spectrum Met wie zijn we solidair. RUDEN RIEMENS FOTOGRAFIE achteruitgang PZC Zaterdag 21 juni 2008 Op het J.F. Kennedy-vliegveld in New York zijn alle vluchten vertraagd we gens een felle onweersbui, die opstij gen gevaarlijk maakt. Ik zit naast een oudere vrouw met wie ik in gesprek raak. Zij komt uit Peru en reist terug naar Lima. „Heel ver velend", zucht ze, „ik mis mijn aansluiting. En dan moet ik weer overnachten voor ik verder kan rei zen." Ons gesprek komt op natuurverschijnselen zoals onweer, tornado's, windhozen, overstromingen en aardbevingen. Ze vertelt hoe in de jaren zeven tig in Peru een geweldige aardbeving heeft plaats gevonden. „We zijn nog steeds bang voor een her haling", zegt ze. „Ér is toen zoveel verwoest, we zijn nog steeds angstig dat de aarde weer gaat schudden." Ik vertel over de storm die in 1953 in ons land veel slachtoffers heeft geëist en dat er nadien allerlei waterwerken zijn gemaakt, waardoor herhaling niet waarschijnlijk is. Zo komen we op de klimaat verandering, de stijging van de zeespiegel en de verspilling van energie, waar ze in de Verenigde Staten jarenlang met hun pet naar hebben ge gooid. Supergoedkope benzine, centrale verwar ming die op de hoogste stand werd gezet, waar door men weer gezellig de ramen opengooide...! „Wanneer er geen benzine meer is om in onze au to's te gooien, moeten we weer terug naar het paard!", zegt mijn vriendin voor de duur van de vertraging, „en dat is in Peru nog niet eens zo lang geleden dat we per paard reisden!" De stem door de luidspreker verkondigt het eind van de thunderstorm, we mogen onze diverse vluchten over de aardbol vervolgen. We nemen hartelijk afscheid, we zullen elkaar wel nooit meer tegenkomen, maar het was een aangename ont moeting. In de op de slaapstand geklapte vliegtuig- stoel filosofeer ik nog een poosje door over het hergebruik van het paard als vervoermiddel. En wanneer ik tevreden heb vastgesteld, dat het maar goed is dat ik ooit leerde paardrijden, zodat ik dan geen aanpassingsproblemen zal ondervinden wan neer ons vervoer bij gebrek aan benzine in de toe komst per paard zal gaan, val ik in een diepe slaap. Zo slaap ik tijdens de vlucht over de Atlantische Oceaan, iets wat mijn medereizigers allemaal dood normaal schijnen te vinden. Om mij heen snurkt het er vrolijk op los, het is werkelijk ongelofelijk hoe snel de mens zich aanpast aan het wonder van het vliegen hoog boven oceanen. Terug in het vaderland worden we direct volledig opgeëist door het Europees voetbalgeweld. Ik heb te doen met de spelers die verliezen. Ik bel met mijn Turkse vrienden en leef mee met hun wed strijd tegen Tsjechiëdie op het laatste ogenblik nog in een 3-2 stand eindigde. Mijn vriend vertelt over de gesprekken met zijn twee kinderen, die hun vader bevragen over zijn standpunt, wanneer Nederland in de finale tegen Turkije zou uitko men. „Voor wie ben jij dan pappa!" Mijn vriend krabt zich de kop. „Eh...ik denk voor Nederland." Zijn kinderen zijn gerustgesteld. Maar uit solidariteit met mijn Turkse vriend, zit ik voor de buis lekker hard mee te juichen wanneer Tur kije op het nippertje van Tsjechië wint. En wan neer het in de finale werkelijk tot een confrontatie tussen Nederland en Turkije mocht komen...tja, dat zien we dan wel weer!

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2008 | | pagina 105