Nachtpauwogen gezocht
Toren overheerst
in oude ringdorp
Oostkapelle
PZC Zaterdag 28 juni 2008 1 7
door Chiel Jacobusse
Nachtpauwogen zijn spectaculair om te zien. Alleen
is het niet zo makkelijk uit te leggen waarom dat
zo is. De mannetjes zijn overwegend donkerrood
van kleur, terwijl bij de vrouwtjes het grijs over
heerst. In de bontgekleurde wereld van de vlinders nou niet
een kleurenpalet om lyrisch van te worden. Het is vooral de
tekening, met de grote, fel afstekende 'pauwogen' die de
nachtpauwoog zo bijzonder maakt. De rupsen zien er net
nadat ze uit het ei gekomen zijn maar gewoontjes uit. De ei
tjes worden soms apart, soms in kleine groepjes bij elkaar
gelegd en daaruit ontwikkelen zich vanaf de tweede helft
van mei de rupsjes. Net na hun geboorte zijn die overwe
gend zwart gekleurd, met een klein beetje oranje tekening
erin. Aanvankelijk blijven ze vaak als groep bij elkaar, maar
al snel beginnen ze zich te verspreiden. En dan duurt het
niet lang of de rupsen worden erg mooi van kleur en teke
ning, zoals de bovenstaande foto laat zien.
De rupsen richten in bramen en frambozen nooit echt scha
de aan. Ze eten wat van het blad, maar de vruchten worden
met rust gelaten. Geen enkele reden dus om ze te bestrij
den. De rupsen zitten in het buitengebied het liefst op zon
beschenen dijktaluds of in warme slootkanten en daar is de
dauwbraam de favoriete voedselplant.
In augustus zijn de rupsen volgroeid en dan zoeken ze een
rustig plekje op om te verpoppen. Vanaf eind april in het
volgende jaar zijn de rupsen verpopt en zijn de volwassen
vlinders weer te bewonderen. Die vliegen een enkele keer
overdag, maar overwegend zijn het nachtdieren, die over
dag doodstil tussen de vegetatie zitten. Net als heel veel an
dere insecten sporen de mannelijke vlinders een partner op
met behulp van hun reukorgaan. De vrouwtjes van de
nachtpauwoog scheiden lokstoffen af, de feromonen. Het
was de Franse entomoloog Jean Henri Fabre die het be
staan van feromonen min of meer bij toeval ontdekte door
experimenten met nachtpauwogen.
De mannetjes van de nachtpauwoog kunnen de vrouwtjes
tot op een afstand van vele honderden meters ruiken. Het
reukorgaan zit in de gekamde voelsprieten die de manne
tjes aan weerszijden van de kop hebben. Nadat het bestaan
van feromonen bij nachtpauwogen ontdekt was, werd het
vastgesteld bij heel veel andere insecten en tegenwoordig
spelen dergelijke lokstoffen een belangrijke rol bij biologi
sche bestrijding van verschillende plaagdieren.
Het Zeeuwse Landschap is - samen met de Vlinder en libel-
lenwerkgroep Zeeland - bezig aan een provinciebrede inven
tarisatie van de nachtvlinders. Daarbij wordt veel aandacht
besteed aan de soorten die typerend zijn voor Zeeland.
Daar hoort de nachtpauwoog zeker bij. De aanwezigheid
van de soort is het makkelijkst vast te stellen door het zoe
ken naar rupsen. Maar met een beperkt netwerk van vrijwil
ligers krijg je dan natuurlijk geen compleet beeld. Daarom
roepen we graag uw hulp in om het beeld compleet te krij
gen. Mocht u de rupsen van de nachtpauwoog ontdekken
in de tuin, dan ontvangen we daarvan heel graag bericht.
Waarnemingen kunnen worden opgestuurd naar Anton
Baaijens (famba@zeelandnet.nl) of naar Chiel Jacobusse
(chiel_jacobusse@hotmail.com). Iedereen die een waarne
ming instuurt krijgt te zijner tijd een compleet overzicht
van alle gemelde rupsen. We wachten vol spanning af
Een rups van de nachtpauwoog foto Chiel Jacobusse
De PZC sponsort stichting Het
Zeeuwse l andschap. In Natuur-
joumaal gaat hoofd ecologie
Chiel jacobusse wekelijks in op
wal er aan de orde is in de
Zeeuwse natuurgebieden.
De rupsen van de nacht
pauwoog leven van struikhei-
de. In Zeeland zou je ze daar
om niet zo snel verwachten.
Maar het tegendeel is waar.
Zeeland is een bolwerk voor
nachtpauwogen, samen met
heideachtige streken als
Drenthe, de Veluwe en
Noord-Brabant. Niet heide,
maar bramen en frambozen
vormen hier het voedsel.
tekening Adri Karman
Vanaf een afstand bezien valt de grote toren van ringdorp
Oostkapelle onmiddellijk op. Het komt meer voor in de pro
vincie dat met name oudere dorpen over naar verhouding
forse torens - en soms ook kerkgebouwen - beschikken. Ze
zijn doorgaans eenvoudig van vorm: rechtuit, rechtaan. Ver
sieringen die latere torens kenmerken, ontbreken veelal. De
torens werden neergezet door de lokale ambachtsheer, die
daarmee indruk wilde maken op zijn omgeving. De toren
van Oostkapelle dateert uit het laatste deel van de veertiende
eeuw; de kerk uit het begin van de vijftiende eeuw. Die was
aanvankelijk gewijd aan Sint-Willibrord. Brand en storm zor
gen in de zestiende eeuw voor vernielingen. Vijftig jaar gele
den werd de kerk ingrijpend gerestaureerd. Minstens zo in
drukwekkend zijn rond Oostkapelle de buitenplaatsen als
Hoogduin, Overduinen en Zeeduin. Landgoederen van rijke
lieden uit met name Middelburg, temidden van de rijk bebos
te Manteling van Walcheren.