5 spectrum
Niets aan de hand
RUDEN RIEMENS FOTOGRAFIE
'waterweg'
Marjan
Berk
PZC
Zaterdag 31 mei 2008
Af en toe lopen de zaken uit de hand. Je
voelt je de bestuurder van een auto met
een lekke linker achterband en probeert
hardnekkig je voertuig zonder slingeren
op de weg te houden tot de volgende
ANWB-paal. Maar slingeren doe je!
Zo gleed vorige week mijn complete sleutelbos uit
mijn jaszak toen ik in een taxi op weg was naar
een afspraak. Pas 's avonds verwilderd in mijn tas
zoekend ontdekte ik, dat ze weg waren. Mijn trou
we hulp Fatima gebeld, die kwam aangesneld en
mij toegang tot mijn woning verschafte, waar
ogenblikkelijk de zoektocht naar die bos toegangs
verschaffers werd ingezet. Dit alles hield mij aan
de grond, en na zenuwachtig rondbellen hoorde
ik van de taxicentrale dat de chauffeur zo slim was
geweest mijn sleutelbos in een brievenbus te depo
neren. Hierop volgde een Kafkaiaanse tocht naar
de afdeling gevonden voorwerpen van de Amster
damse politie, waar je dan wordt geconfronteerd
met twee enorme opprikborden met gevonden
sleutelbossen! „Het kan twee tot drie weken du
ren, tot ze hier terecht komen!", riep de balie
agente, zodat ik maar begon aan het laten kopië
ren van mijn sleutels. Dat had veel voeten in de
aarde, want de ene sleutel mag wel en de andere
niet worden gekopieerd zonder toestemming van
de huisbaas. Om de boel nog ingewikkelder te ma
ken viel 's avonds de telefoon uit. Stil. Dood. Niks
meer. En dat is het moment dat je het mobieltje
de hemel in prijst. Hoe heeft de mens ooit zónder
mobieltje geleefd? Net als de keukenrol, volgens
een van mijn zonen dé uitvinding van de twintig
ste eeuw! Pas op maandagochtend kreeg ik assis
tentie van een technische KPN-mijnheer, die met
veel geduld, tact en zelfbeheersing deze ouwe digi
beet door haar telefooncentrale leidde. „Ziet U een
wit doosje?", riep hij. Ik zag geen wit doosje.
„Toch moet er een wit doosje zijn!" Na buitenge
woon lang speuren met mijn mobiele telefoon in
de hand en de technische KPN-mijnheer aan de
andere kant van de lijn vond ik een wit doosje.
Daarna moest ik mijn helper even loslaten, want
ik moest drie stekkers lostrekken. „Re-setten!",
riep de mijnheer uit de verte. En waarachtig. Het
lukte. Ik ben weer bereikbaar. En ik kan mijn tele
foonverbinding voortaan ook 're-setten'!
Na deze mentale en technische overwinning ging
ik weer verder met leven. Waarbij ik bij het wegrij
den een scooter met lief jong meisje op haar rem
liet trappen, het natte wegdek deed haar onderuit
glijden en daar was de derde ramp. Nu geldt bij
ons in de familie het credo 'zolang er geen dooien
en gewonden vallen is er niets aan de hand!' Hier
was een geschramde knie en een scheur in de spij
kerbroek het resultaat, laten we spreken van een
licht gewonde. Gelukkig was daar aan het eind
van de dag het kleine concert door Thomas Quast
hoff, wereldberoemde bariton in de Kleine Zaal
van het Concertgebouw ter gelegenheid van het
afscheid van Pieter Alferink, die zijn concert-mana
gement overdroeg aan zijn opvolger Theo van den
Bogaard. En de manier waarop Quasthoff vijf
Schubertliederen zong met Justus Zeyen aan de
piano, deed ons weer verzoenen met het leven.
Sleutels, telefoonverbindingen en verkeersvergis-
singen..., zolang er zo wordt gezongen is er niets
aan de hand!