortjes zijn een belastingvorm, geen maatregel om de doorstroming van het verkeer te be vorderen, is het standpunt. Staal, die de dis cussie over de tolpoortjes intensief heeft gevolgd: „Al in de negentiende eeuw wa ren we actief met kennisontwikkeling. We wisten het ook vaak beter dan de over heid. Bovendien vertegenwoordigen we miljoenen leden, dus wordt naar je geluis terd." De verenigingshistoricus relativeert wel: „We hebben een bondsraad, die uit leden bestaat. Zij kijken kritisch naar alle plan nen. Primair zijn we een vereniging, en geen harde, commerciële organisatie." Feit is dat de ANWB vooral na de Tweede Wereldoorlog stormachtig groeit, naar 3,9 miljoen leden nu, en zijn machtspositie verder versterkt. In 1946 koopt de bond acht zijspanmotoren van de Canadezen en een aantal motorjacks, waar het logo van de bond op wordt genaaid. De eerste We genwachten rijden vaste routes, waarbij ze iedereen met pech helpen. Al snel schakelen ze ook op auto's over, want in de winter sterven de Wegenwach ten van de kou en zijn ze niet in staat om aan auto's te sleutelen. Eerst rijden de gele Eenden over de weg, de Deux Chevaux, later volgen de Renaults en Volkswagens. In i960 verschijnen de eerste gele praatpalen en dat betekent het einde van de vaste routes: voortaan weet de Wegenwacht waar de pechgevallen staan. Elke weggebruiker die hulp nodig heeft, kan die oproepen via de palen (die overigens eigendom zijn van Verkeer en Waterstaat). Wie hulp van de Wegen wacht wil, en niet van zijn eigen verzeke raar, moet lid zijn of ter plaatse lid wor den. Hoewel de ANWB zich op tal van terrei nen steeds meer manifesteert, van trauma helikopters en gipsvluchten tot lesprogram ma's over verkeersveiligheid, van magazi nes als Buitenleven en ANWB Golf tot reis organisaties als FOX en Pharos, blijft de Wegenwacht het gezicht van de organisa tie. Staal: „Het is onze ruggengraat." Die ruggengraat heeft de laatste jaren overi gens wel een flinke tik gekregen: pechhulp- concurrent Route Mobiel heeft tienduizen den leden van de bond afgesnoept. Omdat de ANWB ook het monopolie op beweg wijzering kwijt is, dringt de vraag zich op of de bond, die in ruim een eeuw is uitge groeid tot een machtige lobbyorganisatie met tentakels diep in de samenleving, aan macht inboet. Oud-minister Netelenbos is daar duidelijk over: om de bond kun je nog steeds niet heen. Het ministerie en andere, lagere overheden voeren permanent overleg met de organisatie. „Als ik de steun van de ANWB voor de tolpoortjes had gehad, stonden ze er nu."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2008 | | pagina 90