Mosselsector En toen viel de grauwsluier.. 'Hard zaad is het beste, dat is sterk en hongerig' Zaterdag 14 juni 2008 21 De haven van Philippine in de vorige eeuw, rechts restaurant Wiskerke. 'Een keer door natuurbewegingen en een keer door bewegingen van de natuur' Joachim Schot: „Ons hele bedrijf is aan het innove ren. Dat gaat uit van de kwekerij op Neeltje Jans. Die invanginstallaties moet je zien als een aanvulling op de bodemzaadvisserij. Deze installaties leveren een fractie op van een dag je op de Wadden. Het in vangen is ook erg arbeidsin tensief en gaat gepaard met hoge kosten in vergelijking met de klassieke zaadvisse rij. Een alternatief voor de hele sector kan het niet worden of je moet de hele Waddenzee en de Ooster- schelde volleggen met bui zen. Nou, dat kan dus geen vervanging zijn." Jaap Schot: „Voor het invan gen hebben we twee loca ties op zee en twee in de Oosterschelde. Dan heb je het over vijfentwintig bui zen van uo meter. De ver gunningen daarvoor zijn overigens na drie jaar nog niet definitief Dan is het toch moeilijk investeren. Nee, het wordt elk jaar min der. Nu willen ze weer veer tig onderzoeksvakken. Die gaan ook weer van je perce len af" „Zaad van droogvallende platen, dat blijft het beste. Dat heeft een uur of zes in het zonnetje gelegen. Dat is sterk en hongerig. Hard zaad noemen wij dat." Philippine zo het nu is met links de kerk en roeperingen en een lankmoedig Haagse beleid onder vuur is komen te liggen, vindt Barbé spijtig, maar vooral onte recht. Hij kan zich moeilijk voorstellen dat de mosselsector moedwillig de das wordt omgedaan. „Ik acht dat eerlijk ge zegd niet mogelijk. Als je weet dat de he le sector slechts twee procent van de Waddenzee in gebruik heeft, dan kan ik me echt niet voorstellen dat we ook die nog moeten inleveren." Als de natuurbe wegingen hun zin krijgen en de sector gaat ter ziele, dan is voor Barbé de cirkel rond. Dan heeft hij twee keer meege maakt dat in Zeeland een lokale econo mie, die draaide om de mossel, om zeep is geholpen. „Een keer door natuurbewe gingen en een keer door bewegingen van de natuur." Met het laatste refereert hij aan Philippine. Ooit de eerste Zeeuw se mosselstad. De mosselhandel in Phi lippine kwam tot bloei dankzij de Bel gische Opstand in 1830. De verdragen die na de scheiding der Nederlanden werden getekend bepaalden dat het aan landen van mosselen in Boekhoute Ha ven niet meer mocht. Het gevolg was dat veel Vlaamse kwekers zich in Philippine vestigden. Hun nering verhuisde mee. Een gouden handel was het evenwel niet. De Braakman mocht dan ideaal zijn voor de teelt, de zeearm verzandde echter en wel in zo'n tempo dat de schelpdierenteelt al bedreigd werd voor ze goed en wel tot bloei kwam. Tussen 1845 en 1918 werden in het Braakmange- bied 15 polders ingedijkt. De haven van Philippine kon alleen gered worden met een nieuwe verbinding met open zee, een kanaal. Dat kwam er uiteindelijk ook. In 1900. Na de opening van het ka naal en de nieuwe haven beleefde het dorp een glorietijd. Werden er in 1895 70.000 balen mosselen verhandeld; in 1911 waren dat er ruim 130.000. De plaat selijke vereniging van handelaren Phi- mos deed gouden zaken. „De lokale eco- rechts restaurant Wiskerke. nomie werd in die jaren volledig bepaald door de mosselsector. Iedereen verdien de eraan en als er geen mosselen waren, dan werd er lamsoren geoogst, garnalen gepeld en noem maar op." Achtereenvol gens kwamen de mosselziekte, de Twee de Wereldoorlog en de afsluiting van De Braakman in 1952. „Het was gedaan met alles. Ik weet nog dat na de afsluiting van de zeearm jarenlang een grauwsluier over het dorp hing. Honderden gezin nen moesten noodgedwongen op zoek naar andere bronnen van in komsten. Gelukkig boden de 4000 hectare jonge Braakman polders voor een aantal men sen een alternatief. Die gingen boeren, werden fruittelers. An deren trokken naar Yerseke, naar Den Oever, die bleven de sector trouw. Weer anderen vonden uiteindelijk werk in de fabrieken in de Kanaalzone. De familie Wiskerke kon de Mos- selbanken nog tot in de jaren '70 gebruiken om mosselen te verwateren. Voor die familie vormde dat be zit de basis om een horeca-im- perium uit te bouwen. Ande ren sprongen daar op in, zodat Philippine nog altijd naam maakt als mosselstad. Nu door de restaurants. Gelukkig kon Philippine als gemeenschap een omschakeling maken. Voor foto Peter Nicolai Yerseke geldt dat veel minder. Verdwijnt de mosselsector, dan is-ie echt weg..." Donkere wolken pakken zich samen boven Yerseke. De mosselsector wordt in zijn bestaan bedreigd. Een kort mensenleven geleden werd een andere Zeeuwse mosselplaats, Philippine, al eens getroffen. Een terugblik met pijnlijke parallellen. door Conny van Gremberghe De naam Barbé is onlosmake lijk verbonden met de mossel sector. Toen de vereniging van Zeeuwse mosselhandel aren 'De Mosselhandel' bij hem aanklop te met de vraag of hij voorzitter van de belangenclub wilde worden, was Ron Barbé als geboren en getogen Philippine- naar gestreeld. „Mosselen zijn natuurlijk een pracht product, lekker, gezond en ge wild en de sector zeifis een bedrijfstak die zichzelf serieus acht. Aan de weg tim mert, naar buiten toe, maar vooral ook naar binnen toe, want geloof maar dat er binnen de bedrijfstak de voorbije jaren innovaties hebben plaatsgevonden." Dat de sector nu door toedoen van milieug-

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2008 | | pagina 121