Altijd al een strateeg öm wen&aal - venraai 15 Donderdag 29 mei 2008 door ondine van der Vleuten Scarlett Kwekkeboom. Een naam die blijft hangen. Ook de vrouw erachter is bij fotografie Martine stig zonder. In de vakanties trekt ze er met haar Honda VFR en een tentje op uit, de bergen in. Ondernemend, strijdlustig is ze. „Als kind was ik altijd de beste met sporten. Als ik verloor, tranen in mijn ogen. Dan smeet ik met de deuren." Geen vrouw van regels. „Die beperken me in mijn doen en laten en daar heb ik een he kel aan." In 2001 werd zij Zakenvrouw van het Jaar door de wijze waarop ze haar bedrijf Istimewa Elektro leidde. Dit jaar verkocht ze haar bedrijf. De toekomst ligt open. Haar Zuid-Bevelandse tongval is onmiskenbaar. Ze lacht, diep in de keel. „Jaaa, ik ben een geboren en getogen Zeeuwse. Mijn vader is van Heinkenszand, mijn moeder van 's-Heerenhoek, daar heb ik het .dialect van overgenomen." Haar moeder was een ondernemend type. „Ze heeft over de hele wereld gereisd en on der meer op de Wereldtentoonstelling in Amerika gewerkt. Kort daarna leerde ze mijn vader kennen. Na hun trouwen, halver wege de jaren zestig, namen ze op Heinkens zand 't café van Sofietje over. De gemeente raad vergaderde daar altijd, want op het ge meentehuis werd geen alcohol geschonken. Op zondagochtenden kwamen de kerkgan gers na de dienst hun borreltje drinken. Ja ren later nog, toen het café al lang gesloten was en mijn moeder er een slijterij dreef, stapten ze na de preek nog de keuken in." „Omstreeks 1970 begon mijn vader een elek triciteitswinkel. Wasmachines, lampenkap pen, dat soort dingen. Daarbuiten werkte hij voor bedrijven." Nadat Scarlett Kwekkeboom („Nee, niet van de kroketten!") verkozen was tot Zaken vrouw van het Jaar, is haar meermalen de vraag gesteld wat iemand nu een goede on dernemer maakt. „Dan zeg ik: kansen zien en pakken voor een ander het doet." Ook in dat opzicht gaf haar vader het goede voor beeld. „Het Sloegebied was in die tijd volop in ontwikkeling. Dus wat deed mijn vader? Hij stapte op zijn brommertje om werkop drachten binnen te slepen." Een van de bedrijven die hij oprichtte, was Istimewa Elektro. Dat is Maleis voor: bijzon der, het beste. En Scarlett, die als kind zeven dagen per week fanatiek sportte, was in alles het beste. Met hardlopen sneller dan de jon gens. „Met handballen moest ik maar in het doel gaan staan, want ik gooide veel te hard. Zwemmen, judo, handbal, turnen...alles deed ik even fanatiek." Dan zeg ik: „Kansen zien en pakken voor een ander het doet." Eigenlijk wilde ze maar één ding: sportleraar worden. Maar het was destijds nog niet zo makkelijk om aangenomen te worden op één van de drie opleidingen die er waren. „Toen ik in 3 en 4 mavo eindelijk in de lo ting kwam, werd ik uitgeloot. Iets met mijn creativiteit, dan maar, dacht ik. Zo kwam ik bij mode/kleding/commercie terecht. Daar na ging ik verder met Hoger Economisch Onderwijs, richting Voorlichting, want ik leerde graag. Toch iets creatiefs, dacht ik. Zo ben ik van het ene in het andere gerold." Toen ik in 1991 klaar was met school wilde ik een sportketen opzetten. Mijn vader zei: Scarlett, kom eerst maar eens bij mij wer ken." Als ze over de periode daarna praat, wordt de zakenvrouw emotioneel. „Het is hem bo ven het hoofd gegroeid, dat weet ik zeker. Hij had alleen lts gedaan. In de jaren '70, '80 gingen mensen anders om met personeel, met het milieu, alles was anders dan nu. Ik had toen geen bedrijf kunnen runnen en mijn vader in deze tijd niet. Organisatorisch was het heel lastig om alle touwtjes in had den te houden. Hij is het overzicht kwijtge raakt, het ging allemaal te snel. De FIOD deed een inval, hij werd beticht van het niet afdragen van sociale premies en belastingen. Kort daarna is hij overleden. In mei 1993. Na zijn dood bleken er miljoenentekorten te zijn. De blauwe enveloppen van de belasting dienst stroomden langs alle kanten binnen." „Omdat ik in het bedrijf werkte, als enige van het gezin, en de oudste was, voelde ik me verantwoordelijk. Ik zocht uit wat er nou precies aan de hand was en ging plan nen maken. Maar de problemen waren gi gantisch. Na een jaar heb ik een heel emotio nele brief aan de belastingdienst gestuurd, uit het hart geschreven. Dat ik alles gepro beerd had om dit bedrijf overeind te hou den, alles geliquideerd, bedrijven gesloten, mensen ontslagen, problemen met de vak bond gehad, overal geprobeerd geld te gene reren en in kosten te snijden. Ik had nog één groot probleem en dat was die belasting dienst. 'Moet ik nu die laatste zestig, zeven tig man óók op straat zetten, of kunnen we tot een akkoord komen?' Dat had ik in die brief geschreven." „Ik mocht langskomen. Al leen. En toen werd er tegen me gezegd: 'Jul lie zijn een criminele organisatie en jullie moeten failliet.' Ik ben opgestaan, heb ze een hand gegeven en ben weggegaan. Op de parkeerplaats tussen Antwerpen en Breda ben ik gestopt. Daar heb ik gehuild. En toen dacht ik: en nu gaan we het op mijn manier doen. Nu is het klaar." Faillissement aanvragen was de enige uit weg. „Het bedrijf werd verkocht en als 'tech nische divisie' onderdeel van een handelsfir ma. Twee jaar later, in 1996, besloten ze dat ze ervan af wilden. Ik wilde het eigenlijk wel weer terugkopen. Als jij dat wil doen, moet jij dat doen, zei mijn man. En toen heb ik het teruggekocht, na de nodige inspannin gen om aan geld te komen. Ik heb een paar miljoen betaald om iets terug te krijgen wat ooit van de familie was. Zuur, maar ja. Vanaf dat moment kon ik mijn eigen ding gaan doen." „Er werden toen nog weinig bedrijventerrei nen ontwikkeld. Ik heb op een gegeven mo ment gezegd waarom doen wij geen bedrij venterreinen? Die werden overal aangelegd. Vervolgens ben ik paaltjes uit gaan zetten om te kijken of ik daar tussen kon komen en dat heeft weer een hoop werk gegenereerd. We hebben in het Sloe diverse grote op- en overslagterreinen voorzien van alle onder grondse en bovengrondse infrastructuur. Dan is het de kunst er bij zo'n klant op tijd binnen te zitten. En dat lukte. Net als met de bruggen. Wij hebben het lef gehad om te zeggen: wij gaan bruggen installeren. Be weegbare bruggen waar alle technische in stallaties opzitten: voor de bediening, de communicatie rond die brug, de verkeerssei- nen voor scheepvaart en land, de slagboom installaties. We hebben alle bruggen over het Kanaal door Walcheren gedaan, de rol- brug in Bruinisse geautomatiseerd, we doen onderhoud voor fabrieken, voor Heerema hebben we vorig jaar een boorplatform opge leverd waar 2000 manuren inzitten. De laat ste jaren werken we steeds vaker internatio naal." Ik heb een paar miljoen betaald om terug te krijgen wat ooit van de familie was. Zuur, maar ja „In 2001 ben ik zakenvrouw van het jaar ge worden. Dat is een enorme boost voor het imago van Istimewa Elektro en je positie op de markt. Het eerste jaar was ik alleen maar interviews aan het geven." „Toen ik zakenvrouw van het jaar werd, gin gen we net een grens over met Istimewa. We hadden tegen de 100 man personeel. In 2002 hebben we de grens van 12 miljoen om zet bereikt en de afgelopen twee jaar hebben we ruim 20 miljoen gedraaid met 140 man vaste mensen en tussen de 20 en 40 inge huurde." „Ik ben altijd een strateeg geweest. Je bent verplicht, ook aan anderen, om na te den ken over de toekomst. Ik heb zelf ook uitda gingen nodig. Als dan op een gegeven mo ment het bedrijf draait ga je je afvragen: Wat wil ik nou zelf nog? Waar kan ik nu mijn in spiratie vandaan halen? Is het voor het be drijf wel niet veel beter om onder een groot concern te hangen? Ik heb geen kinderen, wie gaat op termijn mij opvolgen? En als ik nog eens wat anders wil, wanneer is dan het goede moment? Als dat over vijf, of tien jaar is, is er dan ook een koper en gaat het dan ook zo goed met het bedrijf? Dat zijn alle maal vragen die je jezelf moet stellen. De laatste jaren stonden er steeds vaker bedrij ven op de stoep die zeiden: wij willen jou wel kopen. Op 1 november 2007 heb ik de knoop doorgehakt en het bedrijf verkocht aan Stork. Ik ben nog directeur, maar dat zijn we aan het afbouwen. Over mijn toe komst ben ik me nu aan het beraden. Het zal iets zijn op het snijvlak van coaching, per formance en image-building, communicatie en presentatie. Misschien wel terug naar de mode- en kledingopleiding. Zou zo maar kunnen."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2008 | | pagina 91