Geld en werk Wanneer shoppen een verslaving wordt ÏVa Houden we echt van oud m sSséSi 1 6 Dinsdag 27 mei 2008 PZC BELEGGEN IM WEELDE door Bert Bakker Het idee dat alles bijna verbrand was, prikkelt verbeelding Op de voorpagina van mijn ochtendkrant stond veer tien dagen geleden een foto van een man, elegant ge kleed in een lichtblauw pak met helgele das en uitge dost met een grote strohoed, die tussen meer sjofele types kijkt naar wat oude meubels die op straat staan uitgestald. Op de foto lijkt hij een trotse vader, die op weg naar de huwelijks voltrekking van zijn oudste dochter verzeild raakt op een rom melmarkt. Een bizarre foto. Als je beter keek, herkende je in de elegante man minister Ronald Plasterk. Daags na de brand in het gebouw van de Delftse bouwkunde- faculteit stond hij bij de stoelen van beroemde architect-ont werpers die onderdeel waren geweest van een tentoonstelling in het universiteitsgebouw. Volgens de eerste berichten zou die hele, tweehonderd meubels tellende, collectie met creaties van beroemdheden als Gerrit Rietveld, J.J.P. Oud, Mart Stam, Marcel Breuer, Jean Prouvé, Le Corbusier, Frank Lloyd Wright, Gispen en Friso Kramer, in vlammen zijn opgegaan. Maar zodra brandweermannen het gebouw weer konden betre den, bleek dat alle stoelen, waar van sommige een marktwaarde van enkele tonnen vertegen woordigden, op miraculeuze wij ze aan de brand waren ont snapt. Blijdschap en opluchting alom. Bij mij kwam de oneerbiedige gedachte op: hoeveel mensen zouden die tentoonstelling hebben bezocht als er geen kort sluiting in dat koffiezetapparaat was ontstaan? Misschien een paar studenten en enkele wetenschappelijk medewerkers die ooit een scriptie wijdden aan het 'baanbrekend werk' van deze ontwerpers uit de jaren van vóór en kort na de TWeede We reldoorlog? Maar verder? Als diezelfde tentoonstelling nu alsnog gehouden wordt, zul len de mensen waarschijnlijk in drommen op de meubels afko men. Het helpt als men weet dat dat zes keer overgeschilderde Rietveldstoeltje in een veiling 300.000 dollar op kan brengen. En zo'n model van Prouvé, dat oogt alsof het gemaakt is bij een staalconstructiebedrijf dat toevallig machinecapaciteit over had, nog meer. Het idee dat dat allemaal bijna verbrand was, prikkelt de verbeelding. Ramptoerisme voor hoogopgeleiden. Toch vraag ik me wel eens af hoe diep de liefde voor de ont werpen van die strenge, vaak door politieke ideologieën bewo gen architecten bij ons nog zit. Toevallig werd vorige week in Amsterdam de beurs Undesignable gehouden. Een kleine der tig handelaren in na-oorlogs vintagedesign brachten daar meu belen, lampen, keramiek en andere objecten uit de jaren vijftig en zestig. Wat opviel was dat daar de originelen te koop staan (voor heel schappelijke prijzen) van stoelen die vandaag nog steeds een bron van inspiratie zijn voor talloze eigentijdse meubelontwerpers. Ga maar eens naar een meubelboulevard en probeer de Charles Eames- en Arne Jacobsen-look-alikes (de bastaardkinderen van het vlinderstoeltje) te tellen. Die or ganische, wulpse, schijnbaar zorgeloze vormen van de 'fifties' blijken het vertrekpunt voor een springlevende designtraditie. Zou Plasterk deze beurs hebben bezocht? Of komt hij pas als er brand is geweest? Bert Bakker is financieel-economisch journalist Minister Plasterk van Onderwijs (met hoed) bekijkt een aantal van de geredde meubels uit het afgebrande gebouw van de Tech nische Universiteit Delft. foto ANP Je kan het een Imelda Marcos-syndroom noemen, vrouwen die meer dan honderd paar schoenen in de kast hebben staan en onbeheerst blijven kopen. Dat ongecontroleerd shoppen is voer voor psychiaters en heet dwangmatig koopgedrag. door Johan Lamoral s het omdat zij zelf toegeeft 'een neiging tot' te hebben, dat Erika Masson haar afstu deerscriptie aan de Universi teit Gent over afwijkend koopgedrag heeft gemaakt? „Ik heb inderdaad meer dan twee honderd paar schoenen, maar ik ben niet koopverslaafd. Ik vind het gewoon leuk om telkens een an der paar schoenen aan te trekken en ik spendeer mijn geld gewoon anders dan de meeste mensen. „Ik heb uitgekiende shopping-stra tegieën ontwikkeld en ik heb mijn aankoopgedrag onder controle", verzekert zij. Zij is ervan overtuigd dat koopverslaving vooral te ma ken heeft met controleverlies. Voor haar studie interviewde Eri ka Masson meer dan tweehonderd vrouwelijke studenten tussen de 18 en 25 jaar oud. Waarom alleen vrouwen? „Compulsief (dwangma tig) koopgedrag is voornamelijk bij vrouwen aanwezig, maar ook man nen ontsnappen er niet aan. Wel verschilt de aard van de aanko pen", zegt ze. „Vrouwen zoeken het meer in kle ding, make-up, parfum, tafelser vies, huishoudlinnen, en bij man nen zijn het typische mannenza ken zoals games, stripverhalen, computer- en video-apparatuur, aftershave en ook kleding. En in mijn onderzoek vond ik de hoofd moot van de compulsieve kopers bij de jongeren. Hoewel uit eerder onderzoek blijkt dat ook oudere mannen en vrouwen, voornamelijk dertigers, J vatbaar zijn voor compulsief koop- gedrag." Hoe kan je weten of je aanleg hebt tot afwijkend koopgedrag? Masson stelt dat wij daar allemaal in meer of mindere mate vatbaar voor zijn. „Hoe meer emoties en verborgen verleiders er op ons afkomen tij dens het winkelen, hoe meer wij geneigd zijn onze rationaliteit te la ten varen. Je hebt impulsieve ko pers. Bij hen gaat het om een exter ne stimulus die hen aanzet om een aankoop te doen, en dat kan een speciale aanbieding of een fik se korting zijn. „Bij compulsieve kopers loopt het echter helemaal uit de hand. Hier gaat het om een interne stimulus, zoals angst, lage zelfwaardering, perfectionisme en dies meer. Deze mensen kopen zich letterlijk te pletter. )e kan stellen dat compul sieve kopers een gevoel van eufo rie hebben als zij hun kooplust be vredigen. Die euforie ebt echter snel weg en maakt plaats voor schuldgevoe lens. Dat is een eerste symptoom. Naast schuldgevoelens is er ook een gebrek aan plezier kort na de aankopen en dat is dan weer een ander waarschuwingssignaal voor compulsief koopgedrag." Volgens Masson belandt de aan koop soms gewoon met verpak king en al in een hoek van de ka mer, zonder dat er verder nog naar gekeken wordt. Compulsieve kopers doen ook aan kopen om zichzelf beter te voelen of te troosten. Vele onderzoeken bevestigen dat afwijkend koopge drag vaak een reactie is op frustra ties en teleurstellingen. Zo is het bekend dat nogal wat mensen gaan shoppen na een huiselijke ru zie. Niet iedereen heeft na for se aankopen schuldge voelens. „Mijn onder zoek wees uit dat men sen die met een bankkaart beta len, vaak niet beseffen hoeveel geld zij uitgeven. Omdat de finan ciële schade op het ogenblik zelf veel minder tastbaar is, blijven de schuldgevoelens uit." Masson: „Ik heb zelf inderdaad ook de 'neiging tot' maar ik heb mijn gedrag onder controle", ver dedigt zij zich. „In die zin dat ik niet ga shoppen om een bepaalde emotie te ventileren, noch over schrijd ik mijn budget. Dat laatste is typerend voor compulsieve ko pers. Ik ga naar koopjes waar schoenen soms maar twintig tot dertig euro of nog minder kosten of waar een actie is zoals 'het der de paar gratis'. „In de Verenigde Staten bestaan voor compulsieve kopers speciale cursussen kooptraining. Een van de technieken is dat je, net als bij overmatig eten, noteert wat en hoeveel je koopt en onder welke omstandigheden. Als je dan merkt dat je steeds gaat kopen na een hui selijke ruzie of na bepaalde emo ties of gebeurtenissen, dan wor den je andere manieren aange leerd om daar mee om te gaan."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2008 | | pagina 16